'In monumenten geloven'
Symposium bij aanvang Open Monumentendag 1993 in Nijmegen
WILLEM-JAN PANTUS
Het motto dat dit jaar aan de landelijke manifestatie in Nijmegen ter
gelegenheid van de Open Monumentendag is meegegevenhad niet
dubbelzinniger kunnen zijn. Het knipoogt naar de brandend actuele kwestie
van behoud en eventueel hergebruik van kerkelijke monumenten.
Het is beslist geen toeval, dat juist
Nijmegen is uitgekozen als locatie
voor het gelijknamige symposium,
waarop de kerkenproblematiek
centraal zal staan. In geen andere
plaats in Nederland was de Katholieke
Kerk zo prominent in het stadsbeeld
vertegenwoordigd. Dan dringt zich
niet alleen het beeld op van een stads-
silhouet met elkaar in hoogte en sier
lijkheid beconcurrerende kerktorens,
de compacte bouwmassa's van kloos
ters, seminaries, scholen en ziekenhui
zen. Ook de stedelijke bevolking was
van een schilderachtig coloriet door
de welhaast exotische, maar altijd
stemmige kledij van de leden der
kloosterorden en congregaties, en
de kleurige wijze waarop prelaten en
andere kerkelijke hoogwaardigheids
bekleders zich onderscheidden.
Wat van dat alles vandaag nog rest,
zijn de stenen getuigen. Maar ook dit
beeld is in hoog tempo aan het veran
deren. Bijna tien jaar geleden, in 1984,
verscheen het zogenaamde KASKI-
rapport over de situatie van de
Nijmeegse parochiekerken. De
conclusie van dit rapport was voor
menigeen even radicaal als verbijste
rend: van de 24 toen nog functione
rende parochiekerken zouden er
binnen twee tot vijf jaar 10 moeten
worden gesloten. Over de mogelijke
monumentale waarde die een kerkge
bouw zou kunnen bezitten, werd met
geen woord gerept (zie Heemschut
(1985) nr. 2, 24/25). En dan ging het
nog alleen maar over de katholieke
parochiekerken. Van een openbare
discussie over het gebouwde erfgoed
van de vele orden en congregaties van
paters, fraters en nonnen - er waren
ooit meer dan 120 vestigingen in de
stad - was toen nog geen enkele sprake.
Van enige vorm van beleid op het
gebied van gemeentelijke monumen
tenzorg evenmin.
Nu, na een uiterst traag op gang
gekomen publiek debat, dat zich in het
kielzog bewoog van de discussie rond
de instelling van een gemeentelijke
monumentenverordening (1987) en
na jaren van getouwtrek over de vraag
Dubbel transept en vieringtoren van de Antonius
van Paduakerk (1916-1917) aan de
Groesbeekseweg in Nijmegen.
Architect: Jos Margry. Staat niet op de concept
monumentenlijst van de gemeente. Toekomst
uiterst onzeker (foto's Willem-Jan Pantus).
Kerk en pastorie van de Antonius van Padua- en
St. Anna aan de Groenstraat in Nijmegen (1909-
1910) Arch.: A.A.J. Margry. Geplaatst op
gemeentelijke monumentenlijst en behouden voor
de eredienst.
of een bepaald kerkelijk monument nu
wel of niet onder de bescherming van
de wet gesteld diende te worden, tekent
zich langzaam aan het effect van een
dergelijke aanpak af.
Zeven gebouwen afgebroken
Sinds 1986 zijn zeven kerken, kapellen
of kloosters afgebroken. Het meest
schrijnende voorbeeld vormt wel de
teloorgang van de kapel van het voor
malige Dominicus College in
Neerbosch. Het gebouwtje uit 1926,
van de hand van Ed. Cuypers en met
muurschilderingen en glasramen van
Walter Vits, een nog gaaf juweeltje van
kerkelijke kunst onder invloed van de
Nieuwe Zakelijkheid, stond op de
Rijkslijst van beschermde monumen
ten. Een nieuwe bestemming, die op
het laatst vrijwel rond was, liet echter
lang op zich wachten. Dat had tot
gevolg dat het gebouw regelmatig
onaangekondigd bezoek kreeg van
vandalen, die werkelijk alles wat los
en vast zat, marmeren altaren, taber
nakels, ramen en koorgestoelte, kort
en klein sloegen en uiteindelijk, als
apotheose, de kapel als een fakkel
lieten branden. Een geblakerde vlakte
is nu het resultaat.
Daarmee verschilt dit kerkelijk
monument weinig met de eveneens
aan de vlammen ten prooi gevallen
Verrijzeniskerk en met de 'normaal'
gesloopte kapellen van het Canisius
College, hetjozefklooster, de Rosa
Stichting en het Canisius Wilhelmina
Ziekenhuis, alsmede met de Christus
Koningkerk, waarvan alleen de toren
bleef staan.
Lichtpunten?
Zijn er dan echt geen lichtpunten?
Zeker wel. De zeer markante kerk
van St. Anna en St. Antonius aan de
Groenestraat werd via een spoed
procedure op de gemeentelijke lijst
geplaatst, nadat het kerkbestuur een
sloopvergunning had aangevraagd.
Onder druk van de gemeente en een
bevlogen werkgroep van verontruste
parochianen is afstoting - en dus
sloop - nu van de baan. Sloop wordt
van de kant van het Bisdom
's-Hertogenbosch zelfs geëist bij alle
kerken die aan de eredienst onttrok
ken worden en na verwijdering van
religieuze kenmerken als kruisen en
beelden door hun uiterlijke verschij
ningsvorm nog aan een kerkgebouw
herinneren. Deze houding lijkt eerder
op de tactiek van de verschroeide aarde
dan op een warme betrokkenheid bij
het behoud van culturele waarden, iets
wat men van een kerkgenootschap
toch zou mogen verwachten.
Momenteel studeert men op de 14
mogelijkheid de eigenlijke kerkruimte
binnen het huidige gebouw af te
schermen, zodat er ruimte ontstaat
voor andere parochiegebonden activi
teiten die nu elders plaatsvinden. Door
een optimaal gebruik van de kerk
kunnen andere gebouwen worden
13