Monumentale hart van
Gouda
k
1
BERTFRANSSEN
'Diploma van verdienste' van Europa Nostra naar Gouda
'The monumental heart of Gouda around St.-Janschurch.' Een wervende brochure over
het oudste stukje van Gouda, bij de Sint Janskerk. Gouda had maarliefst de hele buurt
kandidaat gesteld voor een Europa Nostra Award. Met reden en met succes: het stuk
binnenstad kreeg een 'diploma van verdienste'.
Gouda heeft geluk gehad. Puur uit geldge
brek bleef het historische centrum na de
Tweede Wereldoorlog gespaard voor een
grootschalige wederopbouw met ver-
keersdoorbraken. Dat is vermoedelijk de
redding geweest van de oude binnenstad.
Deze bleef onaangetast in een tijd dat mo
numentenbescherming op een laag pitje
stond.
Gouda kon dan ook met reden het oos
telijk binnenstadsgebied rondom de Sint
Janskerk voordragen voor een onder
scheiding van Europa Nostra. Een deel van
de stad dus in plaats van alleen een ge
bouw. 'Een prachtig en nauwelijks aange
tast voorbeeld van de ontwikkeling van de
Hollandse stad van de late middeleeuwen
tot de negentiende eeuw,' zo wordt in de
duur uitgegeven brochure door de ge
meente zelf gesteld.
Dat het gebied rond de Sint Jan 'prachtig
en nauwelijks aangetast' is gebleven is niet
in het minst te danken aan talrijke restau
ratie-activiteiten. De omvangrijkste klus
was de restauratie van de Sint Janskerk,
gestart in 1964 en pas dit jaar aan voltooi
ing toe. Op dit moment wordt de laatste
hand gelegd aan de conservering van de
beroemde Goudse Glazen, de mooiste ge
brandschilderde ramen van Nederland,
die ook internationaal bekend zijn. De am
bassadeur van Nigeria of Ghana koerst re
gelmatig naar de Sint Jan, vanwege de
Goudse Glazen, waar je dus niet op uitge
keken raakt (aldus de bijlage van een opi
nieweekblad, enkele jaren geleden, met
interviews van ambassadeurs). De oudste
dateren van de zestiende eeuw.
Met name vanaf 1975 (het Monumenten
jaar) richtte de gemeenteraad van Gouda
ook zijn aandacht op de omgeving van de
Sint Janskerk. Het Monumentenjaar was
aanleiding voor het vaststellen van een
monumentennota, die het een en ander in
gang zette. In 1978 wist de gemeente van
twee ministeries een budget los te krijgen
voor de restauratie van 22 panden. Gouda
was 'ineens' monumentgevoelig gewor
den! In 1979 werd bovendien de binnen-
stad van Gouda tot beschermd stadsge
zicht verklaard.
Restauraties
De restauraties namen spoedig een aan
vang. Men begón in 1979 met de laat-mid-
deleeuwse kapel van het Catharinagast-
huis. De restauratie van Huize Groeneweg,
oorspronkelijk een vijftiende eeuws kloos
ter, later bejaardentehuis, vond plaats in
1982. Daarna was het Willem Vroesehuis
aan de beurt, een 17de eeuws oude man
nenhuis met een Empire-gevel, en de Sint
Jorisdoelen (1762). De restauratie van het
Steenhouwershuis (1800) met zijn houten
gevel werd ondernomen door studenten
van een technische school. Op die manier
werd het restauratie-vak en de bouwvaar-
digheid uit vroeger dagen overgedragen
aan een nieuwe generatie.
Veel werk werd uitgevoerd door Ko
ninklijke Woudenberg Ameide. Het para
depaardje van deze aannemer is - het zal
niemand verbazen - de Sint Janskerk,
waaraan sinds 1964 gewerkt is.
Hergebruik
Met restauratie alleen kom je er niet, ge
bouwen moeten ook gebruikt kunnen wor
den. De filosofie van de gemeente was: be
houd van vorm én functie. Maar daaraan
kon niet vastgehouden worden. Het Wil
lem Vroesehuis en Huize Groeneweg wa
ren oude mannenhuizen, maar zijn thans
opgesplitst in woningen. En het Weeshuis
('before restoration a useless building'),
reeds van 1968 tot 1973 gerestaureerd,
herbergt nu het gemeentearchief en de
openbare bibliotheek. Het Steenhouwers
huis is weliswaar net als vroeger de werk
plek van een steenhouwer, maar het Ca-
tharinagasthuis inclusief de kapel, biedt
onderdak aan het gemeentemuseum. Alle
genoemde panden worden door de ge
meente geëxploiteerd. De woon omgeving
vraagt nogal wat zorg. De bodem is slap.
Om de 7 tot 10 jaar moeten de straten op
nieuw bestraat worden. Met respect voor
de historische omgeving, asfalt is uit den
boze.
Historie
De historie van Gouda begint in de 12de
eeuw. In een moerassig gebied ontstond
een nederzetting op de kruising van wa
terwegen en karrepaden. In de late mid
deleeuwen werd dit kruispunt een belang
rijk centrum op de handelsroute van het
noorden naar Vlaanderen. Een tijd van
grote welvaart brak aan in de 17de eeuw
en eerste helft van de 18de eeuw. Dat was
te danken aan de fabricage van pijpen en
de scheepsbouwindustrie.
Grote delen van de wijk, oostelijk van
de Sint Janskerk, werden na de middel
eeuwen opnieuw opgetrokken. Er bleven
echter ook enkele stukken onbebouwd.
Daardoor was het mogelijk naast de klein
schalige woonhuizen grotere projecten
aan te vangen, zoals een klooster, hofjes,
een weeshuis, een kapel. Uniek in dit ver
band is het behoud van de Willem Vroese-
tuin, midden in het oude centrum dus.
Het stadsdeel bestrijkt ongeveer 4,5 ha.
De tuinen, hofjes, straten en stegen zijn
nog net zo gesitueerd als zij op kaarten uit
de zestiende eeuw zijn getekend. Afijn,
een bezoek waard.
•p»
il'lr h!:'
Heemschut, mei-juni 1989