De Caetsbaen' van Huis ter Kleef
Een van de laatste adellijke overdekte tennisbanen van Nederland
JAAP KAMERLING
Haarlembeschikt over een uniek cultuurhistorisch monument. In de
volksmond heet het Huis ter Kleef: een slot met een leuk torentje aan de
Kleverlaan, gebouwd rond 1560.
Literatuur
niuafmuHfl
De Caetsbaen Huis ter Kleef uit 1560 te Haarlem met modern kantoor ernaast.
Het oorspronkelijke Ter Kleef was vele
malen groter. Het slot werd in 1573
opgeblazen door de Spanjaarden. Een
gebouw overleefde de explosie: de
'caetsbaen' van Hendrik van Brederode,
de beroemde Geuzenleider. Deze baan,
nu kantine/kantoorruimte, en de
caetsbaen van Huis Bergh in
's-Heerenberg, na de oorlog verbouwd
tot wooneenheden, zijn waarschijnlijk
de enige oude tennisbanen, die niet
ten offer zijn gevallen aan de slopers
hamer. Vroeger was er ook nog een
baan'op Kasteel Batestein in Vianen,
die tot 1785 is gebruikt en daarna
exercitiéterrein werd.
Elendrik van Brederode was bijzonder
gesteld op een partijtje tennis op deze
16de eeuwse baan. De tennisbanen
dienden voor zijn eigen ontspanning
en boden tevens vermaak voor geno
digden op de feesten en partijen, die
hij regelmatig op Het Huis ter Kleef
gaf. De Brederodes werden op grond
van hun afkomst en positie gezien als
de natuurlijke leiders van de Hollandse
adel. Elendrik was iemand die, niet
alleen op de tennisbaan, respect
afdwong wat tot uitdrukking kwam in
zijn verkiezing tot Geuzenleider in
1566. Hij was na Oranje en Egmond
waarschijnlijk de meest vermogende
edelman van het gewest. De
Brederodes bezaten verscheidene
imposante kastelen: behalve Huis ter
Kleef het Huis Brederode te
Santpoort en Kasteel Batestein in
Vianen.
De nu nog van het Huis ter Kleef
overgebleven overdekte tennisbaan
heeft momenteel een geheel andere
functie: een kantoorruimte voor het
Natuur en Milieucentrum (NMC)
annex kantine.
De Haarlemse bevolking heeft bij het
zien van het nieuw gebouwde kantoor,
vastgeplakt aan het oude gebouw met
het torentje, nauwelijks associatie
meer met het veelbewogen verleden:
tennisbaan tussen 1560 en 1572 en
- tijdens het beleg van Haarlem -
gevangenis. In zijn dagboek over dit
beleg schrijft Jan Willem,sz Verroer in
1573, dat vele Hollandse krijgsgevan
genen 'opt huys ter Kleef in die
caesbaen van honger ende commer
ende ongemack ghestorven' zijn.
Anderen, 200 a 300, hielden het in de
kaatsbaangevangenis nog weken uit en
werden op 11 augustus 1573 onthoofd.
Het NMC ziet op dit moment in
verband met uitbreiding uit naar een
nieuwe locatie. De gemeente Haarlem
gaf aan verhuizing echter nog geen
goedkeuring. Het NMC zit nog niet
zo lang in het nieuwe gebouw naast de
overdekte baan, die het gebruikt als
kantine en aanvullende kantoor
ruimte. Voorlopig blijft het dus 'bezet'
door het NMC. Mocht binnen enkele
jaren het wel tot verhuizing van het
Natuurcentrum komen dan zou dat
een unieke kans zijn het gebouw met
het torentje in zijn originele staat te
herstellen. In 1943 werd het geschikt
gemaakt voor bewoning.
Van het otide interieur bleef niets over.
Op een aquarel van de schilder
Saenredam is het torentje van het
gebouw nog koepelvormig. Later,
wellicht begin 17de eeuw, werd het
vervangen door een spitse toren.
Heemschut is gevraagd zich in te
zetten voor de rehabilitatie van dit
bijzondere cultuurhistorische gebouw.
Cees de Bondt, 'Heeft yemant lust met
bal of met reliet te spelen? Tennis in
Nederland 1500-1800'. Hilversum
1993.
Tekening Caetsbaen van de Leidse studenten uit 1610.