Resten Romeins Voorburg
straks misschien blijvend
zichtbaar
ARCHEOLOGIE
Fundering stenen gebouw Romeinse stad 'Forum Hadriani' (het huidige Voorburg).
JAAP KAMERLING
N.a.v. nieuw archeologisch onderzoek in kader '2000 jaar Voorburg'
Bij archeologisch onderzoek in Voorburg zijn in het park aan de Arentsburglaan resten
van de Romeinse stad Forum Hadriani herontdekt. Fundamenten van een stenen gebouw
en een houten waterput die voor het eerst rond 1830 werden gevonden zijn opnieuw
blootgelegd.
Omstreeks 1830 werd hier onderzoek uit
gevoerd door de eerste officiële archeo
loog ter wereld C. J. C. Reuvens, die er
veel funderingsresten van stenen gebou
wen aantrof. Pas rond 1910 werd het on
derzoek voortgezet door J. H. Holwerda.
Dat onderzoek leverde resten op van hou
ten gebouwen en een stenen stadsmuur
met bijbehorende grachten.
Forum Hadriani was de hoofdplaats van
het stamgebied van de Cananefaten dat
tussen de Oude Rijn en de Maas lag. Het
was in de Romeinse tijd de enige stad in
Nederland ten westen van Nijmegen. Deze
stad lag waarschijnlijk aan de gracht van
Corbulo die de Oude Rijn met de Maas
verbond. De naam dankt de stad aan kei
zer Hadrianus die op een rondreis dit ge
bied bezocht en de stad marktrecht ver
leende.
Het huidige onderzoek wordt uitge
voerd door de Rijksdienst voor het Oud
heidkundig Bodemonderzoek geassis
teerd door leden van de Archeologische
Werkgemeenschap Nederland en andere
vrijwilligers. Het onderzoek vindt plaats in
het kader van de festiviteiten rond de vie
ring van 2000jaar Voorburg. Het werd mo
gelijk gemaakt door sponsoring door de
heer Van Bohemen. Bedoeling van het hui
dige onderzoek was om vast te stellen of
er van de rond 1830 vastgestelde steen-
bouw nog resten aanwezig waren. Daar
naast was het intrigerend dat rond 1910
houtbouw was gezien. In de tijd van Reu
vens kon men resten daarvan nog niet als
zodanig herkennen. Dat riep de vraag op
of er rond de steenbouw mogelijk ook res
ten van houtbouw aanwezig waren. Boven
dien was de precieze locatie van de rond
1830 gevonden resten niet meer bekend.
Bij dit alles speelden plannen van de stich
ting 2000 jaar Voorburg om op het terrein
een blijvende herinnering aan deze unieke
romeinse stad te realiseren een grote rol.
De bij de 'her'opgraving gevonden wa
terput heeft een zeer bijzondere construc
tie en is goed geconserveerd. Het eerste
wat opvalt is een vierkant van zware ca.
3.50 meter lange eikehouten bielzen die
het vierkant van de put vormen. Op deze
bielzen moet een stenen putopbouw heb
ben gestaan. De ligging van de put in het
gebied van het zand van de Oude Duinen
maakte het moeilijk om een put te constru
eren. Het zand onder het niveau van het
grondwater gedraagt zich namelijk als
loopzand waarin graven vrijwel onmoge
lijk is. Bij de huidige opgraving wordt dit
opgelost door bronbemaling. Ook de Ro
meinse bouwers en Reuvens hadden er
oplossingen voor. De Romeinen pakten
het probleem aan door op de binnenhoe-
ken van het bielzenvierkant palen te zetten
met sleuven waarin horizontale planken
konden worden aangebracht. Bij het gra
ven van de put kon men deze planken
steeds verder laten zakken waardoor de
overlast van het loopzand werd beperkt en
tevens een stevige putwand ontstond. Reu
vens maakte eerst een bekisting ruim bui
ten de put en toen dat onvoldoende bleek
bracht hij ook in de put een bekisting aan.
De datering van de put is nog onzeker.
Aangezien de put grotendeels uit eikehout
is opgebouwd kan mogelijk met de den-
drochronologische methode een precieze
datering worden verkregen.
De put ligt volgens de jongste inzichten
vrijwel in het centrum van de stad. Het is
dan ook zeer waarschijnlijk dat de put een
centrale rol speelde in de drinkwatervoor
ziening van de stad. De resten van steen-
bouw die nu zichtbaar zijn vormden waar
schijnlijk onderdeel van een groter ge
bouw, ze worden als kelder geïnterpre
teerd. De gebruikte kalksteen is uit het
Duitse Rijngebied geïmporteerd. De kel
der is gemetseld van blokken van wisse
lende afmetingen met daartussen spekla
gen van dakpannen. De muur rust op
schuin gevlijde kalksteenplaten. In een
hoek van de kelder is een rond gemet
selde structuur gevonden, mogelijk een
waterput. Steenbouw in deze stad is te da
teren tussen ca. 170 en 270 na Chr.
Tussen de kelder en de waterput werd
een aantal paalgaten aangetroffen die mo
gelijk te maken hebben met de hoofdweg
door de stad of met de gebouwen van hout
die aan de steenbouw vooraf gingen.
Bij het werk rond de waterput werd op een
dieper niveau een aantal scherven en
vuurstenen werktuigen gevonden die tot
de laat neolithische Vlaardingen cultuur
gerekend moeten worden; ze zijn rond de
4500 tot 5000 jaar oud. Van continuïteit van
bewoning van het gebied van Voorburg tot
in onze tijd is echter geen sprake.
Er zal worden nagegaan welke moge
lijkheden er zijn de resten van de voorma
lige stad blijvend zichtbaar te maken.
Heemschut, juli-augustus 1988 21