oktober 2000
Heemschut
5
De St. Maartenskapel of Barbarossaruïne op het
Valkhof, Nijmegen. Foto A.A. Dullé.
al heel veel info aanwezig. We gaan niet alles
overdoen. De gemeentelijke monumenten
komen op een waardenkaart, die we gaan
maken. We hebben voor het hele proces veel
geld uitgetrokken.'
Draagvlak vergroten
Veel nadruk leggen Van der Zande en De Jong
op het vergroten van draagvlak. Ais je mensen
in beweging wilt hebben, moet je het draagvlak
voor de cultuurhistorie vergroten. Soms zit het
wel goed met dat draagvlak. Over Zutphen
bijvoorbeeld zijn ze lyrisch. De Jong: 'Zutphen
weet dat er heel veel te verdienen valt aan
cultuurhistorische waarden. Maar er zijn ook
gemeenten die het erbij laten liggen. Vaak niet
uit onwillendheid, maar uit onwetendheid.'
Een actieterrein is in elk geval Gelselaar. Dit
kerkdorp van de gemeente Borculo met veel
rijksmonumenten en archeologische waarden,
waar bovendien vele leegkomende agrarische
complexen herbestemd moeten worden, is met
het omringende essengebied voorgedragen als
beschermd dorpsgezicht. Maar de bevolking
wilde daar eerst niet aan, met het voorbeeld van
Orvelte voor ogen. Daar, op het Drentse platte
land, rijden bussen met toeristen af en aan, en
die willen wel eens naar binnen gluren.
De provincie zet nu veel middelen in om het
draagvlak voor de cultuurhistorie te vergroten.
Om duidelijk te maken, dat beschermd gezicht
ook een dynamische factor kan zijn, dat een
bescheiden toeristisch-recreatieve opzet zo
gek nog niet is. De provincie denkt ook aan
concrete projecten, zoals restaureren en onder
houden, en ontsluiten van archeologische
vondsten voor het toerisme.
Behoud in ontwikkeling
Het mag duidelijk zijn: Gelderland heeft de
beleidslijn van het voornamelijk behouden en
beschermen van objecten verlaten. Ze kiest net
als Heemschut voor de gebiedsgewijze benade
ring. Ieder gebied wordt op maat behandeld. In
het ene geval is het zodanig behouden dat
iedere ontwikkeling onmogelijk gemaakt wordt
het beste. In een ander geval kun je beter alleen
ontwikkelen. Vaak is behoud in ontwikkeling een
goede keus: niet het een of het ander, maar
beide. Het compromis. Voor de provincie als
geheel kiest Gelderland duidelijk daarvoor.
Aan de hand van haar inventarisatie maakt
Gelderland een digitale cultuurhistorische
waardenkaart. Dan volgt een beleidskaart,
waaruit blijkt hoe gebieden, structuren, gezich
ten en objecten hebben gescoord: er zijn name
lijk criteria geformuleerd die bepalen of een
eenheid 'kansarm' of'kansrijk' is. Een kans
arme eenheid heeft pech, daarvoor zet de
provincie zich minder in.
In de toekomst kan de provincie aandacht voor
cultuurhistorie ook afdwingen. Want in het
nieuw op te stellen streekplan wordt in bestem
mingsplannen een cultuurhistorische paragraaf
verplicht gesteld. Zodat de provincie kan
toetsen of de cultuurhistorische waarden wel
voldoende meetellen. En dat zal Heemschut
genoegen doen.