Behoud van Wageningse steenfabriek in
beslissend stadium
'Stap naar moderne baksteenindustrie'
ARNO BOON
Zigzagoven
De Bovenste Polder is in februari
na beoordeling door het Gelders
Genootschap voorgedragen ter plaat
sing op de Rijksmonumentenlijst. In
haar rapport draagt het Genootschap
daarvoor de volgende redenen aan:
'Van de 585 steenfabrieken die in
1906 bestonden resteren er nu nog 60.
De zigzagoven is als variant op de ring-
oven in 1868 ontworpen door de
Zwitser Jacob Buhrer en in 1906
door Zehner verbeterd.'
Mogelijk Rijksmonument
Lange adem
Een pleidooi voor het behoud van stilgelegde steenfabrieken is de laatste jaren
steeds vaker te horen. In Wageningen bestaat nu een zeer vergevorderd en
breed gedragen initiatief waarin vooral de aanpak van de architect
waardering verdient. Het handelt om de zigzagoven 'de Bovenste Polderdie
als Rijksmonument is voorgedragen.
De Wageningse architect P. Roza
behoudt in zijn plan tot restauratie
en herbestemming alle kenmerkende
elementen van de fabriek. Door
passend nieuw gebruik zal de steen
oven haar oorspronkelijke karakter
behouden. Enkele ovenkamers
worden op eenvoudige wijze geschikt
gemaakt als geluidsdichte oefenruimte
voor muziekgroepen. De in goede staat
verkerende rookkanalen en schoor-
steen fungeren daarbij als natuurlijk
ventilatiesysteem. Andere ovenkamers
gaan verhuurd worden, aan een zeven
tig leden tellende kanovereniging,
voor opslag van kano's. Verder wordt
in een 2 5 meter lange ovenkamer een
publieksruimte ingericht. Daarin zal
ondermeer door de stichting Historie
Grofkeramiek aandacht besteed
worden aan het verleden en heden van
de baksteenindustrie en zullen ontwik
kelingen in en rond de uiterwaarden
belicht worden.
Op het ovendek blijven de bestrating,
dakkapellen en dakconstructie
gehandhaafd. De bestrating en de
originele stookpotten komen te liggen
op een isolerende laag. In de noord
oost zijde van 'de Bovenste Polder'
komen ateliers. In de zuid-west zijde
komt een dienstwoning voor de
beheerders. De indeling van de
ateliers en de woning wordt door de
spanten bepaald waardoor de dakcon
structie goed herkenbaar blijft. De
woning en de ateliers omsluiten een
centrale ruimte rond de schoorsteen.
Deze ruimte wordt, door glaspartijen
in het dak rond de schoorsteen, voor
zien van daglicht. Tegelijk wordt het
deel van de schoorsteen dat boven het
dak uitsteekt in de centrale ruimte
zichtbaar. Tot slot wordt het ovendek,
waar de ateliers en de woning zich
bevinden, ontsloten door de helling-
baan te herbouwen. Een historisch
gezien voor de hand liggende oplos
sing. Over de hellingbaan werden
kolen naar het ovendek gesjouwd.
Centraal in de architectuur van de
baksteenfabrieken stond het streven
om op het zeer hoge energieverbruik
te besparen. Ook de zigzagoven was
hiertoe een poging. Opvallend is de
plaatsing van de schoorsteen centraal
in de vierkante fabriek. Ringovens
kenden een rechthoekige plattegrond
met de schoorsteen aan een kopse
kant. In Nederland zijn slechts weinig
ovens van het zigzagtype gebouwd. De
Bovenste Polder behoort met twee
andere, in Zevenaar en Heteren, tot de
laatst overgebleven. Alle zigzagovens
werden ontworpen door de Utrechtse
ovenbouwer irj.J. Wentink.
De steenfabriek de Bovenste Polder is
ook van belang als uitdrukking van de
sociaal-economische geschiedenis. De
baksteenindustrie was een belangrijke
seizoenswerkgever. In Wageningen
stonden op het hoogtepunt zeven
steenfabrieken, met vijftig tot honderd
arbeiders per fabriek. Deze arbeiders
emancipeerden vrij laat. Toch was er
al in 1906 een wilde staking georgani
seerd door de Wageningse vakbond
'Eendracht maakt Macht'. Dit leidde
tot de oprichting van de 'Nederlandsche
Bond van Steen- en Pannenbakkers'
met als standplaats Wageningen.
Tot slot noemt het Genootschap nog
de waarde van de steenfabriek als land
schapselement in de dun bevolkte
uiterwaarden. Niet alleen is de steen
fabriek nog gaaf bewaard gebleven.
Ook het complex is als geheel
compleet: ovengebouw, boerderij,
haventje en restanten van smalspoor
zijn nog aanwezig.
Het initiatief tot behoud stamt uit
1986. Het toenmalig actiecomité werd
al snel een vereniging die met steun
van de gemeente Wageningen en de
provincie Gelderland het pand wind
en waterdicht maakte. Bovendien
werden door de, ruim zeventig leden
tellende, vereniging drie van de tien
ovenkamers onder begeleiding van
voormalige ovenbouwers gerestaureerd.
In 1991 actualiseerde de gemeente
Wageningen het bestemmingsplan
van de uiterwaarden waarin de steen
fabriek zich bevindt. Daarbij werd het
bestemmingsplan toegesneden op het
initiatief van de vereniging. Een jaar
eerder werd het industrieel monument
op de gemeentelijke monumentenlijst
geplaatst. Begin 1994 werd overeen
stemming bereikt met de medegebrui
ker van het voormalig steenfabriekter
rein, de Waterscouting Musinga Rijn, en
eigenaar Staatsbosbeheer. Een herin
richtingsplan voor het terrein van
de voormalige steenfabriek wordt in
samenwerking met Staatsbosbeheer
en de Waterscouting ontwikkeld.
Begin 1995 werd de steenfabriek
voorgedragen ter plaatsing op de
Rijksmonumentenlijst.
Opmerkelijk aan het Wageningse
initiatief is ten eerste de lange adem
die de initiatiefnemers tonen. En zij
doen met hun plan niet alleen recht
aan het monumentale karakter van het
pand. Ook wisten zij binnen de rand-