Station Wolvega
Snel en dynamisch, maar met respect voor de eigen geschiedenis
Wie wil weten hoe met respect maar tegelijkertijd op een fantasievolle wijze
m,et een historisch gebouw omgegaan kan worden, moet met de trein afreizen
naar Wolvega. Het gerestaureerde station Wolvega laat zien dat moderne
architectuur en een monument heel goed samen kunnen gaan. Sterker
geformuleerd: door de verbouw heeft het gebouwtje aan kracht gewonnen.
Populair gezegd: het station heeft weer smoel gekregen. Het is weer wat het
vroeger was: een modem en functioneel stationsgebouw.
MATH BERKERS
«T,
Het vernieuwde Station Wolvega (foto David Luchtmeyer).
Het had niet veel gescheeld of hét
station Wolvega was gesloopt. De NS
is een bedrijf met een eenvoudige en
heldere doelstelling: het zo snel en zo
goedkoop mogelijk vervoeren van
mensen en goederen. Een stationsge
bouw is voor de NS een bedrijfsge
bouw. Het moet functioneel en onder
houdsarm zijn en een uitstraling
hebben die past bij het imago dat het
bedrijf nastreeft. Dit lijkt op gespan
nen voet te staan met de zorg voor het
cultureel erfgoed dat in haar bezit is.
In dit verband een aardige anekdote:
op zoek naar informatie over de
restauratie van het station Wolvega
belde ik met de dienst gebouwen van
de NS. Drie telefoontjes later en na
enkele malen doorverbonden te zijn,
vroeg een medewerkster van de NS
aan mij of ik het station van Wolvega
eigenlijk wel kende. 'Tja', zei ze, 'er is
daar natuurlijk wel een loket, en
misschien datje er ook wel wat snoep
goed kunt kopen, maar om dat een
restauratie te noemen, dat lijkt me
wel wat overdreven.' U begrijpt het
misverstand.
Niet weer een abri
In de jaren zestig en zeventig zijn er in
Nederland heel wat stations verdwe
nen. In Friesland zijn onder meer de
stations Zwaagwesteinde,
Veenwouden, Hardegarijp en Grouw
vervangen door de bekende abri's. Het
leek erop dat voor het station Wolvega
een zelfde toekomst in het verschiet
lag. Zoals dat gaat in zo'n geval: de
bouwkundige staat was slecht en een
deel van het gebouw stond leeg; de NS
had nieuwbouwplannen en dus vond
er al jarenlang geen onderhoud meer
plaats.
De voorgenomen sloop lokte felle
protesten uit. Talrijke personen en
organisaties, zonder volledig te zijn,
de Stichting Moderne Architektuur
Friesland, het Cuypers Genootschap,
de Bond van Nederlandse
Architecten, de Vereniging Historie
West-Stellingwerff, de Stichting tot
Behoud van Oude Spoorwegstations
en natuurlijk ook Heemschut,
probeerden de NS op andere gedach
ten te brengen. Al in een vroeg
stadium verleende de overheid haar
medewerking: de provincie Friesland
was bereid om een bijdrage te ver
strekken in het casco-herstel en ook
de gemeente West-Stellingwerf wilde
financieel bijspringen. Over één ding
was iedereen het eens: het station
Wolvega moest behouden blijven.
Waterstaatstype 4de klas
Het station is een Waterstaats-stan
daardtype der 4de klas, ontworpen
door de architect K.H. Brederode. Het
station werd in 1868 gebouwd in het
kader van de '1ste staatsaanleg' door
de Maatschappij tot Aanleg van
Staatsspoorwegen. Van dit type en het
iets kleinere standaardtype der 5de
klas, zijn er in totaal 9 gebouwd in
Friesland. Wolvega is het laatste
station dat is overgebleven. Dit
verklaart de grote vasthoudendheid
waarmee de NS jarenlang onder druk
is gezet. Zonder deze inzet was het
station zonder meer gesloopt.
De onderhandelingen met de NS
begonnen in 1987, voor de NS een
ongelukkig moment. Ik citeer Broor
Adema, van architectenbureau Adema
te Dokkum en lid van de Provinciale
Commissie Heemschut Friesland, die
zich van begin af aan heeft ingezet
voor het behoud van het station: 'Ik
trof een geërgerde sfeer aan, de NS
voelde zich belemmerd in het omvor
men van haar imago tot een modern
dynamisch bedrijf.' Na een aantal
gesprekken was de NS bereid tot
heroverweging van de plannen maar
alleen onder de uitdrukkelijke voor
waarden dat de meerkosten van een
restauratie door derden zouden
worden weggesubsidieerd en een
structurele invulling voor de rest-
ruimte zou worden gevonden. Met
name de gemeente West-Stellingwerff
heeft hierbij een belangrijke rol
gespeeld, zowel door de financiële
toezeggingen die zij heeft gedaan als
door het vinden van een huurder voor
de bovenverdieping van het station.
Ontwerp van Kilsdonk
Enkele jaren leek er weinig te gebeu
ren, Broor Adema noemt het achteraf
een ontmoedigingsperiode. 'Maar
gelukkig werd ik in die tijd voortdu
rend door ir. Hoestra van het Cuypers
Genootschap aangesproken op het
belang van dit object.'
In 1990 kwam de omslag: de NS trad
naar buiten met het, later ook uitge
voerde, ontwerp van NS-architect ir.
P.A.M. Kilsdonk. Vanaf dat moment
nam de NS het voortouw. Een reden is
volgens Adema, dat de NS merkte dat
door de verdedigers van het cultuur
historisch erfgoed juist positief werd
meegedacht over de modernisering
van de functie. Misschien ligt het veel