Lezersoproep Leven achter de gevel augustus 2003 Heemschut 11 project. 'Hier kon veel gebeuren. Voor we naar de notaris gingen heb ik mijn gulden mooi opgepoetst.' Krakend in de voegen Vier plakboeken dik vertellen het verhaal van de renovatie. Niet alleen voor de pandjes zelf, ook voor Tholen is die goed. De burgemeester spreekt bij de opening van de gerenoveerde panden van een 'impuls voor de revalidatie van een oud stadje, dat op tal van punten kraakt in de voegen'. Talloze brieven aan Monumenten zorg illustreren het moeizame onderhande lingsproces dat voorafging aan de daadwerke lijke restauratie, die in 1975 van start gaat. Het echtpaar Zelders wil van beide huizen één geheel maken. De bovenste verdieping willen zij als pied-a-terre gebruiken en de rest van het pand verhuren. De burgemeester is groot voor stander van dit plan. Hij is op zoek naar een centrale lokatie voor de openbare bibliotheek, die nu nog versnipperd is over vijf filialen in de stad. Monumentenzorg is echter fel tegen de samenvoeging. Ook bestaat er een meningsverschil over het soort ramen. Monumentenzorg wil grote negentiende-eeuwse ramen in empirestijl zonder luiken, terwijl mevrouw Zelders de originele zeventiende-eeuwse handgemaakte kruiskozijnen met luiken terug wil hebben. Uiteindelijk wordt na veel heen en weer geschrijf een compromis bereikt. De huizen zullen worden samengevoegd om er de bibliotheek te huisvesten. Op de begane grond komen de empireramen van Monumentenzorg en op de eerste en tweede verdieping de oud-renaissan cistische ramen die mevrouw Zelders graag wil. Alle ramen mét luiken. 'De verbouwing ging van start en binnen de kortste keren stonden de gevels in de steigers, waren de ramen vernieuwd en kon het pannenbier geschonken worden!' Stenen van Slot Loevenstein Bladerend in de plakboeken stuiten we op een advertentie van de uitvoerende aannemer, Van Merode uit Bergen op Zoom. 'Kijk, hier adverteerde hij met onze verbouwing. In ons huis zitten nog stenen van Slot Loevenstein. Van Merode had hiervoor Loevenstein gereno veerd en hij heeft de stenen die daar overscho ten bij ons gebruikt.' Vanaf het moment van aankoop duikt mevrouw Zelders in de geschiedenis van het huis, van de stad en van de vijf omliggende gemeenten. Zij houdt hierover lezingen voor de Vereniging van Plattelandsvrouwen in deze plaatsen. Een grote hulp zijn de archivaris en de biblio thecaresse, mejuffrouw Blaas (nu 92 jaar), gespecialiseerd in de Tholense cultuur. De beide dames zijn al snel goed bevriend. Gezamenlijk bedenken ze een naam voor de gerenoveerde huizen, 'De Twee Stoven'. De naam herinnert aan de twee stoven die Tholen vroeger bezat om meekrap te verwerken, een plant waarvan de wortels vermalen werden tot rode kleurstof en waarmee de stad buitenge woon rijk is geworden. Niet voor niets geven de Stoofstraat-bewoners bij de feestelijke opening van de panden een paar meekrapplanten cadeau voor in de tuin. 'En we organiseerden samen tentoonstellingen in de bibliotheek. Toen die een jaar bestond bijvoorbeeld over Tholense klederdracht. Bezoekers liepen er in kleder dracht rond. We stelden ook een tentoonstel ling samen van oude drukken uit de biblio theekcollectie en mijn eigen boekenbezit, met een oude uitgave van Cats en het schildersboek van De Lairesse. Tijdens rondleidingen door Tholen voor Haagse en Wassenaarse huis vrouwen speelde de inmiddels bevriende beiaardier op het carillon van het stadhuis.' Heemschut start een nieuwe reeks. Vertel ons uw leven achter die gevel. Stuur uw reactie naar 'Leven achter de gevel', p/a Tessa van der Putten, Van Speijkstraat223, 2518 GB Den Haag, of stuur een e-mail naar tessa.vanderputten@geschiedenis- schrijven.nl. heeft zij bij De Porceleyne Fles in Delft servies beschilderd. Tussen al haar eigenhandig, rijk beschilderd porselein en aardewerk thuis, staan ook twee fopkannen. Vanwege de gaten in de hals kan hier niet zonder knoeien uit geschon- Pot met goud De restauratie van De Twee Stoven was het vertrekpunt voor het opknappen van andere verwaarloosde huizen op het eiland Tholen. Mevrouw Zelders zelf was nauw betrokken bij de renovatie van 't Smidsklokje in Oud- Vossemeer uit 1681, een uurspeelwerk dat niet meer liep door verzakking van het huis waarin het gemetseld zat. En ze vertelt van de vondst in St. Maartensdijk waar een stadhuis gebouwd werd. Bij graafwerk voor leidingen stuitte een bouwvakker op een pot met gouden munten. 'Van de opbrengst mocht hij de helft houden, de andere helft was voor de gemeente. Na taxatie door het penningenkabinet bleek hij zich een aardig nieuw optrekje te kunnen veroorloven. De gemeente besloot van haar helft het stadhuis in Scherpenisse uit 1594 te laten opknappen'. Mevrouw Zelders toont een zelfbeschilderd bord met het wapen van Tholen. Dan laat ze tot slot nog iets heel anders zien. Vijftien jaar Joke Zelders. Foto Tessa van der Putten. ken worden, tenzij je met een vinger het gaatje in het holle oor dichthoudt. Op de laatste aandeelhoudersvergadering van De Porceleyne Fles heeft zij nog een fopkan aan de directeur gegeven, met de vraag of ze daar niet weer gemaakt kunnen worden. De laatste tijd gaat het schilderen haar minder goed af en daarom draagt zij haar kennis, en op den duur ook haar materiaal, over aan een jonger iemand. 'Waarom ik lid ben van Heemschut?', herhaalt mevrouw Zelders de laatste vraag. 'Omdat ik vind dat waardevolle zaken zoals monumenten beschermd moeten worden. Mooie dingen heffen je op uit het alledaagse. Die moeten in stand gehouden worden. Waar ik dat niet eigenhandig kan doen, draag ik graag op een andere manier mijn steentje bij.' Drs. T.L. van der Putten is lid van de Provinciale Commissie Zuid-Holland.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2003 | | pagina 13