De bekoring van pretentieloze
architectuur
lm
Heemschut Zeeland en de kleine kernen
Ruim zestig deelnemers telde het symposium.Zicht op kleine kernendat de
provinciale commissie Zeeland van Heemschut op 22 september in Middelburg
organiseerde. Velen van hen kwamen uit de wereld van stedebouw, architectuur
en locale overheid. Centraal thema was de situering van nieuwbouwwijken in
hun relatie tot dorpskernen en het omliggende landschap.
GERARD BAIJENS
Aan de discussie rondom dit thema
werd richting gegeven door een
drietal inleiders. De eerste spreker, de
sociaal-geograaf dr. J.F.C.M. Thissen,
zei dat uit zijn onderzoek naar de
nederzettingen in Zeeland is gebleken
dat niet het voorzieningenniveau van
een dorp de doorslag geeft bij het
kiezen van de woonomgeving, maar
dat mensen zich vestigen in een
aantrekkelijke woonomgeving. Door
de toegenomen mobiliteit is de afstand
naar werk, winkelcentrum en andere
voorzieningen minder belangrijk
geworden. Het dorp werd van verzor
gingscentrum een wooncentrum. De
verzorgingsfunctie vindt elders in de
regio een plaats. We moeten goed op
onze dorpen passen. Cultuurhistorische
kwaliteiten kunnen volgens Thissen
beperkingen opleggen aan uitbrei
dingsmogelijkheden.
Vloedgolf van nieuwbouw
Landschapsarchitect ir. A. Geuze ziet
een ramp, erger dan die van 1953 op
Zeeland afkomen. In de komende tien
jaar moeten er in Nederland een
miljoen woningen worden gebouwd.
We zullen ons op deze vloedgolf
moeten voorbereiden, anders zijn na
die tien jaar al onze dorpen verknoeid
door wanstaltige aanbouwsels. Als we
naar de Randstad kijken slaat de schrik
ons om het hart. Architecten weten
vaak van gekkigheid niet meer wat ze
moeten doen. Zo ontstonden onder
Amsterdam rijtjeshuizen met een kap
die moet lijken op de Zeeuwse kleder-
drachtkap. Het 'gewone' concept van
een gewoon huis met een voordeur en
een stoep aan een straat is men kwijt
geraakt. De vreemdste bedenksels
ontstaan, soms helemaal in strijd met
de in een kern bestaande vormen en
bouwstijlen. Architecten willen iets
bijzonders maken. Het advies van
Geuze is: Doe maar gewoon, dan doe
je al gek genoeg. Hij noemde zijn
lezing dan ook: Bekoring van het
pretentieloze. Er is niet één recept te
geven, want Zeeland heeft een grote
«AM
Het eenvoudige ouderlijk huis van Jacob Cats in Brouwershaven (foto Jaap Balk).
diversiteit aan dorpsvormen. Elke
kern vraagt om een aparte benadering.
Bij een
verdere ontwikkeling moeten we
eerst kijken naar wat Zeeland zo
mooi maakt. De zee, de werking van de
getijden, de fenomenale wolkenluch
ten met achter de dijken de vruchtbare
grond, kleine nederzettingen, bomen
en boerderijen. We moeten bezorgd
zijn om de mooie dingen om ons heen
en die goed en netjes onderhouden.
Als grond wordt verkocht moet er
iets extra's worden gevraagd voor een
potje ten behoeve van mooie dingen,
klinkers, stoepen, lantaarns. Geuze
pleit voor kleinschalige uitbreidingen.
Gewoon doen met gewone regeltjes,
geen misplaatste pretentie of een
namaak Miami-wereld.
De heer L.N. Labniyère, burgemeester
van Brouwershaven, bestreed de regels,
die de overheid stelt aan uitbreiding
van kleine kernen. Als er gebouwd mag
worden tot 1% boven de bevolkings
aanwas betekent dat zoiets als 4,1
woningen per jaar. Dat leidt tot een
ongewenste situatie.
Museummentaliteit
Ook bestreed hij de museummentali
teit van het beschermde stads- en
dorpsgezicht. Naar zijn mening
zorgen mensen die vanwege het mooie
stadsgezicht in Brouwershaven zijn
komen wonen er met hun duimstok
ken voor dat de geboren en getogen
inwoners van dit stadje niet meer in
staat zijn een kamertje bij te bouwen
als ze gezinsuitbreiding krijgen. Hij
pleitte er voor ook pretentievol te
kunnen bouwen en het tijdsbeeld van
deze eeuw een plaats te geven binnen
het beschermd dorps- en stadsgezicht.
Na deze drie inleidingen was er onder
voorzitterschap van de Zeeuwse
senator drs. H. Eversdijk ruim de
mogelijkheid om met elkaar van
gedachten te wisselen, van welke gele
genheid gretig gebruik werd gemaakt.
Gerard Baijens
Heemschut Zeeland.
7