Column De boerderij december 2002 Heemschut 3 Het Paleis in aanbouw, ca. 1859. Foto Gemeentearchief Amsterdam. bestuur geformeerd, onder anderen bestaande uit prof. E.G.J. Wennekes (voorzitter),prof G. Mak, drs. K.M. T. ExH.J.A. Hofland en W.T. Schippers. De Stichting stelt zich ten doel .de herbouw van het Paleis voor Volksvlijt op het Frederiksplein te Amsterdam zoveel over eenkomstig de oorspronkelijke bouwtekenin gen, en na herbouw de exploitatie van het Paleis voor Volksvlijt zoveel overeenkomstig de wijze waarop dit gebouw destijds geëxploiteerd werd.' Verwezenlijking van haar doel zal bestaan uit.het doen van onderzoek, het enthousiasmeren van het publiek en de gemeente Amsterdam, alsmede het bijeenbren gen van gelden.' 'Wij zijn geen actiegroep, maar een stichting van mensen met een plan, een idee. En dat blijkt een draagvlak te hebben', aldus Schippers. Zoals ook blijkt uit het overleg dat momenteel gevoerd worden met de bevol king, de politiek en De Nederlandsche Bank (D.N.B.). De Stichting kreeg kantoorruimte met personele bezetting aangeboden op het Frederiksplein 12 met uitzicht op de Bank, die op termijn plaats zal moeten maken voor het Paleis. De medewerking van D.N.B. is hierbij onontbeerlijk. Uit eerste overleggen met de bankpresident is gebleken, dat men niet onwel willend tegenover het plan staat. In het bankge bouw zal vanaf 1 december a.s. een tentoonstel ling over het Paleis voor Volksvlijt plaatsvinden. In het Amsterdams Historisch Museum worden nu drie-dimensionale objec ten, waaronder een replica van het koepelbeeld De Faam, ter herinnering aan het Paleis voor Volksvlijt, getoond. Voorts zal de in samenwerking met het Gemeentearchief georganiseerde expositie, die tijdens de Museumnacht van 2 november jl. in het gebouw van De Bazel aan de Vijzelgracht te zien was, in de Zuiderkerk ten toon worden gesteld. Sarphati's 'Worden er dan geen Sarphati's meer geboren?' Een retorische vraag, die vanaf 1955 doorklinkt in een gestage stroom van artikelen in het tijd schrift 'Ons Amsterdam' tot nu toe, anno 2002 Bewondering voor de sociaal bewogen genees heer S. Sarphati 1813 -1866) als 'stichter van het nieuwe Amsterdam' voert de boventoon. Op tal van gebieden, zoals broodvoorziening, geneeskunde, onderwijs, stedenbouw en stads reiniging, ontplooide hij initiatieven. Medio 1851 vertrok hij met een koninklijke opdracht naar Engeland, Frankrijk en België, om de armoede van het proletariaat te onderzoeken. De wereldtentoonstelling in het Crystal Palace Hyde Park in Londen maakte grote indruk op hem, waarna hij zich ernstig voornam, 'zoo God hem de krachten verleende, Nederland, Amsterdam te versieren met een Paleis voor Volksvlijt, een waardig tegenhanger tot het Paleis in 't Hydepark.' Ter voorbereiding van dit plan als onderdeel van een nieuwe stadsuitleg van 100 ha. (binnen en buiten de Buiten-Singel), stichtte hij in 1852 de 'Vereeniging voor Volksvlijt'. Het bevorde ren van de nijverheid door het organiseren van verscheidene tentoonstellingen stond voorop, terwijl de uitgave van een tijdschrift, getiteld 'De Volksvlijt' het belang van een blijvend tentoonstellingsgebouw onderstreepte. De beoogde gronduitgifte van terreinen om en nabij de toenmalige Utrechtschepoort eisten jarenlange onderhandelingen met de gemeente, Een opmerkelijk verschijnsel rukt op: met het afnemen van het aantal agrariërs in ons land neemt het aantal woningen voor deze beroepsgroep hevig toe. Overal kom je ze tegen. Niet alleen op het platteland, maar vooral in nieuw bouwwijken en op uitbreidingslocaties schieten ze als paddestoelen uit de grond. Boerderettes worden ze in archi tectenjargon genoemd: nieuwe kitch- boerderijen die bewoond worden door mensen die graag in iets echt romantisch van vroeger willen wonen. Ineens staat het er: een oud boerenwo- ninkje met schuiframen en een ouder wets bovenlicht boven de voordeur en met een puntdak dat van voren en achte ren is afgeschuind. En natuurlijk voor zien van de even nutteloze als gezellige roeden in de ramen. Iets dat er uit zou moeten zien, of in ieder geval die intentie heeft, dat het er altijd al zo heeft gestaan, daar wint het surrogaat het van de reali teit. Is dat erg? Ja. Dat is erg op die plekken waar noch het verleden noch het heden ook maar een spat herinnert aan de agrarische geschiedenis. Daar zijn de nieuwe oude boerderijen misplaatst. En vallen daardoor des te meer in het oog. Er ontstaat een architectuur die, juist omdat de verschijningsvorm zo sterk aan een specifieke plek en omgeving gelieerd is, wezensvreemd is. Begrippen als plaats, context en identiteit verliezen hier compleet hun betekenis. Maar er mankeert meer aan de nieuwe oude boerderijen. En dat is hun uiterlijk. Verhoudingen binnen de gevelopenin gen en de aan- en uitbouwen zijn zoek, raam- en roedenprofielen zijn te grof en te zwaar en bijna altijd is er die curieuze voorkeur voor te lichtgekleurde gevels in combinatie met rode of zwarte beton- pannen. Ze zijn bloedeloos. Reden waarom de nieuwe oude boerderijen ook op het platteland de dood in de pot zijn. Mariëtte Polman

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2002 | | pagina 5