Dudok en de sport
Jan-Derk Gerritsen
Door verval of moedwillige) verwaarlozing zijn al heel wat
monumenten teloorgegaan. Je kunt er geen vrede mee hebben,
maar het is tenminste een schrale troost als dit lot een monument
treft, dat niet enig in zijn soort is. Voor een creatie als de
Hilversumse sporttribune van Dudok- wel enig in zijn soort -
was rond 1970 het doodvonnis zo goed als getekend. Zo goed
als want kosten noch moeite zijn gespaard om dit zeldzame
ontwerp van de beroemde Hilversumse architect te behouden.
Heemschut
25
Als directeur Openbare Werken had Dudok
alle oog voor de openbare ruimte. Want ruimte
- groene long, zoals hij zei - is flankerend
beleid voor bouwen. Zie hoe in Hilversum bij
zijn scheppingen de buitenruimte deel uitmaakt
van bebouwing.
Voor de hand lag dan ook, dat zijn ideeën
parallel liepen aan die van de zogenaamde
Bevredigingscommissie van de Erfgooiers.
Het gaat hier om mensen, die al duizend jaar
geleden in bezit kwamen van grond en erbij
behorende goederen in het Gooi en die eigen
dommen overerfden. Een historie die in 968
begon en duurde tot het einde van het decen
nium 1960, als de verstedelijking vooral het
Gooi niet ongemoeid laat. Wat de ruimtelijke
ordening in deze streek betreft was er al die tijd
maar één lichaam, dat daarbij de dienst uit
maakte en opsplitsing in verschillende dorpen
wist te voorkomen. Ik doel op de vereniging
van de Erfgooiers, Stad en Lande, waarin later
ook vertegenwoordigers van de gemeente
zaten, op den duur een vat vol tegenstellingen.
Grondverkoop, goed voor de portemonnee
van de leden werd steeds bedreigender voor
natuurbehoud. De Bevredigingscommissie
moest die tegengestelde belangen tussen leden
en gemeentelijke respresentanten zien te
verenigen. Een zelfde doelstelling had de
centrale schoonheidscommissie van het Gooi.
Onder leiding van Dudok, toen directeur
Openbare Werken, is door deze commissie een
rapport opgesteld, waarin de gemeenten de
opdracht kregen hun uitbreidingsplannen te
situeren in de engen en bos en heide onaange
tast te laten. Daarin werden voor natuur en
recreatie te bestemmen terreinen aangewezen.
Recreatie en openbare ruimte
Tot zijn taak als directeur rekende Dudok ook
de zorg voor openbare voorzieningen. Een
sportpark hoorde daarbij. Hilversum had in
1917 wel enkele voetbalvelden. Maar in dat
laatste oorlogsjaar had de bevolking ook
honger. Voor de teelt van aardappels werden
die velden omgeploegd. Dit was zeer tegen de
zin van de Nederlandse Voetbalbond, toen nog
niet Koninklijk. Het grootste bezwaar was, dat
de velden ook lange tijd daarna niet meer
geschikt waren voor sportbeoefening. De bond
eiste andere terreinen. Daartoe ging Dudok te
rade bij de destijds bekende sportjournalist Jan
Feith. Zij kozen voor een voetbalterrein bij de
Soestdijkerstraatweg en de Utrechtse weg. Nu
is nog te zien, hoe dit gebied met zijn openheid
en zichtlijnen de smaak van Dudok verraadt. Er
moest echter nog een hobbel genomen worden,
omdat het grootste deel van het terrein eigen
dom van de Erfgooiers was. In eerste instantie
waren hun eisen te hoog voor de gemeente,
maar in 1918 kwam men toch tot overeenstem
ming. In 1919 kreeg Dudok het groene licht
voor zijn ontwerp: vijf sportvelden, waarvan
één hoofdterrein voor speciale gebeurtenissen
met daaromheen een atletiekbaan. Rond het
geheel een draversbaan van 1000 meter lengte,
waaraan onuitwisbare namen kleven als
Quicksilver S en Henri Buitenzorg en waarop de
ruiterwedstrijden van de Olympische Spelen
van 1928 gehouden werden. Bij hethoofdveld
tekende Dudok een tribune als afsluiting van de
Soestdijkerstraatweg. Daartegenover de nog
steeds bestaande open Dudoktribune met
houten opbouw. In 1921 werd het sportpark in
gebruik genomen.
Dudoktribune
Over zijn tribune kunnen we Dudok beter zelf
aan het woord latem'Tegenover den toegangs
weg is de tribune geprojecteerd, gedeeltelijk
overdekt, gedeeltelijk open. De algemeene
inrichting is een steenen onderbouw en houten
bovenbouw, het houtwerk wordt met decora
tieve kleuren behandeld. De toegangsweg is
onder de tribune door geleid; 2 rijwielberg
plaatsen en 2 kleedkamers zijn in de onderbouw
opgenomen, terwijl in de as van de eigenlijke
tribune een buffet is geprojecteerd waarboven
een orkestje een geschikte plaats vindt.' Tot
zover Dudok. De architectuur van deze tribune
heeft opvallende vlakdecoraties en felle kleur
accenten en veel onderdelen met name de vlag
genmasten verraden de stijl van de Amsterdamse
school. Zoals gezegd: de tribune is nog steeds
in volle glorie te bewonderen.
In 1990 was hij danig vervallen en verwaar
loosd, toen er ook nog een - overigens snel
gebluste - brand uitbrak. Niet ver van de tribune
lag toen de slopershamer al klaar. Door acties
van vele cultuurminnaars in Hilversum is de
gemeente gelukkig op andere gedachten
gebracht en kon de tribune in 1998 door de
oktober 2000