Museum de Menkemaborg te Uithuizen Groninger borg Parel van het Noorden ANNE-MARIE TEN CATE Met recht wordt de Menkemaborgeen gaaf voorbeeld van een Groninger borg uit de 18de eeuwde parel van het noorden genoemd. In het huisarchief bevindt zich de ontwerptekening van de formele tuin zoals die aan het begin van de 18de eeuw werd aangelegd. In fasen is deze tuin in deze eeuw ten dele gereconstrueerd. En ook het interieur is met zeer veel zorg ingericht. Huis en tuin vormen nu weer een eenheid. Gelegen in het water, met trotse pauwen op het voorplein en omgeven door prachtige tuinen en bossen vormt het bezoek aan deze borg het hoogtepunt van de landelijke Heemschutdag. Men waant zich tijdelijk in de vroege 18de eeuw. Herenkamer Menkemaborg (foto John Stoel). Het geslacht Clant De Alberda's Bouwgeschiedenis Over de vroegste geschiedenis van de borg is weinig bekend. Volgens een gevelsteen zou de oude borg in 1400 zijn verwoest. Maar tussen 1400 en 1614, de datum op de gevelsteen ('Dorch Gots gnade gereparert'), werd er wel degelijk op de Menkemaborg gewoond. De Menkema's hebben niet lang op het kasteel gewoond, want in 1489 wordt als eigenares Vrouwe Bywe tho Stedum genoemd, vermoedelijk gehuwd met Andolof van Nittersum. Hun enig kind, Teetke huwde Egbert Clant tot Stedum. Het geslacht Clant zou de borg bijna twee eeuwen bewonen. Van de familie Clant bevin den zich ettelijke familieportretten op de borg. In 1682 verkocht Johan Clant de Menkemaborg met schathuizen, hoven, grachten tuinen, weilanden en heerlijke rechten aan Mello Alberda. De jongste zoon Unico Allard erfde de borg in 1699. Hij huwde in 1701 Everdina Comera van Bermn. De borg werd grondig verbouwd, waarbij deze het huidige aanzien kreeg. Zij lieten ook een formele tuin aanleggen. Unico (overleden in 1714) en Everdina (overleden in 1751) lieten de borg na aan hun dochter freide Susanna Elizabeth, die gehuwd was met haar neef Gerhard Alberda van Dijksterhuis, zich noemende Alberda van Menkema en Dijksterhuis. In het huisarchief bevindt zich nog een gedicht ter gelegenheid van dit huwe lijk, met Onder andere de volgende regels: Vergun mij dan datk nu mag zeggen en het gedichte uitgae leggen: 't is U ster, Er ellen Alberda, gesproten uit 't huis Menkema. De ander ster is u gelijke, Heer Alberda van 't Huis te Dijke, gelijk van naam en ook van stam, die met Uin conjunctie quant'. Gerhard Alberda bekleedde verschil lende hoge provinciale functies, hij stierfin 1784. Zijn zoon Unico Allard Alberda van Menkema volgde hem op. Het bezit bleef nog tot 1902 in handen van het geslacht Alberda, toen de laatste telg kwam te overlijden. De nieuwe eigenaar werd door vererving de familie Lewe van Nijenstein, kinde ren van de zuster van de laatste Gerhard Alberda. Zij waren financieel niet in staat hun bezittingen in stand te houden. De inboedel werd in 1903 geveild en de Menkemaborg werd in 1921 in een stichting ondergebracht en geschonken aan het Museum van Oudheden voor Stad en Provincie Groningen; onder voorwaarde dat 'de borg Menkema met omgeving moet blijven bestaan, opdat ook in de komende tijden worde genoten van al wat daar door natuur en mesch tot stand is gebracht', aldus verluidt het in de schenkingsacte. Hun bezit Huis ten Dijke of Dijksterhuis te Pieterburen is een slechter lot beschoren en werd, nadat de staat het niet wilde kopen, in 1903 afgebroken. Een tijd lang was de Menkemaborg een dependance van het Museum van Oudheden. Nu is het als museum ondergebracht in de Groninger Borgen Stichting en het gehele jaar geopend. De bouwgeschiedenis van de borg gaat vermoedelijk terug tot de 14de eeuw. Het steenhuis (stenen huis, een bijzonderheid voor die tijd) werd in 1400 gedeeltelijk verwoest en zoals de gevelsteen zegt herbouwd. Veel meer is er niet bekend. Restanten van het steenhuis zijn terug te vinden in de keuken, daar bevonden zich immers primaire voorzieningen als water (een regenput) en afvoeren. In 1614 werd de borg door Osebrandt Clant en Josine Manninga herbouwd en aanzienlijk uitgebreid. De plattegrond kreeg door de bouw van een nieuwe westelijke vleugel een hoefijzervorm, met de open zijde naar het noorden oosten. Toen de borg in het bezit was van Unico Allard en Everdina Alberda vond zoals gezegd aan het begin van de 18de eeuw een grote verbouwing plaats. Het wapen Alberda-Van Berum prijkt dan ook boven de voor deur. Zij waren overigens ook nauw 21

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1995 | | pagina 21