neostijlen, Art Nouveau en invloeden van
Berlage zijn in Haarlem op een harmoni
sche wijze geïntegreerd.
Het koninklijk paviljoen
Evenals het Amsterdamse Centraal Station,
het voormalige Staatsspoor in Den Haag en
het station Baam bezit het Hollands Spoor
koninklijke wachtkamers. Enkele malen
per jaar worden zij nog gebruikt door le
den van het koninklijk huis en deze ruim
ten behoren tot de rijkste voorbeelden van
neorenaissance interieurkunst, die in ons
land zijn te vinden. De ingang wordt over
dekt door een luifel met smeedijzeren
sierlijst op gietijzeren zuiltjes. Via een ves
tibule betreedt men het trappehuis met zijn
bont-marmeren bekleding, bronzen
sierhekken en sierlantaams. De hal boven
aan de trap is gedecoreerd met wandpi-
lasters en allegorische reliëfs en de koof
plafonds vertonen decoratieve en symboli
sche beschilderingen, alles in de rijkst
denkbare, frans georiënteerde renaissan-
cevormen. Het trappehuis wordt verlicht
door een groot rondboogvenster met ge
brandschilderd glas van de glazenier J. L.
Schouten te Delft. Hierin zijn de wapens
van de provincies en de steden aan de
'oude lijn'der HIJSMuitgebeeld. Grote
vleugeldeuren onder het koninkrijkswa
pen géven toegang tot de koninklijke
wachtruimten: drie door bogenstellingen
verbonden kamers met wandbespannin
gen, cassettenplafonds, marmeren schoor
steenmantels, lichtkronen en meubilair in
neo-Lodewijk XVIstijl van de Haagse
firma Mutters. Voor de hofdames is er een
aparte wachtkamer en in zijruimten bevin
den zich de koninklijke toiletten met was
tafels. Dit alles is ongewijzigd bewaard ge
bleven sinds de bouwtijd.
Soms, zoals tijdens de Open Monumen
tendagen, stellen de Spoorwegen deze
wachtkamers open voor het pubhek, dat
zich dan ook in grote aantallen komt ver
gapen aan de pracht en praal in dit minia
tuurpaleis. De thans door de brand ver
woeste interieurs van de publiekswachï-
kamers op het eilandperron waren uiter
aard eenvoudiger van aankleding, maar
ook hier kon men cassettenplafonds en
betimmeringen in neorenaissancestijl be
wonderen.
Voorlopig beschermd
Kort voor de brand, op 10 oktober, richtte
de geschiedkundige vereniging 'Die
Haghe'aan de minister van WVC het ver
zoek om het stationscomplex te plaatsen
op de rijkslijst van beschermde monumen
ten. Op 23 oktober, acht dagen na de
brand, stelde de minister de Nederlandse
Spoorwegen en de gemeenteraad van
's-Gravenhage in kennis van het verzoek
tot bescherming. Op dat moment werd de
voorlopige bescherming van kracht. Bin
nen vijf maanden moet nu de minister door
de gemeente geadviseerd worden. In die
periode dient de gemeente, die tevens in
gevolge de herziene Monumentenwet de
vergunningverlenende instantie is waar
het aanvragen tot wijziging of afbraak van
monumenten betreft, het overleg met NS te
voeren over de plaatsing van het Hollands
Spoor op de rijksmonumentenlijst. Het is te
hopen dat ons nationale vervoerbedrijf,
dat in het recente verleden zich reeds zo
veel moeite en kosten getroostte om het
station in stand te houden, ook nu bereid
en in staat zal zijn om het herstel ter hand
te nemen. Een gelukkige omstandigheid
daarbij is, dut een deel van de brand
schade door de verzekering wordt gedekt
en dat de voorlopige bescherming inmid
dels van kracht is geworden.
drs. H. P. R. Rosenberg is architectuurhis
toricus bij het Gemeentelijk Bureau Monu
mentenzorg van 's-Gravenhage.
De Koninklijke Wachtkamer van station Hollands Spoor; Gezicht vanuit de bovenhal in het
trappehuis. (foto Dienst Stadsontwikkeling, gemeente Den Haag)
Geen verstedelijking in IJ-meer
Heemschut heeft in een brief aan GS
van Noord-Holland dit college met na
druk verzocht af te zien van elke vorm
van stedelijke ontwikkeling in het
IJ-meer.
Met verontrusting nam Heemschut ken
nis van wat in de Ontwerp-Structuurvi-
sie Noord-Holland 2015 over een
nieuwe verbindingszöne tussen Am
sterdam en Almere in aansluiting op de
IJ-as wordt vermeld. Grootschalige ver-
stedelijkingsprojecten in het IJ-meer
zullen tot gevolg hebben, dat het water
front aan dit deel van de voormalige
Zuiderzeekust ernstig aan karakter zal
inboeten. Dit geldt zowel voor het ge
zicht op de kust vanaf het water als
voor dat vanaf de kust op het water.
Land en water in dit gebied vertegen
woordigen een rijke cultuur-historische
waarde. De historische toegang over
zee naar Amsterdam mag geen reser
veruimte worden voor grootschalige
verstedelijking.
Huis Theo Thijssen moet blijven-
Heemschut heeft adhesie betuigd aan
het verzet van de Stichting Theo Thijs
sen tegen het plan van de gemeente
het geboortehuis van deze befaamde
onderwijzer te slopen. De gemeente
heeft dit pand onteigend t.b.v. sloop om
zo formele belemmering weg te nemen
voor sloop van een belendend monu-
mentenpand. Zo zou voldoende
vierkante meter oppervlak ontstaan om
een nieuw bouwproject in De Jordaan
uit te kunnen voeren. Heemschut
meent, dat de sociaal-historische
waarde van het geboortehuis behoud
ervan rechtvaardigt. De gemeente
moet zijn plannen maar bijstellen.
Heemschut, nov.-dec. 1989
29