Bomenstad of stenen stad? Leo van der Meulen 32 Ede... de naam alleen al doet mensen in gedachten verbindingen leggen naar bossen en bomen, het geruis van de wind door het gebladerte van een oude beuk. Ede, een meer dan geëigende plaats om als jubilerende Bomen- stichting je symposium te houden over het opnemen van bomen, al dan niet reeds bestaand, in stedebouwkundige ontwerpen. Drie- tot vierhonderd jaar oude eik te Tubbergen. Maken we er met zijn allen een groene, een bomenstad, van of wordt het alle maal asfalt, beton en glas? Over deze vraag werd in Congrescentrum de Ree horst le Ede op 5 april jongstleden ge dacht en gepraat. Het welkomstwoord werd gesproken door de burgemeester van Ede en te vens dagvoorzitter mr. W. Blanken. De officiële opening werd verricht door bur gemeester van Breda in spé drs. E. Nij- pels, voormalig minister van VROM. De Bomenstichting had zich beijverd hierna een zo divers mogelijk aanbod van sprekers te scheppen. Achtereen volgens kwamen aan het woord: een economisch historicus, een omge vingspsycholoog, een projectontwikke laar, een stedebouwkundige en als laatste de direkteur van de Bomen- stichting zelf. Uit geluiden opgevangen in de pauzes konden we opmaken dat ook de uitno digingen voor de dag aan vogels van zeer verschillend pluimage waren toe gestuurd. Jammer dat alleen vogels uit eigen kamp, het boomvriendelijke, op de dag waren afgekomen. Aan de organiserende Bomenstich ting heeft het zeker niet gelegen maar, zoals dat meer op dergelijke symposia gebeurt, de discussie blijft dan wel ta melijk mat. Een gemiste kans voor af wezigen! De problematiek Breed geschetst komt het erop neer, dat in ons kleine land met zijn hoge be volkingsdichtheid en woonverdunning er nog steeds een tekort aan allerlei soorten en formaten woningen is. On danks de continue inspanningen die de achtereenvolgende ministeries van Volkshuisvesting zich getroost hebben, moeten we nog steeds bijbouwen. Dat laatste willen we dan liefst zo min mo gelijk in de schaarse open gebieden die we nog hebben. Denken we bij voorbeeld aan het zogenaamde Groe ne Hart van Holland, eens een object van afgunst voor stedebouwers over de gehele wereld. We willen dat Groene Hart open houden en graag allerlei andere landelijke en natuurgebieden ook. Dit alles houdt in dat we onze nieuwbouwactiviteiten zoveel mogelijk in al bestaande stedelijke gebieden zullen moeten ontplooien, met als wel haast onvermijdelijk gevolg: verdich ting. Meer woningen maar ook winkels, kantoren en vermaakgelegenheden per vierkante kilometer. Blijft er zo in de stad nog ruimte over voor groen, voor bomen laat staan voor grote oude bomen of indrukwekkende boomgroepen? 'Grond is geld' De sprekers wezen allen vanuit hun ei gen invalshoek op het nut en de func tie van bomen in het stedelijk milieu. Opvallend boombewust was de toe spraak van de projectontwikkelaar, de heer F. Matser. In zijn stelling 'we moe ten plannen vanuit het respect voor bo men' beleed hij een geloof dat voorals nog door weinigen van zijn vakbroe ders aangehangen zal worden, ook zij schitterden trouwens door afwezigheid. Tijd is geld, grond is geld, beide verspil je door bij het plannen maken rekening te houden met bomen. Is dat wel zo? Economisch historicus drs. M. van Rooijen en de stedebouwkundige ir. J. Vogelij vielen elk vanuit hun eigen vakkennis deze denkwijze aan. De omgevingspsycholoog drs. F. Couterier ging in op een aantal functies van bomen voor het leefmilieu. Voor Heemschut-leden is het interes sant om te weten dat bijna al deze functies in meerdere of mindere mate ook gelden voor gebouwde monumen ten. De bomen aan het woord De show werd echter gestolen door, het kan bijna niet anders, de bomen zelf via de dia's vertoond en toegelicht door ir. M. ten Cate, direkteur van de Bomenstichting. Een plaatje zegt vaak meer dan een heel betoog, zo ook nu. Verschillende plaatsen in den lande, nee ze noemde geen namen, passeer den de revue waar men niet of juist wèl bomen succesvol had weten op te ne men in een stedelijk ontwerp. Mevrouw Ten Cate benadrukte nog eens dat 'meer' niet altijd beter is: het handhaven, met wat moeite, van een grote oude boom op een mooie plek 'werkt' vaak beter dan het omhakken daarvan en na de nieuwbouw de plek beplanten met twintig iele, jonge boom pjes. Een advies van de Bomenstichting aan de plannenmakers en ontwerpers: kom achter je bureau vandaan, ga ter plaatse kijken en laat de lokatie, inclu sief de bomen, op je inwerken!! Tijdens de hierna volgende discus sie kreeg een andere boom het moei lijk. Met kleefpleister was een werkelijk prachtig affiche van een magnifieke, monumentale boom opgehangen. Door omgevingsfactoren, de slechte onder grond, de droge lucht kwam deze schitterende plaat naar beneden zeilen. Een teken aan de wand?... een te ken van de wand? Onheilspellende symboliek? Laten we oprecht hopen van niet, deze en zoveel andere bo men, eeuwenoud of piepjong, verdie nen beter dan op zo'n onwaardige wij ze ter aarde te storten. Dat het op deze dag uitgezaaide boombewustzijn mag uitgroeien tot een wijdvertakte reus.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1990 | | pagina 32