.11#!#^
-■■ffitë-ÈiStfcM
l¥- V'
- "M 'iVi
ViTU
2 fc'WftiSÊiv
mi
fa* v^y;&
'?:J00Êk:>-: 4-
v
5 fögË£%| .>86> F**
«&wL.^gmi&*3
*5 *»J
<j$??b r**sv" •-
Ï2& V.V v
->
t»! v
.~y-;
J.7 --.yfi \j
i.-u
i Y; '.'Or-
'Qi v U. .'CV,V-
'iV 1
De grafheuvels van de Zuilensteinsche kop bij
Leersum
glooiingen, die met jong groen zijn
bedekt. Ze zijn niet hoog, zo'n ander
halve nieter hoogstens en de door
snede varieert van twaalf tot vijftien
meter. Met een beetje fantasie kun je
de hoge donkere stammen van de
grove dennen rondom beschouwen als
kerkpilaren. In 1918 is de heide hier
opnieuw ingeplant en liggen de graf
heuvels, net als toen ze zo'n tweedui
zend jaar geleden werden opgewor
pen, opnieuw in het bos. Overal
zingen vogels en het moet een heer
lijke plek zijn om van de eeuwige rust
te genieten. Langs het bospad staat
een informatiezuiltje met koperen
kap, één van de vijf op de Grafheuvel
route Utrechtse Heuvelrug en
ontworpen door Ruud Ringers. Er
staat een kaartje op met de tekst:
'Tweede etappe van de grafheuvel
route Leersum- Rhenen, met aange
duid de grafheuvels. Urnen van het
type Drakestein, waarvan hier in de
grafheuvels scherven zijn gevonden.
Gevonden aardewerkscherven, crema-
tieresten en houtskool in de grafheu
vels wijzen erop dat men de doden
cremeerde. De as werd in een urn
bijgezet en in een opgeworpen heuvel
begraven. Vaak is een grafheuvel
gebruikt voor meer dan één bijzetting,
soms ook wel zonder urn'.
Over de zachte, verende bosgrond
loopt een smal paadje tussen de heide
struikjes naar de top van de grafheu
vel. Het is een wonderlijk idee, dat
zo'n anderhalve meter beneden onze
voeten de resten van verre voorouders
zijn neergelegd. Konden wij maar
even binnenin kijken. De ROB is op
een bijzondere manier aan die wens
tegemoet gekomen, in Amerongen.
Amerongen
We rijden terug naar de Rijksstraatweg
en slaan een paar kilometer verder in
het stadje Amerongen linksaf naar
café-restaurant Het Berghuis. Daar
heeft de ROB door Bureau Archeoplan
uit Delft een 'kunstmatige' grafheuvel
laten opwerpen. Deze reconstructie is
een opengewerkt model op een funde
ring van beton, waar men doorheen
kan lopen. Eromheen staat een palen-
krans, die bij de 'echte' grafheuvels in
Leersum allang is verdwenen. Want
de opgeworpen tumulus was dikwijls
omgeven met een greppel of een kring
van palen. Men veronderstelt dat deze
dienden als scheiding tussen de werel
den van doden en levenden. In onze
tijd wordt een begraafplaats immers
ook meestal omgeven door een hek of
muur. Ook deze heuvel ligt prachtig in
het lentebos. Wij lezen op de informa
tieborden van Staatsbosbeheer:
"Het landschap van de Utrechtse
heuvelrug is door de eeuwen heen
herhaaldelijk veranderd. Mensen
speelden daarbij een grote rol. Het
huidige bos is door mensenhanden
aangelegd. De meeste bomen zijn in
de vorige eeuw en in de eerste helft
van deze eeuw geplant, vooral veel
grove dennen. Hier bij het Berghuis
vind je de oudste bossen; ze zijn ruim
tweehonderd jaar oud. Daarvoor
waren de heuvels nauwelijks bebost.
Er waren uitgestrekte heidevelden
met zandverstuivingen. De mensen
gebruikten deze woeste gronden om
vee te weiden en plaggen te steken. Op
kleine akkers bij het dorp verbouwden
de boeren graan en andere gewassen.
Ze bemestten die akkers met een
mengsel van schapemest en heideplag-
gen(...) Als je de natuur haar gang laat
gaan, krijg je in ons klimaat vrijwel
overal bos. Ook de Utrechtse heuvel
rug was eeuwenlang begroeid met
dicht loofbos. In de loop van de
middeleeuwen groeide de bevolking.
Er was steeds meer hout en akkerland
nodig. Het bos werd verbruikt en
veranderde geleidelijk in een heide
veld Wat in de middeleeuwen
plaatsvond, was ook in de prehistorie
gebeurd. In dejonge Steentijd (5300-
2100 voor Chr.) vestigden zich steeds
meer mensen in deze streek. Het bos
moest wijken voor hun activiteiten.
Uit onderzoek is gebleken, dat de
grafheuvels uit de daaropvolgende
periode, de Bronstijd (2100-700 voor
Chr.) zijn aangelegd in een heideland
schap, afgewisseld met lindebossen.
Het oorspronkelijke bos was toen dus
grotendeels verdwenen".
De grafheuvel in
Als wij haastig de grafheuvel binnen
willen gaan, struikelen wij bijna over
een paaltje waarop staat dat deze graf
heuvel aangeboden is door de
Provinciale Utrechtse Electriciteits
Maatschappij PUEMN.V. 1916-
1991Een fraai gedicht van Peter
Versteege verhaalt van de voorgeschie
denis van deze plek.
Poëtisch gestemd gaan wij de graf
heuvel binnen. Langs de wanden
kun je de diverse lagen, waaruit hij
bestaat, aflezen. Van onder naar boven
is dat een vaste ondergrond van zand
met daarboven een oorspronkelijk
maaiveld: een humeuze laag afgedekt
door de oudste heuvel, ca. 2000 voor
Chr. en opgebouwd uit bosplaggen.
Daar bovenop een humeuze boven
laag van die oudste heuvel, bedekt
door een tweede heuvel uit ca. 1500
voor Chr. en opgebouwd uit heide
plaggen. En tot slot de humeuze
bovenlaag van die tweede heuvel.
Voor deze reconstructie zijn gegevens
gebruikt van diverse grafheuvels. Dat
betekent dat niet ieder exemplaar er zo
heeft uitgezien. Dit model noemt men
een tweeperiodenheuvel, dus twee
heuvels uit verschillende tijden
bovenop elkaar. Aanvankelijk maakten
onze voorouders een kuil en legden
daarin hun doden in hurkhouding.
Later gebruikten ze een uitgeholde
boomstam als doodskist en nog weer
later cremeerden ze en zetten de as bij
in een urn. In christelijke tijden werd
dit als een heidens gebruik gezien en
ging men weer over op begraving.
Het is een bijzondere ervaring om, het
liefst op een doordeweekse dag, door
deze prachtige, stille bossen van de
Utrechtse Heuvelrug te lopen en bij
de talloze grafheuvels te mijmeren
over leven en dood. De grafheuvels
zijn bij de wet beschermde archeologi
sche monumenten en vormen een zeer
waardevol onderdeel van ons cultuur
landschap
Drs. A.M.Offenberg is redactrice van het
maandblad voor Geschiedenis en archeolo
gie Spiegel Historiael.
23