(f1
Er wordt een duidelijk overzicht van
alle straatprofielen gegeven.' De Atlas
geeft tevens de waarde van de 19de-
eeuwse uitbreiding aan. Daarbij wordt
een onderscheid gemaakt tussen
'waardevolle' en 'meewerkende'
straatwanden alsmede 'gave' en
'te verbeteren' straatprofielen.
Behalve het beschermde gedeelte
(gebied A) is er in de Atlas ook de
aangrenzende wijk uit de periode van
het Interbellum (gebied B) opgeno
men. De Atlas vormt een uitstekend
hulpmiddel bij het verlenen van wijzi
gingsvergunningen. Bij de uitvoering
van het vergunningenstelsel laat B en W
zich adviseren door de gemeentelijke
monumentencommissie. Advisering
omtrent nieuwbouwplannen in de
schil heeft volgens Velthuyzen
commissielid en beroepsmatig steden
bouwkundige zijn beperkingen. 'Wij
adviseren alleen, indien er een directe
relatie bestaat met het Beschermd
Stadsbeeld, denk hierbij aan tegen de
oorspronkelijke bebouwing te plannen
bouwwerken. De taken van de monu
mentencommissie en de welstands
commissie zijn derhalve duidelijk
gescheiden.'
Reageren op signalen
Velthuyzen erkent, dat het gemeente
lijke beschermingsbeleid ten aanzien
van de 19de-eeuwse uitleg zijn tekort
komingen heeft. 'Het betreft geen
initiatiefvol, naar de eigenaren van
monumenten gericht beleid. Er
wordt slechts gereageerd op signalen
van buitenaf, zoals van de leden van
onze commissie. Hierdoor verdwijnen
cultuurhistorische waarden wel eens.'
Gebrek aan een al te stimulerend
beleid van gemeentewege naar buiten
toe is volgens hem wel verklaarbaar.
'Immers, dat zou bij de burger alleen
maar te hoge financiële verwachtingen
wekken. En we weten allemaal, dat
voor een optimaal instandhoudingsbe-
leid de middelen helaas ontoereikend
Bebouwing 19de-eeuwse stadsuitleg.
zijn.' Het financiële beheersinstrument,
dat de gemeente hanteert, is een op
maat gesneden subsidieregeling, die
is ondergebracht in de Subsidie
verordening Stadsvernieuwing 1987,
zoals die geldt per 1 januari 1990.
Jaarlijks neemt de gemeente een besluit
ten aanzien van de budgetverdeling in
het kader van het UPS (Uitvoerings
programma Stadsvernieuwing).
Hierin zijn dus ook de reserveringen
opgenomen voor uitvoering van het
monumentenbeleid. De bijdrage voor
de 19de-eeuwse uitleg is bijna 9 ton per
jaar. De elementen, die in aanmerking
komen voor subsidie, hebben betrek
king op behoud van het 'beeld', d.w.z.
gevel, dak, tuin en hekwerk. Toch zal
de gemeente over andere vormen van
financiering moeten gaan nadenken,
aangezien het Stadsvernieuwingsfonds
in 2005 ophoudt te bestaan. 'Wij
denken aan het scheppen van financie
ringsfaciliteiten in het kader van de
Bebouwing 19de-eeuwse stadsuitleg.
Onroerend Goed Belasting. Ook zijn
er onderhandelingen met een bank
gaande over een regeling van subsidië-
ring-op-termijn. In ieder geval zal het
accent van restauratie naar onderhoud
verschoven worden', aldus M. Theeuwes,
collega van Verstappen. Aanwijzing van
de schi 1 als rijksmonument in het kader
van het MS/MRP is in dit verband niet
interessant, 'want het rijk heeft in
financiële zin de eigenaren van monu
menten niets te bieden.' En waar geen
geld, geen monumentenzorg
Interbellum-gebied onbeschermd
Overigens is het merkwaardig, dat
slechts de 19de-eeuwse uitleg onder
het beschermingsbeleid van de
gemeente valt en niet het eveneens
cultuurhistorisch gezien hoogwaar
dige Interbellum-gebied. Voor het
behoud van de daar aanwezige bebou
wing van middenstands- en arbeiders
woningen voelt zij zich momenteel
slechts in beperkte mate verantwoor
delijk. Theeuwes: 'Alleen hekwerken
aldaar kunnen in aanmerking komen
voor subsidie.'
En hoe zit het met het beheer van de
stadsuitleg vanuit de planologische
invalshoek Velthuyzen: 'Voor het
directe singelgebied bestaat een
bestemmingsplan. Hierdoor is
bijvoorbeeld het ooit gelanceerde idee
voor een zesbaansweg gelukkig geen
realiteit geworden.' Echter, hij moet
toegeven, dat alle overige bestem
mingsplannen nog allemaal geactuali
seerd moeten worden. Een effectiever
planologische bescherming buiten de
singels is dan ook voorlopig toekomst
muziek. Toch is Velthuyzen tevreden
over de aanpak van de 19de-eeuwse
stadsuitleg:
'het kan altijd wel beter, maar ik ben
van mening, dat de gemeente met de
nodige zorgvuldigheid een type
beschermingsbeleid voert, dat uniek
is in Nederland.'
25