Fundering Enser kerk op voormalig
Schokkereiland.
komen, denken gemeentebesturen
aan grote buitendijkse jachthavens en
recreatieterreinen en willen provincies
vervuild slib van het land in grote
putten in het meer storten.
Aanslag op open ruimte IJsselmeer
Elk van deze plannen afzonderlijk zou
nog acceptabel kunnen zijn vanuit het
oogpunt van economie of ruimtelijke
ordening, maar bij elkaar opgeteld
vormen ze een onverantwoorde
aanslag op de open ruimte van het
IJsselmeer, op de cultuurhistorische
waarde van de oevers en op het milieu.
De afweging van wat er nog wel of niet
acceptabel is, is daarom de belangrijk
ste opgave voor de komende jaren.
Gelukkig zijn de gemeentes en provin
cies rondom het IJsselmeer zich bewust
van de noodzaak van het behoud en
het beheer van het IJsselmeer. Met
modelbestemmingsplannen en
beleidsplannen proberen zij dat vorm
te geven. Ook Rijkswaterstaat is met
een beheersplan gekomen. Maar
volgens de Vereniging tot Behoud
van het IJsselmeer gebeurt dat alle
maal nog veel te ongecoördineerd.
Een werkelijk samenhangend beleid
voor het héle IJsselmeer bestaat nog
steeds niet. En zo'n beleid is nodig,
omdat er zonder een samenhangende
visie op alles wat er zich op en rond
het IJsselmeer afspeelt niet adequaat
gereageerd kan worden op alle claims
die er gelegd worden op deze unieke
open ruimte.
Cultuurhistorie verwaarloosd
Opvallend bij veel van de onlangs
verschenen rapporten en nota's is
de nogal geringe aandacht voor de
cultuurhistorische waarde van de
voormalige Zuiderzee. Dat blijkt
onder andere uit het Ontwerp
Interprovinciaal Beleidsplan
Markermeer (1993, provincies
Noord-Holland en Flevoland), waar
zelfs heel Waterland ongenoemd
blijft, maar ook de historisch zo
belangrijke kust van Hoorn tot
Monnickendam er maar bekaaid
afkomt.
Toch komt er de laatste tijd steeds
meer aandacht voor het cultuurhisto
risch toerisme. Het is een groeimarkt
en rondom de hele voormalige
Zuiderzee kan de cultuurhistorische
toerist z'n hart ophalen in de vele
stadjes, die verstild hun boeiende
geschiedenis liggen vast te houden
aan de waterkant.
De Fransman Henry Havard sprak
in 1873 na een rondreis over de
Zuiderzee als eerste over 'les villes
mortes', de dode stadjes van de
Zuiderzee. Wat er sindsdien verdwe
nen is in deze 'dode' Zuiderzeestadjes
kan bekeken worden in het
Zuiderzeemuseum in Enkhuizen.
Scheepswrakken
Bovendien hebben de nieuwe
IJsselmeerpolders tot een heel nieuwe
vorm van archeologie geleid. Op en in
de bodem van de verraderlijke
Zuiderzee zijn honderden scheeps
wrakken gevonden. Vele daarvan zijn
uitgegraven en geconserveerd in het
Museum voor scheepsarcheologie in
Ketelhaven.
De nieuwe polders, die nu zo'n onlos
makelijk onderdeel vormen van het
Nederlandse landschap, herbergen
nog andere wonderlijke overblijfselen
van een voorbije tijd.
Elburg
Zo is de bewogen
Zuiderzeegeschiedenis van Elburg
nog altijd op de voormalige zeebodem
van Oostelijk Flevoland terug te
vinden.
Tijdens de twaalfde eeuw werd begon
nen met de ontginning van het veen-
land aan de rand van de Veluwe nabij
de oevers van de Zuiderzee. Ongeveer
op de plaats van het huidige Elburg
werd door de graven van Gelre een
Voormalig havenhoofd Elburg.
burcht gebouwd, waaromheen een
nederzetting groeide. Als gevolg van
het opdringende Zuiderzeewater werd
Elburgin 1392 een stukje landin
waarts verplaatst en kreeg het de.
huidige planmatige rechthoekige
stadsvoren plus omwalling. De fortifi
caties aan de zeezijde hebben niet lang
standgehouden, ze werden wegge
spoeld door de Zuiderzee. Elburg is
in zijn bestaan meer bedreigd geweest
door de zee dan door vijanden vanaf
het land.
De Schokkerhaven.
De huidige haven is in de zeventiende
eeuw aangelegd. Het havenhoofd van
deze ooit belangrijke haven stak zo ver
de Zuiderzee in, dat de kop ervan
nu nog in de tegenoverliggende
Flevopolder te zien is. Deze 'Kop van
't Ende' is gerestaureerd en vormt nu
een vreemd stukje historie in de
polder. Het is goed te vergelijken met
de eveneens bijna surrealistische situ
atie aan de noordpunt van het eiland
Schokland. Daar liggen de havenhoof
den van het voormalige haventje van
Emmeloord op de droge polderbodem
niks te doen. De schapen grazen in de
havenkom en buiten golft niet de zee,
maar het koren.
Er is nog iets dat Elburg met de
IJsselmeerpolders verbindt: de plan
matige aanleg.
Beide zijn op de tekentafel ontworpen,
en net als Elburg in zijn tijd, zijn ook
de Flevopolders uiterst modern verka
veld. Alleen de schaal is anders. Ook
de dorpen in de polders hebben net als
Elburg allemaal hun eigen doordachte
stedebouwkundig concept.
Nagele
Het beste kan Elburg misschien wel
met Nagele vergeleken worden. Dit in
de jaren vijftig aangelegde dorp in de
Noordoostpolder is, net als Elburg in
zijn tijd, een schoolvoorbeeld van
moderne stedebouw. En het heeft ook
een stadswal. Niet van steen, niet met
bastions en kazematten, maar van
bomen, om de kille polderwind buiten
te houden. Zo heeft iedere tijd z'n
eigen vijand.
Gerrit van der Plas is planoloog en hoofd
redacteur van het tijdschrift
IJsselmeerberichten
19