Eenzaam
12
Heemschut
oktober 2000
De binnenplaats van
Kasteel Haeren in augustus
2000 (boven) en oktober
1986 (onder). De gemeente
Voerendaal beschouwt de
garage als een voortzetting
van het bouwvallig
schuurtje links op de foto.
Foto's Sjef Frijns en RdMz.
uit een ernstig gebrek aan krachtdadig optreden van de
zijde van het gemeentebestuur bleek met betrekking
tot de bescherming van monumenten. Lankmoedig,
dat is nog de meest vriendelijke typering voor het
monumentenbeleid van Vaals. Bij de Winneberg uit
zich dat in het tolereren van de zonder vergunning
opgetrokken bijgebouwen en de aanleg van de geïm
proviseerde parkeerplaats. Er moet bovendien ernstig
getwijfeld worden aan het tijdelijke karakter van zowel
de bijgebouwen als de parkeerplaats. Van een
gemeente waarvan de burgemeester historica is en
bovendien als voorzitter van het Monumentenhuis
Limburg van het belang van monumenten niet over
tuigd hoeft te worden, mag je een veel alerter beleid
verwachten. Mevrouw Quint-Maagdenbérg mag dan
wel op studiedagen van leer trekken tegen de hogere
overheid (zie 'Heemschut' juni 2000, pag. 6), dit pleit
haar niet vrij van een blik in eigen keuken.
Cadavre exquis
Op de grens van de gemeenten Geleen en Schinnen
ligt een boerderij al jaren te creperen. Van de
Biesenhof kan een cynicus zich met recht afvragen of
de boerderij nog wel gerestaureerd moet worden, want
ondertussen lijkt de status van beschermenswaardige
ruïne meer op zijn plaats. Het proces van verval is al zo
lang gaande dat slechts een enkele grijsaard zich de
boerderij nog in gezonde toestand voor de geest kan
halen. Er gebeurt met andere woorden niets om het
verval tegen te gaan. Waarom niet? Het antwoord is
bekend: 'we kunnen niets'. Wie is 'we'? In dit geval
spelen heel wat partijen een rol. Het voert te ver om
op deze plaats de hele kluwen aan ingewikkelde
verhoudingen te ontwarren, maar ook hier kan gesteld
worden dat de partij die het meest in aanmerking komt
om een oplossing te forceren, namelijk de gemeente,
zich verschuilt achter de andere partijen; maar wat mag
je verwachten van een gemeente die op alle fronten een
slap ruimtelijk kwaliteitsbeleid voert. De cultuurhisto
rische waarde van de Biesenhof, die reeds gesticht was
voor hij in 1259 in bezit kwam van de Duitse Orde in
Alden Biesen, is zo evident dat behoud de grootste
prioriteit dient te genieten. Echter als symbool voor
het culturele failliet van de gemeente Geleen is de
Biesenhof in zijn verruïneerde toestand ook niet
zonder betekenis.
De strijd voor behoud van de waarde van een monu
ment kan bijzonder eenzaam zijn als iedere keer een
verzoek tot ondersteuning op niets uitloopt. Dit
gevoel van eenzaamheid moet zich hebben opgedron
gen aan een van de bewoners van Kasteel Haeren in
Voerendaal. De betreffende persoon heeft onder meer
protest aangetekend tegen de bouw van een garage
op nota bene de binnenplaats van het kasteel. De
Rijksdienst zegt niets tegen de gemeente Voerendaal,
de vergunningverlener, te kunnen ondernemen omdat
er niet tegen het monument is aangebouwd, wat
derhalve niet zou zijn aangetast. Het is ongelooflijk
maar waar. Andere aanslagen op het kasteel betreffen
de sloop van een oud hooiluik en het aanbrengen van
kunststof kozijnen, die bovendien op een verkeerde
wijze geplaatst zijn. Dit artikel kan geen definitief
oordeel, laat staan een Salomonsoordeel, vellen; iedere
betrokkene lijkt zijn valide en minder valide argumen
ten te hebben, en iedere belanghebbende belicht een
bepaald facet van de kwestie dat een ander weer bewust
in het duister laat. Wel kan iedere monumentenlief
hebber constateren dat bij Kasteel Haeren dingen
gebeuren die je voor onmogelijk houdt, en ook hier
blijkt de gemeente, met het vaststellen van het bestem
mingsplan, een doorslaggevende rol te spelen.
Krotbelasting een bruikbaar instrument?
Enkele jaren geleden heeft de werkgroep 'niks aan de
hand' uit Valkenburg het gemeentebestuur het voor
stel gedaan om een krotbelasting in te voeren, teneinde
enkele monumentale panden voor verder verval te
behoeden. De werkgroep meende dat deze in België