Natura Artis Magistra Dierentuin zal als complex rijksmonument worden ANNE-MARIE TEN CATE Nu in Amsterdam de Monumenten Selectie Procedure in de Binnenstad nagenoeg is afgerond, de hand wordt gelegd aan de laatste beschrijvingen en nog wat puntjes op de 'i' worden gezet, is het een mooi moment om te kijken wat dat voor Artis inhoudt. Een architectuur-tocht door Artis, waarbij men langs dieren, door struiken, gaas en hekwerk moet kunnen heen kijken om bijzondere details te ontdekken. Want die zijn er genoeg. In Artis wonen wolven in een sociëteit en ibissen in een voormalig buiten. Het Koninklijk Zoölogisch Genootschap Natura Artis Magistra werd in 1838 opgericht door drie vooraanstaande Amsterdammers, Wijsmuller, Westerman en Werlemann. Twee jaar eerder al had Westerman een vergeefs verzoek tot Koning Willem I gericht een dierentuin te mogen stichten. Menagerieën waren in het verleden erg in trek. Het terrein van Artis maakt deel uit van de Vierde Uitleg van Amsterdam uit 1663 en de gronden werden in pacht uitgegeven. De 'Plantaadje'(Plantage) was een 'groene long', een wandelgebied, waar de bebouwing ingevolge een vroed- schapsbesluit slechts een tijdelijk karakter mocht hebben. In 1857 werd besloten de gronden aan de huurders te koop aan te bieden, waarna enorme bouwactiviteiten volgden. Ook Artis huurde aanvankelijk de grond en wist steeds meer grond te bemachtigen. In de loop van de jaren werden er wel 20 grondaankopen gedaan en uiteindelijk bezat het Genootschap 8 van de oorspronkelijk 15 perken, houtwallen en de Prinsengracht. Het terrein beslaat nu ongeveer 10 ha. Vaak liet men de oorspronkelijk bebouwing staan. Zo huisden de nijlpaarden en olifanten in de vorige eeuw nog in het buiten 'Lusthof. Uitbreidingen, nieuwbouw en aanleg van kooien was afhankelijk van aantallen leden, gulle geldschieters en schenkers. De gelei delijke groei en de onzekere financiën hebben de verrassende structuur en de diversiteit aan gebouwen en bouw werkjes bepaald, waaraan bijna twee eeuwen geschiedenis valt af te lezen. Behalve een dierentuin is Artis ook een wetenschappelijk instituut met een zoölogisch laboratorium, een dierkundig museum en een beroemde bibliotheek. In 1970 werden de eerste onderdelen van het Artis-complex ingeschreven in het Register van Rijksmonumenten: de twee buitenhuizen Weltevreden en Welgelegen, beide aan de Plantage Middenlaan. Deze dwarshuizen, een van hout, dateren uit de periode van voor de stichting van Artis en geven een beeld hoe de Plantage er voor 1850 moet hebben uitgezien. Voordat men Artis binnengaat staat men oog in oog met een rijksmonu ment, namelijk het ingangshek met de kiosken en de met vergulde adelaars bekroonde pijlers (U)*). De poort dateert uit 1850 toen de ingang werd verplaatst naar de Plantage Kerklaan. De adelaars zijn een geschenk van een bestuurslid. In 1974 kwamen het aquariumgebouw, de bibliotheek en het voormalig hoofdgebouw, alle aan de Plantage Middenlaan, op de Rijksmonumentenlijst. Het hoofdgebouw (G) dateert uit 1851 en werd door de directeur van StadswaterwerkenJ. vanMaurik ontworpen. Dit gebouw was speciaal voor de leden, die er na een bezoek een versnapering konden gebruiken, er vonden feesten en muziekuitvoerin gen plaats. Want Artis was alleen toegankelijk voor leden en een ontmoetingsplaats voor de gegoede burgerij. Op de verdieping werd een museumzaal ingericht met opgezette dieren, waar overigens menig dier uit Artis zijn einde vond. Tegelijkertijd met de oprichting van Artis in 1838 werd er een bibliotheek gesticht ten behoeve van het genoot schap. Als basis diende de bibliotheek van oprichter Westerman. De collec tie zou in de loop van de eeuwen uitgroeien tot een van de belangrijkste wetenschappelijke bibliotheken op het gebied van de zoölogie en de natuur lijke histori en is nu eigendom van de universiteit van Amsterdam. In 1868 werd er een nieuw pand betrokken aan de PI. Middenlaan, gebouwd naar een ontwerp van G.B. Salm (1831-1890), lid van het genoot schap, en ontwerper van menig Artisgebouw. In de twee volgende jaren werd de bibliotheek o.l.v. Salm aanzienlijk uitgebreid en ontstond de enorme lange gevelwand, versierd met 13 jlë- 1 sar .OT5GE8 Zo ging men met het pontje over de Prinsengracht voordat deze in vijvers veranderde. Op de achtergrond het Sociëteitsgebouw (nu restaurant). (Prent van Hekking jr.) De natuur is de leermeesteres der kunst Rijksmonumenten

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1995 | | pagina 13