Geloof in transformatie
Barend Jan Schrieken
Wederopbouwarchitectuur II
In de afgelopen 25 jaar zijn in Nederland maar liefst 200 kerken
aan de eredienst onttrokken en op dit moment wordt op veel
plaatsen discussie gevoerd over de toekomst van kerkgebouwen.
Door de sterke secularisatie verliezen steeds meer kerken hun
functie. Dit proces wordt versterkt door de samenwerking tussen
verschillende denominaties, zoals Samen-op-Weg en Oecumenische
gemeentes.
oktober 2000
Heemschut
9
schappij in de mottenballen gelegd. Soms kan
een kerk worden hergebruikt door een andere
denominatie of geloofsgroep. Een dergelijk,
gunstig, lot is echter niet voor alle kerken
weggelegd en voor veel kerken wacht uiteinde
lijk de sloperskogel
Voor dat het echter zover is vindt er meestal
een jarenlange discussie over de toekomst van
Daarnaast stijgen de onderhoudskosten van de
kerkgebouwen ieder jaar en zijn de subsidies
voor monumentale kerkgebouwen door de
'beschotting' in 1997 flink gedaald.
Het lot dat de afgeschreven kerk wacht, is zeer
divers. Enkele pronkstukken kunnen, vanwege
de bouwkundige (of toeristische) kwaliteit, op
eigen kracht verder en worden door de maat-
De Kolenkit in Amsterdam, Bos en Lommer. Foto Peter Nijhof.
de kerk plaats. Naast bouwtechnische en func
tionele, spelen emotionele argumenten een
grote rol. Veel mensen (al dan niet praktiserend
kerklid) zijn betrokken bij het lot van 'hun'
kerk. Het is de ondankbare taak van een groep
vrijwilligers om, zonder ervaring en in de vrije
tijd, te zoeken naar mogelijkheden om het
gebouw te behouden.
De cultuurhistorische waarde van het gebouw
speelt meestal slechts een kleine rol. Vooral de
na-oorlogse kerkgebouwen, die niet direct
evenveel sympathie wekken als een klein
middeleeuws kerkje, worden vaak geofferd om
een nieuw multi-functioneel kerkelijk centrum,
met lage exploitatie- en onderhoudskosten, te
financieren. Dit is vaak niet terecht omdat in de
wederopbouwarchitectuur kerkgebouwen
meestal zeer markante voorbeelden zijn van de
architectuur uit die periode.
Herbestemming
Om enig houvast te bieden aan de commissies
die bezig zijn met de toekomstdiscussie van htm
kerk, heeft de Rijksdienst voor de Monumenten
zorg een stappenplan ontwikkeld voor het
herbestemmen van kerkgebouwen. Een
belangrijk onderdeel hiervan is een methode
om cijfermatig de cultuurhistorische waarde
van een kerkgebouw te bepalen. Daarnaast is
er een model ontwikkeld om, op basis van de
eigenschappen van het gebouw en de locatie,
'de best passende nieuwe functie te bepalen.
Deze instrumenten kunnen hulpmiddelen zijn
om de subjectiviteit in het proces te minimali
seren.'
Uit tal van herbestemmingsprojecten is geble
ken dat het succes van een herbestemming valt
of staat met de houding van alle betrokkenen.
In de eerste plaats moeten de kerkleden probe
ren mee te denken en open te staan voor oplos
singen, ook al lijkt elke verandering op het
eerste gezicht een verslechtering. Kerkelijke
besturen moeten open staan voor nieuwe func
ties, ook als dit financieel niet het meeste ople
vert. De gemeente moet open staan voor het
behoud van het gebouw en kreatief omgaan
met bestemmingsplannen en andere wetgeving.
Bij een starre houding zal de bodem van de
geldkist uiteindelijk een beslissing forceren. De
döor de RDMZ ontwikkelde hulpmiddelen
kunnen een katalysator zijn in het proces waar
tijd en subjectiviteit toch vaak een grotere rol
spelen dan de betrokkenen zich op het moment
zelf realiseren.
En het zou zonde zijn als ons cultureel erfgoed
daarvan het slachtoffer wordt!
Ir. B.J. Schrieken studeerde in de periode van juli
1999 tot juli 2000 af bij de Rijksdienst voor de
Monumentenzorg voor zijn studie Bouwkunde aan
de TU Delft. Thans is hij werkzaam, als assistent
project-manager bij Van Hoogevest Ontwikkeling
te Amersfoort.