Bijzonder boek over P.L. Kramer BOEKEN Waanders en RDMZ Bouwglas Prachtig is de recente uitgave over leven en werk van de Amsterdamse Schoolarchitect met als titelPieter Lodewijk Kramerarchitect van de Amsterdamse School. 1881-1961'. Het boek is een vertaalde en ingekorte versie van het proefschrift van de Duitser Bemard Kohlenbach Kramer heeft altijd enigszins in de schaduw gestaan van Michiel de Klerk. Mede oorzaak hiervan is wellicht het feit dat zijn archief na z'n dood bijna volledig verbrand werd. Kohlenbach plaatst Kramer op één lijn met De Klerk. Zijn laatste zin luidt dan ook: 'Tussen 1915 en 1930 is hij (Kramer) erin geslaagd zijn utopie en de opvattingen van de groep te verwerkelijken.' Kramer was een eigenzinnig man, wiens leven na zijn pensioen bij Publieke Werken, in volledige eenzaamheid eindigde. Hij kreeg zijn opleiding bij het bureau van Ed.Cuijpers, waar ook Van derMey en De Klerk werkzaam waren. Naast zijn werk als architect was Kramer van 1915 - 1952 esthetisch adviseur bij de afdeling Bruggen van de dienst Publieke Werken te Amsterdam en bepaalde hij de vormgeving van alle nieuwe en te vervangen bruggen in betreffende periode. Aan zijn brug ontwerpen wijdt het Stedelijk Museum volgend jaar een overzicht stentoonstelling. Tussen 1918- 1931 heeft Kramer samen met De Klerk in opdracht van woningbouwvereniging De Dageraad invulling gegeven aan Berlage's uitbreidingsplan voor Amsterdam- Zuid (P.L. Takbuurt). Een ander belangrijk ontwerp van Kramer is de Bijenkorf in Den Haag, waarvoor hij ook de ontwerpen voor het interieur leverde. Tussendoor werkte hij in opdracht van particulieren (villa's in Park Meerwijk, de Atelierwoning van Charley Toorop, in Bergen), en maakte hij meubels op bestelling. Voor deze uitgave werden speciaal foto's van Kramer's ontwerpen gemaakt. Behalve dat bevat het vele oude foto's, ontwerptekeningen en blauwdrukken. Jammer is het, dat de plattegronden en tekeningen vaak net iets te klein werden afgedrukt, waar door de teksten nagenoeg onleesbaar zijn. Storend vindt ik het feit dat men bladerend moet zoeken naar de bijschriften van de foto's. Qua layout misschien mooi, maar wel onprak tisch. Desalniettemin wordt met deze studie een absolute leemte in de archi tectuurgeschiedenis van de Amsterdamse School opgevuld. Wormer, Inmerc, 1994. 240p. ISBN90.6611.173.9. Prijs f125,- Voorzitter J.Franssen heeft het december nummer van Heemschut zojuist uitgereikt aan wethouder drs.M.Burgman van Amersfoort in Culinair museum/restaurant Mariënhof. De wethouder herinnerde Heemschut aan de jaren lange relatie tussen Amersfoort en Heemschut, die wel eens lastig maar vooral ook vruchtbaar was en is. (foto Roeland de Bruyn). Bij uitgeverij Waanders verschenen eind vorig jaar in samenwerking met de Rijksdienst Monumentenzorg twee nieuwe uitgaven.Het eerste is Architectuur en stedebouw in Friesland, 1850-1940samengesteld door G.J.M. Derks, M.F. Fermo en F.R. van Weezei Errens. In Friesland werden 3 regio's en 31 gemeenten beschreven, waarbij de nadruk ligt op de provincie; aan de stad Leeuwarden zal t.z.t een afzon derlijk exemplaar gewijd worden. In Friesland heeft hetMIP ertoe bijge dragen dat deze provincies als één van de weinige de eerste prioriteit heeft gegeven aan de jonge bouwkunst voor wat betreft de restauratie- en onder- houdssubsidies. Al