Van fabricage tot nutsbedrijf
GEMEENTEWERKEN
K.P. COMPAGNE
De ontwikkeling van Gemeentewerken van Den Haag in de
negentiende eeuw
len hangen aan lange stengels naar bene
den. Pal tegen de muur, bij de 'trouwtafel'
een rij stoelen met smalle, hoge, felrode
rugleuningen, die de zaal beheersen. Al
leen over de w.c.'s geen lof: klein, met ar
moedige tegeltjes, je tocht er weg.
Bekender is natuurlijk het exterieur. We
lopen naar buiten en ik zie nog eens het
perfect afgewogen geheel. Het bouwli
chaam bestaat uit rechthoekige blokken,
overlappend, in elkaar geschoven, uit
springend, oprijzend. De gebogen lijn is
hier met nadruk taboe. Een voor die tijd
'modem' gebouw, hoewel opgetrokken in
het oude, vertrouwde baksteen. Het zoekt
met lage vleugels aansluiting bij de omge
ving.
Arie den Dikken legt uit waarom het
Raadhuis gerestaureerd moet worden. 'De
stenen van het Raadhuis zijn te zacht ge
bakken. Normaal moet dat bij 1200-1300
graden gebeuren, maar deze zijn bij 900
graden gebakken. En dat geeft onvol
doende weersbestendigheid. Dat wil zeg
gen, dat de stenen in natte toestand mak
kelijk vocht opnemen en vasthouden, wat
bij vorst tot scheuren leidt. De stukken vlo
gen van de toren! De toren heeft een aantal
jaren voor de restauratie ingepakt geze
ten. De gele mantel gaat er nu voor 75% af,
we gaan ervan uit dat 25% voorlopig nog
kan blijven zitten.'
Dilitaties
Maar er is nog iets anders. Een tweede
raadselachtige 'fout' van Dudok: 'Dudok
heeft in het gebouw geen dilitaties aange
bracht. Verticale scheidingen in het met
selwerk. Een lange wand van metselwerk
moet je op sommige plaatsen onderbre
ken. Dit gebouw heeft een lengte van 20,
30 meter. Er komen gegarandeerd scheu
ren in als je geen dilitaties aanbrengt. 20,
30 meter is te lang om de werking van
inkrimpen en uitzetten op te vangen.'
Waarom paste Dudok geen dilitaties
toe? Het is een raadsel. 'Misschien,' zegt
Den Dikken, 'was Dudok zeer streng voor
zijn eigen ontwerp. De vlakken moesten
echt vlakken zijn en mochten niet onder
broken worden door een verticale streep.
Ik neem aan dat hij vermoedde dat de
schade wel zou meevallen. Zo zijn er wel
meer raadsels. Het gebouw heeft geen
spouwmuren. Je zou zeggen, we halen nu
het gele buitenspouwblad eraf en we met
selen er weer een nieuw blad op. Maar zo
is het niet. Het is volstrekt massief metsel
werk. De gele stenen werden gewoon aan
de binnenmantel vastgemetseld.'
Tenslotte breng ik een bezoek aan de
toren, in steigers verpakt, normaal 48 me
ter, maar nu tijdelijk gekortwiekt. Met een
enge lift bereiken we de tijdelijke top,
waar een deel van het carillon nog hangt
en alweer verse betonnen kolommetjes
oprijzen. Een nieuwe top: van dichtbij lijkt
het een langdurig karwei, maar een inge
nieur van het architectenbureau Van
Hoogevest verzekert me dat het binnen
een jaar geklaard is.
Tegelijkertijd zijn een 'verdieping' lager
bouwvakkers bezig met enorm gereed
schap de beroemde Dudok-bakstenen los
te wrikken. Het gaat met erg veel moeite.
Dit gebouw hoeft helemaal niet gerestau
reerd te worden.
Beheer
Als instelling bestond de fabricage al in de
Republiek. In 1636 werd door het bestuur
van Den Haag, de Magistraat, bepaald dat
er een organisatie diende te komen die
zich bezig moest houden met het onder
houd van de Haagse wegen, wateren en
overheidsgebouwen. De politieke verant
woordelijkheid voor het beleid berustte bij
de Burgemeesters. Het in de praktijk uit
voeren van het beleid werd opgedragen
aan een technisch opzichter, soms fabriek
of contrarolleur genoemd, die hiertoe
werklieden en materialen, gebouwen en
opslagterreinen ter beschikking gesteld
kreeg. Deze structuur bleef bijna ongewij-
In bet begin van de negentiende eeuw was er in Den Haag één instelling die verantwoor
delijk was voor het onderhoud van de stedelijke infrastructuur en het op peil houden van
het voorzieningenpakket voor de Hagenaars, namelijk de fabricage.
De Haagse fabricage, ook bekend als Haechs werken, had in deze tijd een breed
takenpakket dat onder meer bestond uit het ophalen van as en vuilnis, het schoonhouden
van de grachten, het aanleggen en onderhouden van bruggen, straten, wegen in en rond
Den Haag, het ontwerpen, bouwen en onderhouden van de stedelijke gebouwen en het
verzorgen van de openbare verlichting en de groenvoorziening. Veel van haar werk
zaamheden voerde de fabricage uit met eigen werklieden in eigen beheer. Alleen het
ophalen van as en vuilnis werd soms om economische redenen uitbesteed.
Drs. K. P. Compagne, die meewerkte aan het jubileumboek n.a.v. 350jaar Gemeentewer
ken, 's Haags werken en werkers', gaat in op de geschiedenis van de 'fabricage'.
De Sint Sebastiaansdoelen in Den Haag tijdens de restauratie onder directie van Gemeentewer
ken in 1986 (foto P. N. J. Oosterhout).
8
Heemschut, nov.-dec. 1989