Radio Kootwijk in 'kathedraal van de
Veluwe'
WIBO BURGERS
Het lijkt een verhaal uit een jongensboek met als titel
Het vergeten radiostation op de VeluweToch is het de realiteit van deze
dagen het Kootwijkerzand herbergt nog steeds het zenderdorp Radio
Kootwijk uit het begin van de jaren twintig. Enkele jaren geleden dacht de
PTT erover om het zenderdorp te ontmantelen, maar die plannen zijn
voorlopig van de baan. Het verhaal van een legendarisch radiostation,
gehuisvest in een fascinerend gebouw dat wel eens is aangeduid als de
kathedraal van de Veluwe\
'De kathedraal van de Veluwe'.
Draadloze telegraaf
In 1899, drie jaar nadat Marconi als
eerste de draadloze telegraaf demon
streerde, begonnen in ons land zowel
de marine als de rijkstelegraafdienst
met proefnemingen met deze commu
nicatietechniek. Op het lichtschip
Maas werd een proefstation ingericht.
In 1904 was men zover gevorderd dat
de radio- telegrafie voor algemeen
gebruik beschikbaar was. Zo werd in
Scheveningen het eerste, nogal primi
tieve radiostation ingericht.
Aanvankelijk werd de radiotelegrafie
alleen toegepast voor de schepen op
zee. Een snelle verbinding met het
toenmalige Nederlands-Indië kon er
niet mee worden verwezenlijkt, daar
voor was de reikwijdte van het station
onvoldoende.
Voor de verbinding met de Oost was
ons land in die tijd aangewezen op
telegraafkabels, die in Engelse en
Amerikaanse handen waren. In de
Eerste Wereldoorlog gaf dat proble
men voor ons land: het Amerikaanse
net viel uit door oorlogshandelingen
en Nederland was dus aangewezen op
de kabelverbinding van de Engelsen.
Engeland was echter een van de
oorlogvoerende partijen en de gevol
gen waren merkbaar: er traden grote
vertragingen op in het telegraafver-
keer, de telegrammen kwamen soms
helemaal niet over en natuurlijk deed
ook de oorlogscensor zijn werk.
Kortom, het officiële telegraafverkeer
van het neutrale Nederland met zijn
koloniën was in handen van een van de
oorlogvoerende partijen. Dat kon
natuurlijk niet en de radio moest
uitkomst brengen, zo meende men.
Sterke radiozender
De technische ontwikkeling ging verder
en direct na de Eerste Wereldoorlog
werd het mogelijk een sterke radio
zender met een reikwijdte van zeker
12.000 kilometer (de afstand naar
Nederlands-Indië) te bouwen.De
regering besloot dat station te bouwen
in het Kootwijkerzand, een afgelegen
plek op de Veluwe,die als voordeel had
dat tijdrovende onteigeningsprocedu
res konden worden vermeden.
Op 9 augustus 1920 kwam een handje
vol autoriteiten naar de verlaten vlakte
van Kootwijkerzand. Hier stortte de
echtgenote van Waterstaat-minister
König het eerste beton voor een van de
meest fascinerende bouwwerken, die
in deze eeuw in ons land tot stand zijn
gekomen.
Zo'n honderdvijftig Amsterdamse
werklozen hadden intussen onder
toezicht van de Heidemaatschappij
het terrein geëgaliseerd en wegen
aangelegd. De bouw van het zender-
station naar een ontwerp van architect
JuliusMaria Luthmann (1890-1973),
destijds verbonden aan de
Rijksgebouwendienst, kon beginnen.
Daarnaast kwamen dienstgebouwen,
een veertigtal arbeiderswoningen, een
tehuis voor ongehuwde ambtenaren
(later hotel) en een watertoren tot
stand. Voorzieningen als winkels of
een postkantoor kwamen er niet.
De opening van het zendstation vond
plaats op 7 mei 1923. Twee dagen
18