bladerend en lezend in deze uitgave kan men niet anders dan tot de conclusie komen dat Friesland wel zeer opmerkelijke en bijzondere voorbeelden van bouw kunst (veelal door plaatselijke archi tecten en aannemers) heeft, heel indrukwekkend. Zwolle, Waanders, 1994 168p. ISBN90.6630.475.8. Prijs f35,- In het Jaarboek Monumentenzorg 1994 staat dit jaar één thema centraal. Het betreft de Monumenten van een nieuwe tijd; architectuur en stedebouw 1850-1940'met daarin 17 bijdragen van de hand van nauw bij het MIP (Monumenten Inventarisatie Project) betrokken auteurs. De eerste twee bijdragen van Marieke Kuipers en Peter Nijhof beiden projectleiders, vormen de inleiding en behandelen de jonge bouwkunst als terrein van onderzoek en de opzet en uitvoering van het project. In de overige bijdragen worden door verschillende 'Mippers' uit elke provincie een voor hen opmerkelijk en bijzonder aspect belicht, zoals de architectuur van de bloembollencultuur, villa's in Valkenburg, vroege betonbouw in Friesland enz. Geeft de MlP-reeks een representatief en globaal overzicht, in deze opstellen wordt dieper op speci fieke thema's ingegaan. Er zal nog stof voor menig jaarboek resteren. Zwolle, Waanders, 207p. ISBN 90.400.9701.1 Prijs f35,- PIE Het projectbureau Industrieel erfgoed te Zeist startte vorig jaar twee reeksen. Een van de twee heet Buiten Bedrijf, waarvan de eerste publikatie is gewijd aan de 'N.V.Tricotagefabriek G.J. Willink te Winterswijk. De docu- mentatiereeks schenkt aandacht aan bedreigd of al verdwenen industrieel erfgoed. Voor het behoud van en plaatsing op de rijksmonumentenlijst van de Tricotagefabriek vecht Heemschut al vanaf 1990 samen met plaatselijke comités. Eerdaags moet de beslissing vallen of het complex verbouwd wordt tot gemeentehuis. In de publikatie aandacht voor de ontwikkeling van de textielindustrie, het gebouw geschreven door provin ciaal commissielid Rob Lurem.an,) herbestemming enz. De andere reeks Industrieel Erfgoed van Nederland is een neerslag van een groot onderzoek gestart door het PIE naar de verschillende takken van nijverheid en industrie in ons land in de periode 1850-1940 met het oog op het formuleren van waardestellingen en verantwoord selectief behoud. Projectleider is Erik Nijhof. De eerste publikatie, samengesteld door drs Hans Buiter, heeft als onderwerp 'Bier, industrieel erfgoed in de biernijver heid in Nederland 1850-1950'. Voor dit onderzoek werden zo'n 30 bier- en moutbrouwerijen bezocht van de nog ca 150 die er nog resten. Gelukkig is de belangstelling voor verschillende bieren en bijzondere brouwsels nog steeds groeiende, waardoor menig oude brouwerij draaiende wordt gehouden. Nieuwe delen verschijnen in 1995 over o.a. het Bergosscomplex te Oss en de Algemene Landsdrukkerij te Den Haag. Beide delen zijn te bestellen door overmaking van f 12,50 (Tricot) en f20,- (Bierboek) op giro 145909 t.n.v. PIE te Zeist, onder vermelding van de gewenste titel. Na o.a. lood, gietijzer, koper en zink schreef Meindert Stokroos, verbonden aan bureau Monumentenzorg Amsterdam, nu een monografie met als titelBouwglas in Nederland; het gebruik van glas in de bouwnijverheid tot 1940'. Een ieder kent de mooie, gezandstraalde of geëtste glazen in bijvoorbeeld tochtdeuren, de glazen 37

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1995 | | pagina 37