Weer wieken aan
molen van Stokkum
216
BERGHS KERKDORP ZIET LIJDENSWEG NA 18 JAAR BELOOND
ROB LUREMAN
Na 60 jaar zitten er weer wieken aan de
Düffels-molen, een bakstenen grondzeiler op
een 15 meter hoge heuvel annex molenbelt in
het liejlijke grensdorpje Stokkum (gem.
Bergh).
Het aanbrengen van de draaiende gevaarten
is het sluitstuk van de eerste restauratie-fase
en de voorbode van de tweede, die de molen
na de installatie van een compleet nieuw
binnenwerk - weer geschikt moet maken
voor de meel-produktie
De achtergronden van deze gebeurtenis til
len de herrijzenis van de Düffels-molen
(Möll' op z'n Liemers) een beetje uit boven
de doorsnee restauraties. Het is de kroon op
het werk van een plaatselijke restauratie
commissie, die 18 jaar lang niet van opge
ven wilde weten. De lijdensweg sterkte de
leden slechts in hun volharding.
De restauratie maakt een eind aan wat door
molenfanaten al werd omschreven als 'de
schande van Stokkum': een onttakelde
stomp, die door z'n hoge ligging alom te
genwoordig was in het zo rijk met natuur
schoon gezegende dorpje tussen de Montfer-
landse heuvels en het Duitse deel van dé
Autobahn die wij Rijksweg* 12 noemen.
PEPERBUS
In de hechte dorpsgemeenschap (1225 inwo
ners) werd de met een betonplaat afgedekte,
wiekloze romp wel vergeleken met een 'pe
perbus', maar dan van steen. Alleen de hele
oude Stokkumers konden zich nog een
'draaiende' herinnering voor de geest halen.
De jongeren wisten slechts van horen zeggen
dat de 'olde Möll op de bult' in 1922 ont
daan was van zijn drijfwerk, in 1926 van z'n
wieken en in 1987 van de rietgedekte kap.
Secretaris/penningmeester Henk Harmsen
van de Molencommissie Stokkum: 'De Düf-
fels-Möll was destijds geen uitzondering op
het lot dat zoveel malende gevaarten wacht
te: de vooruitgang bracht de molenaar stoom
en elektriciteit, de onberekenbare wind had
als energiebron afgedaan'
CRISISJAREN
De eerste opknapplannen voor de in 1861
door pachtmolenaar Dorus Wintering ge
bouwde molen dateren van vlak voor de oor
log. In de crisisjaren stierven ze een zachte
dood. Pas in 1968 werd de draad weer se
rieus opgepakt. Een jaar later volgde de op
richting van de restauratie-commissie, die
rj
Na 60 jaar zitten er weer wieken aan de Düffels-
Möll. Rechts: het uit 1870 daterende muldershuis
(Foto: Henk Westerveld, Aalten).
volledig herstel op 90.000 becijferde. Niet
beseffend dat het uiteindelijk bijna drie keer
zoveel zou worden
Het zat de commissie vanaf het begin niet
mee. De Düffels-Möll, genoemd naar de
molenaarsfamilie die eigenaar is, stond des
tijds niet op de monumentenlijst en het mi
nisterie van (toen nog) CRM vond een ver
zoek daartoe van de gemeente Bergh alles
behalve urgent.
Dat had gevolgen voor de koers van het ge
meentelijk kompas. 'Als het Rijk niet over
de brug komt waarom wij dan wel?'was de
overheersende redenatie.
De restauratie-commissie liet zich niet ont
moedigen en zocht elders vervangende
steun. Eerst, vergeefs, bij dezelfde rijks
overheid via de toen nog bestaande DACW.
Later, met meer succes, bij de Gelderse Mo
lencommissie, de Stichting Berghs Belang
en bij het Prins Bemhardfonds. Er kwamen
toezeggingen los - van Berghs Belang zelfs
51.000 - en er werden nieuwe plannen ge
maakt. Maar het ingeslagen restauratiepad
had meer weg van een hindernisbaan. Ter
wijl de ene horde nog niet eens genomen
was doemde het volgende obstakel al weer
op. De afhankelijkheid, dankzij schakelsub
sidies, van locale overheidssteun en een op
onderlinge rivaliteit berustende zig-zag-
koers binnen de gemeenteraad deden de zaak
geen goed. Verwachtingen werden net zo
gemakkelijk gewekt als de grond ingeboord.
Het bracht de goedwillende steunverleners
aan het twijfelen en de leden van de restaura
tie-commissie tot wanhoop. In 1980 leek,
ondanks de plaatsing van de Düffelsmolen
op de rijksmonumentenlijst, het pleit be
slecht. De restauratie-commissie, vergrijsd
en murw gebeukt door alle tegenslagen, viel
bijna uiteen.
MULDERSHUIS
Gelukkig kon de zaak, onder de naam 'Mo
lencommissie Stokkum', nieuw leven wor
den ingeblazen. De sponsors van weleer
werden aan hun toezeggingen herinnerd, ter
wijl een inzameling onder particulieren en
Duitse naobers 41.000 opleverde. De be
volking van Stokkum liet daarbij zien waarin
een klein dorp groot kan zijn. Het bracht
spontaan 2.500 bijeen. Toen vervolgens
het muldershuis uit 1870, dankzij subsidie
van de Gelderse Monumenten Commissie,
tot restauratievoorbeeld werd gekozen leek
niets het aanpakken van de Düffels-molen
meer in de weg te staan. Leek, want dit keer
dreigde de molen te sneuvelen onder het juk
van de gemeentelijke bezuinigingen. Gehar
rewar over wel of niet maalvaardig restaure
ren leidde in een herzien investeringsschema
tot een rode lantaarn-positie. Die degradatie
maakte niet alleen de officieuze gemeente-
Het bevestigen van de wieken was een filmische
gebeurtenis van de eerste orde