Mammoeten in Amsterdam
Rinke van Brenkelen enjos Beelen
Een metrolijn vol verrassingen
De aanleg van de Noord-Zuid lijn in Amsterdam zal vergaande
gevolgen hebben op een aantal terreinen. De lijn zal Amsterdam-
Noord verbinden met station Zuid-WTC via het Centraal Station,
de Dam en het Muntplein. Daarmee zal het relatieve isolement
van Amsterdam-Noord opgeheven worden. Een aantal tramlijnen
wordt overbodig. Hieronder wordt een andere consequentie
besproken: die voor de archeologie.
30
Heemschut
december 1998
"OT S
Het tracé loopt onder Damrak, Dam en Rokin
door en volgt daarmee voor een belangrijk deel
de loop van de Amstel. Dat biedt de mogelijk
heid om de geologische situatie onder de stad te
onderzoeken. Rivieren zijn bovendien goede
leveranciers van archeologische informatie.
Het grote voordeel is dat er veel voorwerpen in
terecht komen, waardoor ze een archeologische
vergaarbak worden. Voor de afdeling
Archeologie van de dienst Amsterdam Beheer
een bijzondere gelegenheid om het bodemar
chief aan een nader onderzoek te onderwerpen.
In zijn hoofdkwartier aan de Noordermarkt
bereidt stadsarcheoloog Jan Baart het archeo
logisch onderzoek voor.
Muur van de versterking aan de Nieuwezijds
Voorburgwal, het 'Kasteel van Amstel'.
Verdrag van Malta
In juni 1997 publiceerde de afdeling Archeologie
het rapport Mammoeten in Amsterdam?
Hierin wordt de Noord-Zuid Metrolijn
besproken vanuit een archeologisch perspec
tief, wat betreft het traject Centraal Station-
Damrak. Het is een toegankelijk rapport
geworden waarin zowel geologische als archeo
logische aspecten aan bod komen, mede in
relatie tot de resultaten van eerder onderzoek.
De publieksgerichte toon van het rapport past
in de geest van het Verdrag van Malta, dat in
1992 door Nederland werd ondertekend.
Daarin wordt bepaald dat aandacht moet
worden besteed aan de publieke bewustwor
dingvan het archeologisch erfgoed en aan
publicaties, tentoonstellingen en voorlichting.
In het verdrag zijn ook bepalingen opgenomen
m.b.t. de verantwoordelijkheid van de overheid
voor het bodemarchief. Het belangrijkst is wel
de verplichting dat de verstoorder van dat
archief archeologen in staat moet stellen
onderzoekuit te voeren. Op basis van het
rapport 'Mammoeten in Amsterdam?' en
aanvullende rapportages wordt een publieks
gericht boekje voorbereid.
Bij de aanleg van het metrotracé zullen twee
verschillende technieken worden gebruikt. Dat
brengt met zich mee dat ook het archeologisch
onderzoek op twee verschillende manieren zal
geschieden.
Een groot deel van het tracé zal zo worden
geboord, dat de twee metrobuizen soms naast
en soms boven elkaar gaan lopen. Geboord zal
worden in de tweede zandlaag uit het
Pleistoceen, waarin prehistorische resten
kunnen voorkomen. Slechts op enkele punten
zullen problemen ontstaan met de bestaande
bebouwing.
In diepste zandlaag
Sinds 1992 is men in Duisburg bezig met de
aanleg van een metrobuis onder de rivier de
Ruhr, waarbij dezelfde technieken worden
toegepast als bij de aanleg van de geplande
Amsterdamse metro. In het voorjaar van 1997
is men daar gaan kijken om meer over deze
technieken te weten te komen. Tijdens het
boren van de tunnel wordt de grond door
middel van ronddraaiende messen afge
schraapt. Deze weggegraven grond komt via