Noten
35
sloop. De laatste maal in de jaren ze
stig, toen voor de huizen aan de
Spaarnelaan, die er erg slecht aan toe
zijn, al vervangende nieuwbouwontwer-
pen op tafel lagen. Na lang wikken en
wegen zag de gemeente van het voor
nemen om te slopen af. Tenslotte werd
het complex in 1978, na een actie van
buurtbewoners, op de rijksmonumen
tenlijst geplaatst.
Natuur en stedebouw
geïntegreerd
Tuinwijk-Zuid ligt ten zuiden van de
Haarlemmerhout, in een gebied dat
Het meest bijzondere kenmerk van
het complex is de manier waarop ge
meenschappelijke tuinen en huizen met
elkaar in verband zijn gebracht. Van
Loghem heeft de plattegronden name
lijk zo ingedeeld dat de woonvertrek
ken voornamelijk aan de achterzijde,
dat wil zeggen de binnentuinen, liggen.
Keukens en bergruimtes bevinden
zich, met uitzondering van de huizen
aan de Spaarnelaan, aan de straat, in
uitbouwen waarop grote balkons zijn
geplaatst. Monumentenzorg Haarlem
stelt in een onderzoeksrapport (1988)
met nadruk dat deze indeling gehand-
Maar ach, wie maalt hierom. Volkswo
ningbouw past beter bij het beeld dat
'men' van Van Loghem heeft als sociale
vernieuwer van de bouwkunst. En op
deze wat slinkse manier blijft in ieder
geval een prachtig huizencomplex be
houden.
Huizen van Van Loghem aan de Tuinwijklaan
aan het begin van deze eeuw door de
Amsterdamse zakenman F). A. M. Grip-
peling als villapark tot ontwikkeling
werd gebracht.2) Van Loghem heeft,
afgezien van Tuinwijk-Zuid, in dit ge
bied 17 woningen gebouwd, voorna
melijk landhuizen. De huizen van Tuin
wijk-Zuid, dat in noordzuid richting
wordt doorsneden door de Tuinwijk
laan, zijn ondergebracht in langgerekte
stroken die rechthoekig rond of aan
twee gemeenschappelijke binnentui
nen zijn gegroepeerd. Deze veel ge
roemde stedebouwkundige opzet komt
overeen met de waarde die Van Log
hem toekende aan de integratie van
natuur en stedebouw en sluit aan bij
zijn (socialistische) ideeën over het be
lang van gemeenschapszin onder de
bewoners. De landschappelijk aange
legde binnentuinen zijn rijkelijk beplant
met allerlei heesters, boom- en plan
tensoorten en kunnen worden betreden
door monumentale poorten. In hoever
re de latere representant van het Nieu
we Bouwen zich heeft laten inspireren
door concrete stedebouwkundige mo
dellen van Engelse tuinsteden of publi
caties daarover, is niet bekend.
haafd moet blijven, aangezien deze
een essentieel onderdeel is van het to
tale complex.3)
Niet echt sociale woningbouw
De gemeente Haarlem heeft bij zijn lob
by om de financiering van de restaura
tie rond te krijgen voortdurend de archi
tectuurhistorische betekenis van Tuin
wijk-Zuid beklemtoond. Begrijpelijk,
want pappie moest zijn beurs trekken.
Op een leugentje om bestwil keken de
nijvere ambtenaren daarbij niet, zoals
de stellingname dat het hier om baan
brekende sociale woningbouw gaat.
Tegenwoordig mogen de huizen tot de
woningwetsector behoren, begin jaren
twintig konden ze gezien hun grote
aantal vertrekken - 5 tot 11 kamers -,
en elementen als buffetkasten met glas
in lood, balkons en pergola's wedijve
ren met de beste middenstandswonin
gen en kleine landhuizen. Woning
bouwvereniging Tuinwijk was ook niet
gesticht ten behoeve van arbeiders,
maar bedoeld om ambtenaren, onder
wijzers e.d. te huisvesten, die, evenals
- opvallend genoeg - architecten,
schrijvers en beeldend kunstenaars, al
tijd een belangrijk onderdeel hebben
uitgemaakt van de Tuinwijk-bevolking.
1 J. B. van Loghem, 'Het woningvraag
stuk', De Nieuwe Amsterdammer, 10
april 1920.
2 J. van de Beek en G. Smienk, 'Ir. J.
B. van Lochem b.i. architect', Plan 12,
1971, 29.
3 Architectuurhistorisch onderzoek
naar het exterieur van Tuinwijk-Zuid te
Haarlem. Monumentenzorg Haarlem,
Haarlem 1988, 2 delen, 1, 40.
Wim de Wagt is kunsthistoricus en free
lance publicist, onder andere bij het
Haarlems Dagblad.