Staniastate in Oenkerk Monument van de Maand MONUMENT VAN DE MAAND Opschoning? beleid te richten naar landen met een hoog voorzieningenpeil, tenslotte dienen de na tionale koepels ten bate van hulpverlening aan minderheden gehandhaafd te blijven. De stad die openstaat en leefbaar is voor iedereen, dat was ook het slotac- coord van de laatste lezing door prof. T. Kreukels: Planning kwam hierin naar vo ren als het zo harmonieus mogelijk verbin den van oude en nieuwe ruimtelijke ele menten. Geen ontkenning dus van het ver leden, maar opname daarvan in het den ken over heden en toekomst. Na een aan vankelijke achterstand draait Nederland nu volop mee in het internationale proces van stedelijke vernieuwing, maar ook Kreukels wees op de gevaren van een tweedeling. Ter voorkoming hiervan be pleitte hij het door de economische ople ving ontstane financieel overschot aan te wenden voor het opzetten van een goed sociaal beleid. Commentaar Velen onder u zullen zich ongetwijfeld afvragen: Waf doet een monumenten verzorger nu op een conferentie voor demografen en planologen?' Voor ons echter speelde de vraag in hoeverre er voor de stad van het verleden plaats is in het denken over de stad van de toe komst. Laten we eerlijk zijn, planologen heb ben een niet al te beste naam in de monumentenwereld. Ze worden er, met de afbraakwoede van de jaren '60 nog vers in het geheugen, maar al te vaak van verdacht al het oude weg te willen plannen. Is deze mening nog langer te rechtvaardigen? Ondergetekende denkt van niet. Monumentenzorg kwam op deze conferentie niet vaak maar wel positief ter sprake. Het lijkt er alleen op dat de gezichtsbepalende waarde er van voor de toekomst nog niet erg is doorgedrongen tot dit circuit. Als dat zo is, ligt dat dan ook niet aan de monu- mentenzorgers zelf? Hebben zij al eens geprobeerd een ingang te krijgen bij het universitair onderwijs stedebouw- kunde? Monumentenzorgers zouden rondleidingen kunnen organiseren voor hoogleraren planologie en be stuurders vanuit een planologisch ge zichtspunt. Contact- én kennisbevorde- rend, dus twee vliegen in een klap. Verder zou een kleinschalige, open stedelijke burocratie niet in een kolos sale bestuursbunker moeten huizen maar in diverse (hergebruikte) monu menten in de stad. Dichtbij huis, klant gericht en monumentvriendelijk. Tenslotte zou je via uitgekiend budget teren gerestaureerde panden ook be taalbaar kunnen maken voor minder draagkrachtigen en zo de tweedeling tegengaan waarvoor planologen zo bang zijn. Hebben we al eens nage dacht over een specifiek restauratiebe- leid naar minderheden (gehandicap ten, bejaarden b.v.) toe? Genoeg te doen voor toekomstgerichte monumentenzorgers die plannenma kers met hart voor het verleden willen bereiken! drs. Leo van der Meule Al in de zestiende eeuw moet, getuige een historische kaart van de grietenij Tietjerk- steradeel, een state, omringd door een gracht, aanwezig zijn geweest op de plaats waar nu Staniastate gesitueerd is. Waar schijnlijk waren Jeppe van Stania en zijn vrouw Margaretha de stichters van het landgoed. Een tweede state, bestaande uit twee verdiepingen onder een zadeldak, brandde in 1813 grotendeels af. Slechts en kele onderdelen konden nog benut wor den bij de bouw van de derde Staniastate in 1843. En blijkbaar was ook hier driemaal scheepsrecht, want dit door bouwheer T. M. T. Looxma gestichte gebouw bleef tot op de dag van vandaag bewaard. Het symmetrische hoofdgebouw, nu in ge bruik door de stedebouwkundig ad- viesburo Vijn, wordt gedomineerd door een laag bordes met aan weerszijden pi lasters. Links en rechts daarvan liggen lagere bijgebouwen, waarvan het rechter oorspronkelijk als koetshuis fungeerde. Tegenwoordig is dit samen met de aan bouw rechts onderdeel van de groepsher- berg. Een opvallend aspect van het landgoed is het in de romantische landschapsstijl inge richte park. De tuinarchitect Lucas Pieter Roodbaard (1782-1851), die ook de tuinen bij de buitens De Klinze in Oudkerk en Vijversburg bij Tietjerk ontwierp, zorgde er echter wel voor dat wie recht voor het statige toegangshek staat, een prachtig on onderbroken uitzicht op Staniastate heeft. In de voortuin plande Roodbaard een laaggelegen vijverpartij. Met de daardoor vrijkomende grond werd een heuvel op geworpen. Tegenwoordig groeit daarop een statige beukenboom waaromheen een ronde houten bank is aangelegd. Het pad rond de vijver voert over een bruggetje met ijzeren leuningen en een drie-armige brug. Voor het onderhoud van het park draagt nu Staatsbosbeheer zorg. In okto ber zullen medewerkers van deze organi satie rondleidingen en uitleg geven over de tuinaanleg. Voor wandelaars die liever zelf het initiatief nemen is er een folder met informatie over het park verkrijgbaar. Naast landgoed en park is ook het door een autoweg van Staniastate gescheiden en een stukje verderop liggende der- tiende-eeuwse kerkje van Oenkerk onder deel van dit Monument van de Maand. De geschiedenis van deze kerk is nauw ver weven met die van het adellijk huis. Zo herinnert een door Hildo Krop ontworpen gedenksteen aan de laatste bewoner van de state Th. M. Th. van Weideren baron Rengers en geven grafzerken een beeld van de relatie die altijd bestaan heeft tus sen state en kerk. In de maand oktober zijn zowel Stania state, het park als de Hervormde kerk geopend voor pubhek op zaterdag van 10.00-17.00 en op zondagen van 13.00- 17.00 uur. Eind september verschijnt er een gratis programma folder met activi teiten rond dit Monument van de Maand. Deze folder, evenals het speci aal voor dit Monument van de Maand uitgegeven boek van de hand van R. Mulder-Radetzky is voor 12,50 ver krijgbaarbij de Friese Rabobanken, V. V. V. 's en de Stichting Monument van de Maand, postbus 805,8901BP Leeu warden, tel.: 058-134615. Uit het artikel in Heemschut kan men de indruk krijgen, dat prof. Singelen- bergde monumenten als op zichzelf staande elementen beschouwt maar ook een matig interessant perceel kan een uitstraling hebben, die een hele rij huizen een accent geeft. Omgekeerd 'verpest' een eigenlijk niet onver dienstelijk stuk nieuwbouw in plaats van een paar weinig interessante maar tenminste niet uit de toon vallende bouwsels soms de sfeer van een straat of gracht(je). Diezelfde nieuwbouw zou elders bv. in een nieuwere wijk mis schien best een aanwinst of althans niet storende schepping kunnen zijn. Ik ken in Delft verscheidene van dergelijke corpora aliena, die in plaats van op zich maar matig belangwekkende, maar niet detonerende (soms net historisch ook nog een beetje betekenis) bouw sels zijn gekomen. Omgekeerd kan een bewaard pand een heel stuk straat redden. Het is te hopen, dat prof. Sin- gelenberg niet veel schadelijke invloed zal hebben en voor zover hij het heeft, dit in moderne stadswijken - waar men hem alle ruimte zou gunnen - kan uitoe fenen. prof. dr. (Med.) P. Lopes Cardozo te Delft Het landgoed Staniastate in Oenkerk (foto Fotodienst Prov. Friesland) Heemschut, september-oktober 1988 27

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1988 | | pagina 27