Beemster wereldmonument? Gepantserde deur van Fort Spijkerboor. FortZuidwijkermeer. Een lange belegering De kring rond Amsterdam was ruim genomen. Deze varieerde van 10 tot 18 kilometer, zodat met de toenma lige stand der militaire techniek een artilleriebombardement de hoofdstad niet kon raken. Bovendien bleef het gebied erbinnen groot genoeg om vee te weiden, voedsel te verbouwen en transporten te regelen om zodoende een belegering lang te kunnen volhouden. Langs de Zuiderzee werd niet in de mogelijkheid van inundaties voorzien en werden geen vestingwerken gebouwd. Het terrein was daar immers moeilijk begaanbaar en de verdediging aan die zijde werd geacht een taak van de marine te zijn. Alleen bij Durgerdam en Diemerdam plaatste men twee kustbatterijen, die de toegang tot Amsterdam moesten beveiligen.Om te verhinderen,dat schepen met een geringe diepgang de hoofdstad konden bereiken werd het fort Pampus op het gelijknamige eiland gebouwd. In de oorspronkelijke plannen van de Stelling kwam het fort niet voor. In de havenmond van Brug van Fort Krommeniedijk. IJmuiden kreeg het daar geplaatste fort de taak de zeesluizen te bescher men en het Noordzeekanaal af te sluiten. Oorspronkelijk lag het fort aan de noordkant van de havenmond en was daar vrij kwetsbaar. In 1910 werd versterking nodig geacht in de vorm van twee kustbatterijen en twee landbatterijen. In 1919 behoorde het niet meer tot de Stelling. Door de techniek achterhaald Hoe groot- voor die tijd- de verde digende kracht ook geweest mag zijn van de Stelling, nooit is deze in de gelegenheid geweest dat in de praktijk te bewijzen. Al na 1890- het beton was dus eigenlijk nog nat en miljoenen al betaald- worden de kalibers van de vuurmonden steeds groter. Vlak voor de Eerste Wereldoorlog nemen de Duitsers een 42 cm mortier in gebruik, die ze in 1893 al aan het uitproberen waren. De projectielen worden ook steeds sterk verbeterd: voorheen tastte een brisantgranaat slechts de buitenkant van de beton- dekking aan maar in 1908 gebruiken de meeste legers al een granaat, die eerst diep in het beton doordringt om pas daarna tot ontploffing te komen. Zo kon een overspanning van 5 meter en 1.80 meter dik beton volkomen vernield worden. Daaraan danken wij het dus, dat deze Stelling een monu ment genoemd kan worden, dat als zodanig nog in zijn oorspronkelijke staat bewaard bleef, al is het dan in 1960 officiéél als vestingwerk opgeheven. Jan Derk Gerritsen Heemschut Noord-Holland. In de Schermer is men verbaasd over het feit, dat niet hun polder maar de ernaast gelegen Beemster is voorge dragen bij de UNESCO als droogma kerij van wereldniveau. De Beemster kreeg de voorkeur boven de Schermer omdat ze het meest zuivere voorbeeld in Nederland is van de verwerking van Italiaanse cultuurtractaten. Het Beemster cultuurlandschap is stelsel matig opgebouwd aan de hand van een schaakbordpatroon. Beplanting markeert de wegen, waardoor het idee van groene kamers wordt gecreëerd, aldus de overweging. De Schermer denkt daar anders over. Daar zegt men: nergens dan alleen in de Schermer zie je een gedecentrali seerd bemalingssysteem of een polder met een eigen binnenboezem. De Beemster daarentegen werd verdeeld in grote afdelingen, die rechtsstreeks op de ringsloot afwateren. Zo gebeurde dat overal behalve in de Schermer. Uniek vinden ze in de Schermer bovendien, dat de kolken van de molen gang nog aanwezig zijn en terwijl er in de Beemster nog maar één koren molen staat, zijn er in de Schermer nog 11 watermolens bewaard gebleven. 18

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1995 | | pagina 18