Een markt voor monumenten
MONUMENT EN MARKETING
JAAP KAMERLING
NCM hield studiedag.
Elke zichzelf respecterende stad doet tegenwoordig aan stadspromotie ofwel deftiger
geformuleerd: 'city-marketing'. 'Amsterdam heeft 't' en 'Rotterdam maakt 't'zijn slogans,
waar stadsbestuurders in de concurrentieslag om consument en producent niet meer
heen kunnen. Steden als Breda en Leeuwarden, uit het acten-koffertje van minister Nij-
pels gevallen toen hij de Vierde Nota Ruimtelijke Ordening aan het volk presenteerde,
doen alsnog verwoede pogingen zich zelf als stedelijk knooppunt in de markt prijzen. De
allermodernste presentatiewanden en demonstratie-panelen met zich meetorsend.
En als straks Europa zonder grenzen zit in
1992 is Amsterdam niet langer de belang
rijkste concurrent van Rotterdam maar tal
loze andere grote Europese steden als
Rome, Parijs, Brussel, Antwerpen. Steden
met vaak een boeiende historische bin
nenstad. De Nationale Commissie Monu-
mentenbescherming, kortweg NCM,
speelde handig op dit thema in, tijdens
haar jaarlijkse studiedag, door het niet ten
onrechte, nu eens geheel te concentreren
op de marketing van historische omgeving
en monument. 'De historische omgeving:
motor of barrière voor economische im
pulsen', zo luidde de kop voor de lezing,
die drs. W. L.C. Sliepen, directeur van het
Nederlands Research Instituut voor Toe
risme en recreatie, hield. Een interessant
betoog over een marketing-benadering
voor de historische omgeving op gemeen
telijk niveau. In opdracht van de NCM en
met financiële steun van de ministeries van
WVC en EZ heeft dit instituut hierover een
onderzoek gedaan, waarvan de resultaten
- een soort modelaanpak voor gemeenten
t.b.v. de marketing van hun historische
centra - volgende maand zullen worden
gepubliceerd.
Sliepen maakte duidelijk, dat de histori
sche omgeving heel goed ingezet kan
worden voor de sociaal-economische ont
wikkeling van een stad of dorp. In de jaren
'60 en '70 bestond er nog een grote span
ning tussen economische expansie en de
schoonheid van de historische binnenstad.
Grove aantasting daarvan was vaak nog
het effect. Het was de tijd van de grote
verkeersdoorbraken, waarvan menig mo
nument het slachtoffer werd. Intussen is
echter het tij gekeerd. Veel gemeenten
beginnen het economisch nut in te zien van
een fraai harmonisch historisch stads- of
dorpscentrum.
Monumenten en stadsgezichten worden
meer en meer onderdeel van het marke
ting- en promotie gebeuren, dat in gang
wordt gezet. In steden met een zeer her
kenbare historische omgeving zijn de
functies kopen en uitgaan sterker ontwik
keld dan in steden met een minder gepro
nonceerd stadsbeeld, zo blijkt uit onder
zoek. Daarvan profiteren op hun beurt
weer de grote winkelcentra in de buurt
van de binnenstad (denk aan Hoog Catha-
rijne in Utrecht). Een veelzijdig woon-en
leefklimaat met boeiende historische ac
centen is bovendien aantrekkelijk voor
nieuwe bedrijven om zich in een stad, die
zich daarin koestert, te vestigen. Om nog
maar te zwijgen van het zich welbevinden
van de bewoners van zo'n stad of dorp zelf,
ook een belangrijke voorwaarde voor een
gezonde economie. En vergeet tenslotte
de in deze vrije tijds-samenleving steeds
belangrijker wordende toeristenindustrie
niet, die zonder een interessante histori
sche binnenstad weinig kanten uit kan.
Gemeenten zullen dus alleen al uit puur
materieel eigenbelang steeds meer hun
best (moeten)gaan doen verwaarlozing
van hun kostbare historische omgeving te
gen te gaan. Ze zullen aardige fiets-, wan
del- en rij-routes moeten gaan ontwerpen.
VWs en heemkundige verenigingen kun
nen helpen bij deze promotionele activitei
ten, die overigens vaak pas op langere ter
mijn vruchten afwerpen. Het onderzoeks
instituut van Sliepen is bezig criteria te ont
wikkelen voor het meten van die effecten.
Heemschut als bondgenoot
Voor een vereniging als Heemschut is dit
Toren van de Haagse Stjacobskerk, waar de NCM-dag plaats vond. Links ernaast het lagere
torentje van het oude stadhuis. Rechts de afschuwelijke 'Puist'met het gemeentelijke Informa
tiecentrum en de raadzaal. De Puist wordt volgens recente Haagse plannen voor de binnenstad
afgebroken. De raadzaal verhuist dan naar het nieuwe stadhuis, dat aan het Spui is gedacht
(foto Shell Nederland b.v.)
24
Heemschut, juli-augustus 1988