Boeken
V.
Ruimte voor natuur
211
stimuleren monumenten nu eens te gaan be
kijken. Het is ontzettend goed bevallen. De
gemeente Dordrecht heeft nu al gezegd, dat
ze iets dergelijks volgend jaar op 12 septem
ber zal doen.'
Van Brederode verwacht ook, dat het die
dag op andere plaatsen niet zal ophouden
met het openstellen van monumenten. 'Ik
ken al gemeenten, die hebben beweerd: o,
dat is leuk, we maken er een tentoonstelling
bij, lezingen met dia's, rondleidingen, stads
wandelingen, zulk soort zaken.De stichting
is er dan weer om goede of originele ideeën
die in de ene gemeente opduiken, door te
geven aan andere. Ideeën als het uitgeven
van speciale boekjes, het vervaardigen van
speciale bierviltjes, speur- en puzzeltochten,
foto- en tekenwedstrijden.
De heer Van Brederode hoopt overigens dat
particuliere organisaties de vinger aan de
pols houden. Dat bijvoorbeeld de lezers van
Heemschut zich afvragen of er in hun ge
meente eigenlijk wel wat gebeurt, dat ze
contact met het gemeentebestuur opnemen,
zodat op korte termijn een comité gevormd
kan worden, enzovoort.
KLIMAAT GUNSTIG
Het klimaat voor een Open Monumentendag
is nogal gunstig. 'Er is tegenwoordig een
waanzinnige belangstelling voor studieda
gen om het gebied van monumentenzorg. De
NCM heeft i.s.m. het Nationaal Restaura
tiefonds dit jaar 29 instructiedagen gegeven
over de gemeentelijke monumentenzorg, ge
zien de nieuwe subsidieregelingen en derge
lijke. Er zijn meer dan 1000 mensen ge
weest. Voor een studiedag voor leden van
gemeentelijke mpnumentencommissies
kwamen 470 aanmeldingen.Van Brederode
denkt dat de centralisatie van de monumen
tenzorg gunstig werkt op de belangstelling
van gemeenten. 'Door de sterk centralisti
sche monumentenwet van 1961 is een aantal
dingen heel goed gedaan, zijn veel restaura
ties op gang gekomen en dergelijke. Maar
het initiatief in de gemeenten is daardoor een
beetje gesmoord. Ze zeiden: dat is een taak
van het Rijk, wij doen even niks.'
'Een gemeente kan nog zo enthousiast zijn,
maar als het niet leeft bij de burgerij, begint
ze niets. Dus het is wel in het belang van de
gemeente om de burgerij te enthousiasme
ren.' De belangstelling voor monumenten is
volgens Van Brederode overigens veel min
der tot een bepaalde intellectuele élite be
perkt dan bij andere uitingen van kunst. 'De
belangstelling voor de gebouwde omgeving
is veel breder dan bijvoorbeeld voor musea
en bibliotheken. Zowel intellectueel als qua
inkomensniveau is er een vrij breed draag
vlak.'
Dit boek werd uitgegeven door de Vereni
ging tot Behoud van Natuurmonumenten in
Nederland en geeft een overzicht van 80 jaar
natuur- en landschapsbescherming in Neder
land. Van de oprichting in 1905 o.l.v. Jac.
P. Thijsse tot vandaag de dag. De auteur zelf
heeft vanaf 1940 een belangrijke rol binnen
deze organisatie gespeeld. Aan de orde ko
men de verwerving van de diverse natuurge
bieden (in 1985 ruim 50.000 ha), belangen
behartiging; beïnvloeding van publieke opi
nie en Overheid. De geschiedenis wordt in
zes perioden zoveel mogelijk chronologisch
behandeld. Ook vóór 1905 was er al belang
stelling voor natuurbehoud, zij het in be-
perkte mate. Wij kennen allen de beschrij
ving van Frederik van Eeden in 'De kleine
Johannes'. Van Eeden was overigens de eer
ste die het woord 'natuurmonument' ge
bruikte.
De vele in de loop der jaren verkregen na
tuurgebieden - van het Naardermeer in 1905
tot de Oostvaardersplassen in 1986 - worden
uitvoerig beschreven. Zoals de aankoop, de
financiering, de samenstelling van het ge
bied, het beheer, de exploitatie, organisatie,
latere uitbreidingen enz., ook de vergeefse
pogingen tot behoud worden genoemd.
Uiteraard komen vele belangrijke figuren
binnen de vereniging aan bod en aan het
woord in diverse citaten. Er wordt ook ge
wezen op het bondgenootschap met 'Heem
schut' en vergelijkbare verenigingen als 'De
Nederlandsche Molen' en de vele onderlinge
raakvlakken tussen natuur- en monumenten
bescherming.
MTuutMONUMCHT LOONSE EN DRUNENSE DUINEN
VRIJE WANDELING
OP WEGEN EN PADEN
EN OPEN STUIFZANDEN
VAN ZONSOPGANG TOT ZONSONDERGANG.
Hierbij een greep uit de ontelbare onderwer
pen die aan de orde komen: internationale
verenigingen; de wetgeving m.b.t. de ruim
telijke ordening; stedebouwkundige ontwik
kelingen; uitbreidingsplannen en hoogbouw;
provinciale landschapsverenigingen; flora-
en faunabescherming; het wel en wee van de
ruilverkaveling; natuurbeschermingseduca
tie enz. enz.
Een mijlpaal vormde de invoering van de
Natuurbeschermingswet per 1 januari 1968,
een lijdensweg van 30 jaar. In de Troonrede
van 1928 werd deze samen met de Monu
mentenwet al aangekondigd! Ook worden de
vele bedreigingen van de natuur genoemd:
de ontginningswoede als werkverschaffing
in de crisisjaren; agrarische schaalvergro
ting, industrialisatie; wegenbouw; vervui
ling van water, lucht en bodem; bestrijdings
middelen; (kern)energie; zure regen, geluid
hinder en de belangrijkste is wel de bevol
kingstoename. De ontwikkeling van de
steeds complexere milieuwetgeving en de
toenemende bemoeienissen van de Overheid
krijgen ook ruim aandacht. Het is allemaal te
veel om op te noemen. Het boek (ruim 400
pagina's) bevat een schat aan informatie,
voor een leek wellicht wat veel, maar desal
niettemin zeer lezenswaardig. Gorter stelt op
de laatste pagina dat er gelukkig veel bereikt
is, maar ook dat het afbraakproces nog
steeds voortzet en dat deze zelfs zeer veront
rustende vormen aanneemt. Bij het schrijven
van die woorden leefden wij nog niet eens
met de ramp van Tsjernobyl! Het boek zou
door iedereen gelezen moeten worden opdat
de natuur nog meer ruimte krijgt.
Ruimte voor natuur door Dr HP. Gorter.
Uitgeverij Terra, 1986. prijs 75,-.
AMtC
Bordje van 'Natuurmonumenten'
Illustratie uit 'Ruimte voor natuur'