juni 2002 Heemschut 13 Kampen in 1227 voor het eerst genoemd. Vanaf de 11de eeuw ging het de jonge nederzetting enorm voor de wind. Twee eeuwen later was Kampen al de stad met de belangrijkste handel en scheepvaart van de noordelijke Nederlanden. De stad groeide niet alleen dankzij haar gunstige ligging aan de mond van de IJssel de rivier. Zwolle Zwolle noemt zich graag 'IJsselstad' maar eigenlijk zou dat 'Zwartewaterstad' moeten zijn. De stad had name lijk geen open verbinding met de IJssel. De Zwollena ren probeerden daar wel verandering in te brengen, maar het jaloers en wantrouwig toekijkende Kampen zag die concurrentie helemaal niet zitten en belette de Zwolse pogingen met succes. Zwolle kreeg pas ln 1819 een verbinding met de IJssel via de Willemsvaart, een waterweg waarvan de aanleg niet in gang is gezet door koning Willem I, maar in 1809 door koning Lodewijk Napoleon. Willem I liet het werk een paar jaar later hervatten. In 1819 was het kanaal al klaar en dan te bedenken dat de hele graverij nog met de schop gebeurde. In 1871 werd de Grote Katerveersluis aan gelegd. In 1964 ging de oude Willemsvaart dicht voor de scheepvaart omdat in dat jaar het grotere Zwolle- IJsselkanaal gereedkwam. Wie anno 2002 bij de Katerveersluizen staat, zal zich moeilijk kunnen voor stellen dat er ooit druk gevaren werd door de Willemsvaart. Romantisch-dromerig ligt het smalle kanaaltje stil achter de oude sluisdeuren. Het is een rustig hoekje van de stad. In de Middeleeuwen moest Zwolle zijn schepen via het Zwartewater naar de Zuiderzee loodsen of via de Vecht, die bij Zwolle uitmondt in het Zwartewater, als de schippers naar het oosten wilden. Zwartewater Ja, dat Zwartewater, je vraagt je af waarom die rivier zo heet, want haar water is net zo min zwart als dat van de Donau blauw. Volgens Zwollenaar Dirk van der Schrier, oud-waterstaatsingenieur en bevlogen Heemschutter die alles weet van de waterbeheersing in de Overijsselse Noordwesthoek, komt de naam van de zwarte mon niken die bij Hasselt een klooster bewoonden. De monniken verdwenen, de naam Zwartewater bleef. In de Mastenbroekerpolder is behalve het landschap nog meer te bewonderen. In een bocht van de IJssel ligt het stadje Wilsum, het heeft stadsrechten en is ouder dan Kampen. Wilsum kan bogen op een van de oudste zaalkerken van Nederland. Het gebouwtje stamt vermoedelijk uit de 1 Ode eeuw. In de noordmuur is een lage dichtgemetselde Romaanse ingang te zien. De legende wil dat die ingang werd gemaakt in de tijd dat de Noormannen het hier voor het zeggen hadden. Ze wilden de kerkgangers op deze manier dwingen om bij het verlaten van de kerk hun hoofd te buigen voor de Noormannen en hun goden in het noorden. Jammer voor het verhaal, maar de werkelijkheid is prozaïscher. De kerk is in de loop van de jaren verzakt en de poort zakte mét haar, daarom werd de deur dichtgemetseld. De Sallandse IJsseldijk was volgens de dijkbrief van 1308 verhoefslaagd: de dijk werd verdeeld in een aantal stukken, gemeten naar het aantal hoefslagen dat een man te paard in een bepaalde tijd in draf kon afleggen. Het onderhoud van dat dijkgedeelte kwam dan voor rekening van de mensen die langs dat dijkvak woonden. De Sallandse dijk is ouder dan de zeedijk. De IJsseldijk was verdeeld in 86 vakken van ongeveer honderd roeden, elke Sallandse roede was circa 4,6 meter, heel modern verdeeld in tien voeten van 45,8 centimeter. De 86 verhoefslaagde delen werden begrensd door hardstenen palen. Vijf van die oude markeringen staan nog altijd langs de dijk. Midden in de polder ligt het stadje Mastenbroek, waar de eerste kerk rond 1370 werd gebouwdEen moderne bezienswaardigheid vergeleken met de leeftijd van de polder is het gemaal Mastenbroek, een van de negen nog werkende stoomgemalen die Nederland rijk is. Het is van Nederlands fabrikaat, de machine werd gebouwd in 1856. De schepraderen van het gemaal hielden de polder droog tot 1961toen verrees er naast het 19de-eeuwse gemaal een elektrisch vijzelgemaal. De oude stoommachine wordt in bedrijf gehouden door vrijwilligers. Rond de polder liggen aan het Zwartewater nog twee oude kleinere steden: Genemuiden en Hasselt. Vooral Hasselt is een juweeltje, de VW heeft voor bezoekers onder meer een aardige rondwandeling klaarliggen van ongeveer drie kilometer. Er is voor de liefhebber van ons culturele erfgoed op dat toch betrekkelijk klein stuk Overijssel genoeg te zien en te beleven om er een dag door te brengen! Met veel dank aan Heemschutter ir. Dirk van der Schrier voor de informatie. H. Nieuwenhuis is PR-medewerker van Heemschut Overijssel. Nog een gave terpen boerderij in polder Mastenbroek.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2002 | | pagina 15