De plek: toen en nu Archeologie Initiatief tot herbouw Positieve argumenten daar nog een gevoelig klankbord voor wil of kan zijn. In de ontwikkelingsfase van de plannen tot op heden heb ik steeds het stand punt ingenomen, dat verdediging niet de juiste weg is, maar dat de uideg van de plannen in al haar aspecten de voorkeur heeft. Het gaat om de herbouw van de Valkhofburcht te Nijmegen, die nu tweehonderd jaar geleden werd gesloopt, tegen de zin van Nijmegen in. De burcht was provinciaal eigendom, maar geleidelijk binnen de muren van de uitdijende stad komen te liggen. Zij was daar landschappelijk gezien deel van uit gaan maken en werd dan ook door Nijmegen aan het hart gedrukt. Uit schaamte voor het grote gat na de sloop heeft de stad in eerste instantie de Haarlemse tuinarchitect Zocheraangetrokken om een park in Engelse landschapsstijl te ontwerpen. Dat park is er gekomen, maar in de loop van de twee eeuwen meermalen zo ingrijpend veranderd, dat van het oorspronkelijke ontwerp niets meer over is, zo sterk dat het nu eigenlijk het predikaat park amper verdient. De ondergrond van het voormalige burchtcomplex is reeds twee millennia bewoond en bebouwd geweest. In de tijd der Romeinen, Karolingers, Ottoönse Keizers, Frederik Barbarossa en Karei V, ja tot vlak voor de sloop, is het steeds een plek geweest van waaruit werd bestuurd, soms tot over de grenzen van het huidige Europa heen. In deze grond zijn ongetwijfeld sporen te vinden van vertegenwoordigers van de diverse culturen, die er hebben gewoond: Sommige sporen zijn reeds getraceerd, maar steeds in zeer beperkte onderzoeksopzet. Archeologisch kan het een zeer rijke vindplaats zijn. Dit moet met name de nieuwsgierigheid van archeologen prikkelen! In haar niet-Nederlandse verschijning (gelegen op een natuurlijke hoogte aan de bocht van de rivier de Waal) is de burcht steeds een geliefd onder werp van kunstenaars geweest. Het aantal werken in olieverfschilderijen, etsen, gravures en crayontekeningen, is zo groot, dat er mogelijk geen tweede plek in het huidige Nederland is te vinden, die zo vaak werd vereeu wigd. De artistieke impressies lijken doorgaans geen getrouw beeld te geven van wat er heeft gestaan - het is een mix met soms grote accentver schillen - doch tonen in grote lijn wel de constructie en het aanzien van het complex in haar ontwikkeling. Nauwkeurig zijn de tekeningen - later in gravures verwerkt - van Hendrik Hoogers. Hij was groot tegenstander van de afbraak en heeft op welhaast fotografische wijze het burchtcomplex vastgelegd voor het nageslacht. Mede daaraan kunnen betrouwbare maten worden afgeleid. Bovengronds is nog het nodige aan burchtrestanten aanwezig: de St. Nicolaaskapel (ook Karolingische kapel genoemd), de Barbarossaruïne (het koor van de voormalige St. Maartenskapel), het restant van een walmuurtoren en bijna 150 meter walmuurresten. Ingepast in een bekende plattegrond (het werkmees tersplan uit 1726) geeft dit aangevuld met studies van schilderijen, metingen en archeologisch onderzoek; een rede lijk betrouwbaar beeld van het gehele complex. Voldoende om het historische beeld in zijn silhouet terug te roepen. Met volledig respectvoor èn inachtne ming van het bovenstaande heeft de Valkhofvereniging (opgericht 1978) en beheerder namens de gemeente van de kapellen op het Valkhof reeds vanaf het begin haar herbouwplannen naar buiten gebracht. Noch cultuurhisto risch, noch economisch was er eerder een draagvlak te vinden voor deze plannen. Nu echter (vanaf 1995) is er door de vereniging contact gelegd met een ontwikkelbureau. Dit bureau heeft een formule geschapen op grond waarvan de herbouw van de burcht een reële kans krijgt. In de formule zijn opgenomen een sterrenhotel en een ondergrondse cultuurtempel met expofaciliteiten voor hoogwaardige goederen; niet