Reconstrueren of consolideren?
EVERHARDJANS
Nederlandse Vereniging van Monumentenzorgers bijeen in Deventer
De halfjaarlijkse bijeenkomst van de Nederlandse vereniging van monumentenzor
gers op 5 juni werd dit keer in de sfeerrijke Hanzestad Deventer belegd. Met als
passante entourage het smaakvolle raadhuisinterieur nabij de in de steigers staande
Lebuïnuskerk (koor).
Achtereenvolgens spraken ing. C. J. D. Eg-
ginken ir. W. Smid over het Bergkwartier
èn het Noordenbergkwartier: twee structu
reel verschillende stadskwartieren. Voor
de uitsmijters zorgde ing. H. F. A. Radema
ker, stadsarchitekt bij de afdeling bouw
kunde/restauratie van de Dienst Ruimtelij
ke Ordening en Openbare Werken.
Hij herinnerde aan het feit, dat nog in 1976
te Deventer een geschikt, bestaand décor
als 'gebouwde omgeving' gevonden werd
in het bouwvallige Noordenbergkwartier
voor de oorlogsfilm 'Een brug te ver', een
film van regisseur SirRichard Attenbo-
rough (over de slag bij Arnhem).
Over het Noordenbergkwartier merkte
de begaafde stadsarchitekt op: 'Al ont
breekt hier een pièce de milieu als de
Bergkerk, toch bezit het gebied met haar
gebogen straten, haar deels lage bebou
wing, met haar tuinen en tuintjes, met
groen en licht en zon, alles wat positief kan
inwerken op een gelukkig woonklimaat.
Overal ben je er binnen één minuut aan de
IJssel. Met een veel smallere beurs dan
rond de Bergkerk - dat was althans de
opzet - is hier met een grote inzet van de
buurt en haar architekten iets tot stand ge
komen, dat misschien niet iedereen lief is
qua vormgeving. Dat deze architekten ge
loven in nieuwe vormen binnen een oude
stad is overduidelijk. Hoe dan ook, ze zijn
erin geslaagd er een echte woonbuurt van
te maken en ook dat is er duidelijk te zien.
De woningen zijn, als reeds gezegd, voor
een groot deel nieuw ontworpen. Er zijn er
echter ook als woning gerestaureerd en
een beperkt aantal, van origine grote hui
zen, is verknipt in appartementen.
Kenmerkend voor de buurt vind ik ten
slotte dat ze een buurthuis ter wereld
bracht en haar behuizing in de vroegere
'Infirmerie' (ziekenhuis) met het nodige
gevoel voor eigen waarde, tot 'Fermerie'
herdoopte.' Tot zover Rademaker.
Een stadswandeling, opnieuw onder lei
ding van de stadsarchitekt, bracht de mo-
numentenzorgers(sters) in contact met de
sinds de vijftiger jaren behaalde resulta
ten. Interessan t zijn de wisselende accen
ten in de gevelbehandeling bij restaura
ties, over 't 'harde' en 'zachte' restaureren.
Rekonstrueren of consolideren? Radema
ker blijkt het 'harde' procédé 'met toeters
en bellen' zeer geslaagd te vinden, en we
kunnen ons goed in zijn gedachtengang
verplaatsen. Als er op goede gronden ver
dwenen pinakels hersteld kunnen worden,
dan komt er toch een wat gaver totaal
beeld tot stand. Aan de Brink werd de
'hard' gerestaureerde gevel van het in 1542
gebouwde 'Grote Gasthuis' (door Ir. Knut
tel) vergeleken met recente, consolideren
de restauraties van andere gevels (o.a. het
huidige blik- en speelgoedmuseum, ge
huisvest in een gotisch omhulsel van bak
steen, door Ir. Raue). Hij sprak daarbij
over 'afgekloven' gevels, die er desal
niettemin charmant uit kunnen zien.
Heel bijzonder is de aandacht die bou
wend Deventer schenkt aan snijramen in
traditionele of moderne trant, door kunste
naars vervaardigd. In dat verband mag
mevrouw M. Venbroek-Franczijk (van
Poolse origine) met ere genoemd worden,
die o.m. in het Bergkwartier een prachtig
houten bovenlicht (met kleurige papegaai
in witte kooi) maakte. Zo werd in een huis
in de Assenstraat een aediculamotief (tem
pelreliëf) toegepast met een eigentijds
naamvers, een humoristisch-plastische uit
beelding van belangrijke opdrachtgevers
(o.a. PvdA-wethouder Duimel). Een te
waarderen voortzetting van de kunsthisto
rische stichters- traditie (vgl. schilderijen
en glas in loodramen uit Gothiek en Re
naissance). Integratie van beeldende
kunst en bouwkunst!
Volkskundig gezien is het zeer te waar
deren, dat de herleving van de traditionele
buurtfeesten onder leiding van opbouw
werkers geleid heeft tot de opbloei van de
hoge kleurige Pinksterkronen van papier,
die na gebruik verbrand worden.
In de Assenstraat werden geen heren
huizen of statige kantoren van de woon
huismonumenten gemaakt, maar sociale
woningbouw. Inderdaad een stoutmoedig
staaltje van stadsherstel. 'Bij mijn weten
zijn we de eerste gemeente' stelt projekt-
leider J. Beemink van Openbare Werken
te Deventer vast, 'die er in geslaagd is om
via een combinatie van casco-restaura-
tiesubsidies en woningwet financiering
een dergelijke groot projekt van de grond
te krijgen.' In een tijd van bezuinigingen
een voorbeeld ter navolging!
Literatuur:
'Gezegd-niet gezegd', wonen in een histo
rische binnenstad, uitgave Nederlandse
Vereniging van Monumentenzorgers, De
venter/5 juni 1987 (verslag lezingen).
Voor het Monument van de Maand oktober is het Friese Paesens en Moddergat als
locatie gekozen. Centraal staat het museum 't Fiskershuske aan het Fiskerspaed. Op de
foto een gezicht op het Friese dorpje (foto Winfried Walta). (Zie voor het Monument van
november pag. 7)
28
Heemschut, oktober 1987