Heemschut
11
nieuwe smaak. De stileringen en allegorieën van Lebeau
leken een ondraaglijke aanstellerij. In 1990 was de sober
heid van de Nieuwe Zakelijkheid uitgewoed: Chris
Lebeau kon herrijzen.
Form follows function
Clnze eeuw was dol op absolutistische leuzen, die de
wereld zouden verbeteren, niet alleen in de politiek, maar
ook in de kunsten. Mondriaan en Malevich waren ervan
overtuigd dat hun kunst een nieuwe wereld zou inluiden.
De leuzen in de architectuur Less is more, Form follows
function, die in de jaren dertig in Nederland doordron
gen, betekenen, dat minder versiering tot een hogere
volmaaktheid leidt, en dat de vorm alleen maar de functie
- zoals een regenpijp, een liftkoker, een transportband of
een vergaderruimte - mag uitdrukken. Dit betoog voer
onder de vlag van de eerlijkheid, waardoor het zich dwin
gend kon doorzetten, want wie wordt graag als oneerlijk
bestempeld? Hiermee werden alle versiering en zorg voor
een bevallig uiterlijk in de ban gedaan. De neo-stijlen en
het eclecticisme in de 19de eeuw - nabootsing van
verschillende oude stijlelementen in één gebouw-waren
namaak, dus oneerlijk, de Jugendstil was te uitbundig.
Berlage, zo leerden wij, had daar voorgoed een eind aan
gemaakt.
Jugensdstilgevels en -interieurs werden ontdaan van 'al
die overbodige kitsch' en we mogen van geluk spreken dat
er nog interieurs van de oude Jamin over zijn en dat de
Bonneterie in de Kalverstraat te Amsterdam nog bestaat.
Wagonladingen kunstnijverheid in Jugendstil of art déco
moeten in de jaren dertig bij het huisvuil zijn gezet: half-
uitgehouwen marmeren jongelingskopjes, vazen met
leliehandvaten of blote boezems, schemerlampen als een
slang, etsen a la de apostelen van Toorop, theetafels als een
pagode. Mijn moeder zei daarover: dat was de lelijke tijd -
dus... weg ermee. Die zwoele, sensuele, kitscherige prulla
ria was nog bedreigend voor hen, die zich er juist van
hadden bevrijd; ze konden er nog niet, zoals wij, vertederd
om lachen of het vakmanschap ervan bewonderen. De
kunstnijveraars deden zelf mee aan de omslag, zoals
Willem Penaat, de jarenlange voorzitter van de VANK.
Onder zijn regie was de beroemde raadzaal in het oude
stadhuis gedecoreerd als een Gesamtkunstwerk in die
typische jaren '20 stijl die een mengsel was van Jugendstil,
art déco en expressionisme. Sinds begin jaren '20, maakte
hij nieuw-zakelijke ontwerpen, vaak met kleuradvies van
een Stijl-kunstenaar als Bart van der Leek. 1)
Eén van de profeten van de Nieuwe Zakelijkheid - 'je mag
een gebouw nooit mooi noemen, het kan alleen maar goed
of slecht zijn' - was de architect Ben Merkelbach. Kort na
de oorlog nam hij zijn kinderen en hun vrienden, waartoe
ik behoorde, mee naar een film, die toevallig in
Tuschinski liep. Eén van ons, de latere operazanger Tabe
Bas, betrad de hal van Tuschinski, bleef als aan de grond
genageld staan, keek naar boven en om zich heen en
slaakte de diepe zucht: 'Wat is dat prachtig'. De gastheer
was not amused en liet dat duidelijk merken. Dit was
immers ketterij, en voor hem bedreigend. Zijn eigen stijl,
de Nieuwe Zakelijkheid, was nog niet zo stevig geworteld,
dat hij sympathie voor Tuschinski als ongevaarlijk kon
beschouwen.
Een strand vol scherven
De golfslag van de smaak laat een strand vol scherven van
verguizing en bewondering achter. Toen d'Ailly met zijn
zakmes Lebeau's wandschildering in het Amsterdamse
De aanstootgevende
wandschildering van Chris
Lebeau in de trouwkamer
in Hotel The Crand in
Amsterdam. Foto Maarten
Brinkgreve.
december 1999