Het stadhuis, symbool van centrum en stadscultuur en stadsbestuur STADHUIZEN JOOP DE JONG N.a.v. het 300-jarig bestaan van het prachtige strakke classicistische stadhuis van Enkhui zen (van Steven Vennecool) organiseerde het stadsbestuur een symposium over dit 'machtige monument'en zijn betekenis toen en nu. De historicus Joop de Jong hield een boeiend betoog over de symbolische functie ervan voor de stadsbestuurders. Hieronder komt hij aan het woord. Stadhuis Enkhuizen typisch voor cultuur 17de eeuw Maar wat doen we dan hier in Enkhuizen in een 300 jaar oud stadhuis als we het over het typische en kenmerkende van de Ne derlandse cultuur van de zeventiende eeuw hebben? Wat is daaraan nu karakte ristiek voor de cultuur van die tijd? Stad huizen lijken op het eerste gezicht toch weinig geschikt om het publiek iets te ver tellen over het leven van vroeger of om te enthousiasmeren voor het culturele erf goed. Stadhuizen worden immers zelden geassocieerd met 'hving history', veel va ker met taaie onderwerpen als politiek en bestuur, met ambtenaren en formulieren en met plaatselijke politiek vol klein ge kibbel: allemaal niets bijzonders, eerder saai en oninteressant. Monumenten dienen naar mijn mening te fungeren als brug tussen heden en verle den, als verbindend element tussen beide. Monumenten markeren immers al die ver schillende monumenten die samen onze cultuurgeschiedenis vormen. Omdat zij die geschiedenis zichtbaar maken, kunnen zij ons veel vertellen over de wording van de wereld waarin wij leven. Er moet daar voor wel een zekere 'communicatie' zijn tussen monument en bezoeker. Die 'com municatie' kan allerlei vormen aannemen. Ze kan variëren van verwondering, be wondering en een weemoedig terugver langen naar vervlogen tijden tot confronta tie, afkeuring en een hoofdschuddend be schouwen. In alle gevallen gebeurt er ech ter iets met de bezoeker. Het bezoek aan het monument maakt iets bij hem los. Er is iets van herkenning, iets dat aansluit bij en appelleert aan het cultuurhistorisch besef van de bezoeker. Het monument wekt zo het verleden weer tot leven. Dit alles veronderstelt dat er bij de be zoeker een zeker besef van cultuur en ge schiedenis aanwezig is en verder dat het te bezoeken monument een herkenbaar verhaal biedt. Mist een van beide, dan wordt het bezoek weinig- of nietszeggend. Als reisdoel lijkt het monument daardoor minder boeiend en onaantrekkelijker. Het probleem van een aantal monumenten is dan ook de te geringe 'communicatie' tus sen object en bezoekers. Dat ligt overigens lang niet altijd aan het monument en de informatie daarover. Het kan evengoed te melken hebben met het cultuurhistorisch besef van de bezoeker. Laat ik met het laatste punt beginnen. Iedereen weet dat er ook in het verleden vele culturen bestonden: van verschillende tijdperken; volks-, elite- en subculturen; de lokale, regionale en nationale culturen etc. Desalniettemin vormt de vraag naar dè culturele identiteit van ons land tegen woordig een populair gespreksonder werp. De discussies erover - vaak in het licht van 1992 - zijn meestal vluchtig en modieus. Toch is de vraag naar het karak ter van de Nederlandse cultuur niet nieuw. Erasmus schreef er bijvorbeeld al over en Johan Huizinga dankt er deels zijn interna tionale faam aan. Ik denk dat deze vraag ook niet onbelangrijk is voor de monu- mentzorg en voor het cultuurhistorisch toe risme. Zoekt de bezoeker - zeker de bui tenlandse - namelijk niet vooral het typi sche en kenmerkende van een bepaalde cultuur tijdens zijn reizen? Voorgevel van het fraaie stadhuis van Enkhuizen van Steven Vennekool (1688). Classicistisch maar bepaald niet volgens de traditionele voorschriften. Geen pilasterstellingen bijvoorbeeld en geen fronton. Sobere schoonheid. Het stadhuis werd in 1980/81 gerestaureerd door architec ten Hangelbroek/Gouwetor te Hoorn. Woudenberg te Ameide voerde de restauratie uit. (foto Peter Wit te Vianen). Deze foto komt evenals die op de omslag (stadhuis Ameide) voor op de nieuwe kalender, die Woudenberg voor 1990 uitgeeft. Een kalender met door Woudenberg gerestaureerde raadhuizen. 42 Heemschut, nov.-dec. 1989

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1989 | | pagina 42