m
36
een boeiender, harmonisch stads
beeld ontstaan.
Beurs van Berlage
Op dezelfde wijze als Jacob van
Campen in 1648 met één machtig
gebaar zijn classisistisch zandstenen
blok van het Raadhuis op de Dam
neerzette, zo heeft Berlage in 1902
zijn kloeke bakstenen bouwmassa
van de Beurs op het Damrak ge
plaatst. Die monumentale grootheid
van de Damrakgevel staat weliswaar
in scherp contrast met de eertijds
kleinschaligheid van de Noordoost
laas werd het gebouw gesloopt om
plaats te maken voor het kneuterige,
nostalgische Sonesta-hotel. De ge
vel aan het Hekelveld was een voor
treffelijk voorbeeld van dat wat doel
matig is ook van zichzelf schoon is.
De vlakke donker-granieten plint,
waarachter op de begane grond de
boekwinkel en op de tussenverdie-
ping de ruimten van de hoofddirectie
waren geprojecteerd en boven dat
plint de reliëfwerkende lichtkleurige
betonnen traveeën van kantoren -
met rechts daarvan de strakke grote
erkers van de kamers van de staf-
Midden-boven: het Maupoleum.
wand van het Damrak, maar het to
taalbeeld met op de achtergrond het
Centraal Station van Cuypers wordt
heden toch als harmonisch ervaren.
Ook in zichzelf is het Beursgebouw
een voorbeeld van het samengaan
van de Damrakgevel, geaccentueerd
door de lange rij ramen, kreeg als
contrapunt de melodie van het verti-
calisme der kleine puntgevels en de
machtige torens.
De Amsterdamse School toonde
in het Scheepvaarthuis (1916) van
Van der Mey, Kramer en De Klerk
haar hoogtepunt in de samenhang
van harmonie en contrast: de grote
bouwmassa contrasteerde weliswaar
met de smalle 18de eeuwse panden
van de Prins Hendrikkade maar haar
kleur en haar oprijzende en fijn ge
detailleerde gevels harmonieerden
op een bijzonder fraaie wijze met het
statige stadsbeeld.
Gebouw Het Vrije Volk
In het gebouw van Het Vrije Volk
(1930) van Buys en Lürsen kwam de
harmonie van het contrast op een
fijnzinnige wijze tot uitdrukking; he-
functionarissen - dat alles tezamen
leidde tot ras-architectuur. Het hori
zontalisme van de aaneengeregen
kantoren kwam op een harmonische
wijze in contrast met het verticalisme
van het betonskelet, welke geleding
zo in overeenstemming was met die
van de omringende bebouwing. Het
feest van de harmonie van het con
trast is wellicht nooit schoner gevierd
dan met dit moderne kantoorgebouw
in een monumentale binnenstad.
J. F. Staal ontwierp in 1929 de
eerste hoogbouw van Amsterdam en
de aangrenzende woonhuizen aan
de Churchilllaan en de Roosevelt-
laan. De 12-verdiepingen hoge Wol
kenkrabbers een krachtige afslui
ting van het Vrijheidsplein en in sa
menhang met de lage woonblokken
werd ook in de stedebouw de har
monie van het contrast op karakte
ristieke wijze tot uitdrukking ge
bracht.
In 1954 kreeg een oud schoolge
bouw in neo-Empirestijt op het Fre-
deriksplein een nieuwe voorgevel
omdat voldaan moest worden aan
de nieuwe eisen van lichttoetreding
in de leslokalen. Hoewel de beton
nen gevel qua materiaal contrasteer
de met de bakstenen belendingen,
werd toch in zijn parcellering bewust
gezocht naar de harmonie met die
van de Frederikspleinwand. Helaas
is de school in 1988 afgebroken.
Het Mozes en Aaronhuis aan de
Jodenbreestraat (1970) werd terecht
eens een pretentieloos meesterwerk
van Sier van Rhijn genoemd. Tussen
de Mozes en Aaronkerk en dit Mo
zes en Aaronhuis is het contrast van
materiaal en architectuur onmisken
baar, maar beide bouwwerken teza
men vormen een boeiende harmonie
van twee eigen karakteristieke stij
len.
Wat het verleden heeft voortge
bracht krijgt eerst waarde in zijn be
tekenis voor het heden. Vanuit deze
achtergrond heeft in 1971 Sier van
Rhijn, in nauwe samenwerking met
zijn opdrachtgever Jaap Leeuwen
berg, de panden 16-20 en 17-21 in
de Heintje Hoeksteeg ontworpen. Zij
bezitten in materiaal, maat, schaal
en structuur zo'n voortreffelijke har
monie met de bebouwing van de
oude binnenstad dat zij ondanks of
wellicht juist door de volkomen ei
gentijdse architectuur in een sterk
contrast staan met de zo vaak nos
talgische invullingen van gaten in het
historische stadsbeeld: opdrachtge
ver en architect hebben de cultuur
bevorderd door cultuur te scheppen.
Maupoleum
De harmonie van het contrast is ook
goed waarneembaar in het Maupo
leum van Zanstra, Gmelig Meyling
en De Clerq Zubli (1971De lange
gevel van de Jodenbreestraat en de
iets kortere gevel van de Beurs to
nen een sterke overeenkomst. Bei
der groot-schaligheid staat in con
trast met de (oorspronkelijke) klein
schaligheid van de overzijden. Op
dezelfde wijze als het horizontalisme
van de lange rijen kantoorramen van
de Beurs is het horizontalisme van
de bijna ontelbare ramen van het
Maupoleum zichtbaar. Dat horizonta
lisme wordt nog versterkt door de te-
rugliggende winkelgalerij en het
wordt onderbroken door vier dakop-
bouwen. Zo wordt ook in dit Maupo
leum het oude beginsel van base
ment, middendeel en gevelbeëindi-
ding duidelijk. Evenals dat het geval
is bij de Beurs staat dit horizontalis
me van het Maupoleum in contrast
met het verticalisme van het beton
skelet. Van de Snoekjesgracht en de
Nieuwe Uilenburgerstraat gezien
steekt de klare en krachtige architec
tuur weldadig af tegen de kneuterige
bebouwing van de Nieuwbouwbuurt.
Wie in Amsterdam de ogen goed de
kost geeft, zal ervaren dat de harmo
nie van het contrast altijd boven de
tijd stijgt, de toekomst tegemoet.