Bataaf maakt molenkwartet Winterswijk compleet Sjoerd van der Werf In Winterswijk is een inhaalslag aan de gang waar het gaat om het behoud van plaatselijke molens. Op zaterdag 30 juni lichtte de Hengelose molenaarsdochter (en VVD-minister) Annemarie Jorritsma de vang van de gerestaureerde Sevink Mölle, een windkorenmolen tussen Winterswijk en het kerkdorp Meddo. Een paar weken eerder, op zaterdag 2 juni, had zich een nieuwe molenstichting gepresenteerd: Stichting Molen Bataaf. De stichting heeft de restauratie van de gelijknamige molen als doel. De datum van de presentatie van de plannen was niet toevallig gekozen: precies tweehon derd jaar geleden, op 2 juni 1801, werd deze molen in gebruik genomen. De zestien Winterswijkse scholtenboeren hebben in 1801 hun geld goed geïnvesteerd. De molen is weliswaar van aanzien veranderd, maar de technische staat is ook na twee eeuwen goed. Het totale restauratiebedrag wordt geschat op 1,5 miljoen gulden. De totale inves tering komt voor 70 procent voor subsidie in aanmerking. De stich ting Molen Bataaf denkt zelf vijf tot zes ton bij elkaar te kunnen brengen. De windmolen moest voldoende geld opbren gen om in het levensonderhoud van de her vormde predikant te voorzien. Het initiatief voor de bouw werd genomen door scholten boeren, die aandeelhouder werden. De molen kreeg de naam van de toenmalige staatsvorm: de Bataafse republiek. De molen staat ook nu nog aan de rand van het dorp, op de kruising van de weg naar Vreden en de naar de molen vernoemde Bataafseweg. Op deze plek deed Gerrit Komrij zijn eerste dichterlijke ervaring op, bekende de 'dichter des vaderlands' in zijn autobiografische roman 'Verwoest Arcadië.' Molen Bataaf maalde het eerste graan in de zomer van 1801 en bleef dat als windmolen doen tot 1958. De windmolen ging in 1849 over in particuliere handen. De staart, het wiekenkruis, de as en het grootste deel van het drijfwerk zijn in 1964 gesloopt. De molen is sinds de jaren zestig omringd door even hoge silo's. De molen is sindsdien in gebruik als graanopslagplaats voor het mengvoederbedrijf van eigenaar Te Lintum. Te Lintum draagt het eigendom van de molen voor een symbolisch bedrag over aan de nieuwe stichting, op het moment dat de molen als rijks monument wordt erkend. De aanvraag voor die monumentenstatus is in januari van dit jaar ingediend. De eigenaar heeft al eens een poging gedaan om van zijn bezit af te komen. Hij bood de molen voor een gulden aan aan het gemeen tebestuur van Winterswijk. Voorwaarde voor deze ongebruikelijke transactie was dat de molen dan in het plantsoen aan de overzijde van de Bataafseweg moest worden opgebouwd. Het gemeentebestuur maakte geen gebruik van dat aanbod. Als Stichting Molen Bataaf zijn doel realiseert telt de gemeente Winterswijk vier compleet gerestaureerde windmolens. __A De Sevink Mölle in Meddo. Nog drie molens Aan de weg van Winterswijk naar Aalten staat de uit 1851 stammende Meenkmolen, die in 1986 werd gerestaureerd (voor 210.000). Prins Claus lichtte in september 1997 de vang van de ingrijpend opgeknapte Venemans- molen, een windkorenmolen met authentieke dieselmaalderij (totale kosten: een miljoen gulden). De opknapbeurt van de uit 1866 stam mende SevinkMölle in Meddo kostte rond de negen ton. Met de aangekondigde restauratie van molen Bataaf heeft Winterswijk over enkele jaren een molenkwartet compleet. Dat viertal wordt nog aangevuld met de in de jaren tachtig geheel gerestaureerde Berenschots watermolen, aan de Slinge in de buurtschap het Wooid. S. van der Werf is journalist, van De Gelderlander. De Bataaf in de jaren vijftig.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2001 | | pagina 11