Zorgen om de historische Overtuin van Oranjewoud Rita Mulder-Radetzky 36 Aan het begin van dit jaar is de procedure gestart voor de aanwijzing van het voormalige buiten Oranjewoud bij Heerenveen als monument, op voorstel van de Rijkscommissie voor de Monumenten. De buitenplaats bestaat uit een hoftuin met landhuis en de overtuin aan de overzijde van de markante Lindelaan. De bescherming is een ver heugend feit als men bedenkt dat vorig jaar januari één onderdeel van het landgoed, de overtuin ernstig bedreigd werd. De natuurbeschermingsorganisatie It Fryske Gea had het plan opgevat om er zijn kantoor te vestigen. Dank zij acties, waarbij de Bond Heem schut in Friesland ook betrokken was, is dit gevaar afgewend. Dit was niet de enige bedreiging voor deze unieke tuin. Al eerder liep een za kenman met plannen rond om in de overtuin een hotel te laten bouwen. Dergelijke projecten vormen een grote bedreiging, enerzijds voor de overtuin zelf, anderzijds voor het ge hele comp|ex want de twee tegen over elkaar liggende tuinen (waarvan één rondom het landhuis Oranje woud) vormen een onlosmakelijk ge heel. Hoewel beide tuinen een een heid vormen, zijn er twee eigenaren, waarvan de ene de Friesland Bank, de meest noordelijke tuin - de hof- tuin - uitstekend onderhoudt, terwijl de tweede - de overtuin - door de gemeente Heerenveen (sinds 1953 eigenaar) onvoldoende wordt onder houden. Bescherming is noodzake lijk vanwege de grote cultuur-histori sche en natuurwaarde. Het gaat hier Gezicht op de vijver met de in slechte staat verkerende brug in de Overtuin van Oranjewoud. om één van de meest unieke tuinen in Friesland, waarvan het belang tot ver buiten de provincie reikt. De geschiedenis van de tuinaanleg De geschiedenis van dit lustoord van de Nassau's, die hun residentie in Leeuwarden hadden, gaat terug tot de 17de eeuw. In 1676 kocht Alberti- ne Agnes, dochter van Frederik Hendrik en getrouwd met de Friese stadhouder Willem Frederik, een sta te en vier boerderijen met weilanden en bossen nabij Heerenveen, welk bezit zij vervolgens Oranjewoud noemde. Na haar dood vererfde het op haar schoondochter Henriëtte Amalia van Anhalt Dessau, weduwe van Hendrik Casimir II. Deze ambiti euze vrouw wilde het oude buiten vernieuwen en gaf in 1701 opdracht aan de vermaarde, uit Frankrijk af komstige hofarchitect van stadhou der-koning Willem III, Daniël Marot, om een nieuw barok lustslot te ont werpen. Marot was als architect ook betrokken bij de realisering van pa leis 't Loo en de bijbehorende tuinen. Van de grootse plannen van een hoofdgebouw met twee vleugels in Oranjewoud zijn alleen de laatste gerealiseerd. Marot maakte ook een ontwerp voor de tuinaanleg in formele stijl bij het huis (of hoftuin) en voor die van de overtuin. De hoftuin bezat aan weerszijden van de aanleg verhoog de terrassen van eikebomen. Tussen de verhogingen lagen parterres de broderie (vakken met in krulvorm ge snoeide hagen) en parterres de orangerie, waarin exotische bomen en gewassen werden gekweekt. De oranjerie van Oranjewoud was zeer vermaard in de 18de eeuw. De tuin Gietijzeren toegangshek van de Overtuin. was door loden beelden, vazen en boompjes in houten vaten opgesierd. De formele tuinaanleg van de over tuin bevatte een hoofd- en dwarsas die het geheel in vier compartimen ten verdeelde. De noordelijkste be vatten kweektuinen en een boom gaard en de andere twee parterres in vorm gesnoeide hagen met in het midden een vijver. Deze twee tuinen werden gecompleteerd met een (vervolg op pag. 38)

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1991 | | pagina 36