iets schreeuwerigs, maar juist kwalitatief hoogstaand van karakter. De herbouw van de burcht heeft meerdere doelen. Ik noem er een paar in willekeurige volgorde. Nijmegen voegt aan haar huidige karakter weer de vroegere allure van keizerstad en bestuurs- en handels centrum toe. Het behoud van de relic ten uit het verleden (o.a. de kapellen) is beter gegarandeerd in een totaal- opzet met bezorgdheid voor het geheel, dan in een geleidelijke overlevering aan de tand des tijds. De activiteiten die er tot op heden plaats vinden kunnen in een aangena mere ambiance worden gerealiseerd dan tot op heden. Het hele jaar rond kunnen er activiteiten plaats vinden van culturele aard met soms ook een enigszins commercieel tintje; niet alleen buiten, maar ook ondergronds. De parkaanleg zal anders zijn, maar in goede harmonie met het burcht complex een aangenaam en besloten karakter ademen. Het wordt tevens een veiliger plek, waar grotere groepen van kunnen genieten. Het blijft immers openbaar, evenals het direct aansluitende Hunnerpark. De archeologische vondsten, die nu vaak slechts worden vermoed, zullen na opgraving een beter beeld geven van de geschiedenis van de plek en waar mogelijk geïncorporeerd worden in de ondergrondse bebouwing. Dit kan niet worden beschouwd als vandalisme, maar getuigt van gerichte interesse. De huidige structuur van de heuvel is zeer slecht. Op korte termijn dienen stappen te worden gezet tot behoud, omdat er nu sprake is van zeer sterke erosie. De heuvel vertoont kenmerken van 'gatenkaas' en behoèft los van herbouwplannen weer een nieuw geraamte, dat de interne binding versterkt. De geplande activiteiten in het complex hebben zeker een commer cieel karakter, maar veroorzaken ook werkgelegenheid, waaraan de stad ook nadrukkelijk behoefte heeft. Overigens is de commercie niet iets vies, zeker als er culturele manifestaties mee worden mogelijk gemaakt. Dit vindt reeds vaak, èn met instemming van velen plaats. Herbouw op zich levert de mogelijk heid op om leerplaatsprojecten te integreren in de bouwperiode. Ambachtelijk werken krijgt op grotere en veelzijdiger schaal kansen om voor het nageslacht op peil te blijven. Kleinschalige projecten kunnen daar door in de toekomst ook rekenen op deskundige en vaardige handen. Herbouw en reconstructie zijn overigens geen nieuwe begrippen. In diverse Europese landen herbouwt men ook burchten en kastelen, soms zelfs hele stadscentra, zoals in Warschau en in Dresden. Onder meer de kerk wordt daar gereconstrueerd. Ook in Nijmegen zelf zijn herbouw projecten gerealiseerd, en niet alleen op basis van noodzakelijk herstel van oorlogsschade. Ik wijs hierbij op de kannunikenhuisjes bij de St. Stevenskerk, de Commanderie van St. Jan (huidig gemeentemuseum) en enkele panden aan de Waalkade (nr. 28 bijvoorbeeld). Uiteraard gebiedt de eerlijkheid, dat er ook eigentijdse elementen aan de herbouw zijn te ontdekken, zodat een heldere datering mogelijk blijft. Dat het gemeentebestuur van Nijmegen erin gelooft, bewijst het feit, dat de meerderheid van de Raad op 12 juni 1996 het voorstel van het College van B&W vóór de herbouw heeft gevolgd, weliswaar kritisch en voorlopig, maar tóch (Inmiddels heeft staatssecretaris Nuis laten weten uitwerking van de herbouw plannen niet zinvol te achten omdat de locatie een rijksmonument betreft. Hij vreest een te grootschalige ingreep in het Valkhof-terrein. Een vergunning van de gemeente voor wijziging van dit monument i.v.m. herbouw zou hij ter vernietiging kunnen voordragen bij de Raad van State J.K.) Drs. E.F.M. Boshouwers is conservator van de St. Nicolaaskapel op het Valkhof te Nijmegen, voorzitter van de Valkhofstichting en directeur van het Bevrijdingsmuseum 1944 te Groesbeek.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1997 | | pagina 20