83
peliers. Rond 1300 raakte de orde de bezit
tingen in het Heilige Land door toedoen van
de islamieten zelfs geheel kwijt. Inmiddels
had de orde zich in Europa gevestigd, met
name in het kustgebied aan de oost- en zuid
oostzijde van de Oostzee, in het huidige
Polen en Rusland. Daar was zij sedert 1230
behulpzaam geweest bij de kerstening van
de bevolking, die de zon, de maan, de ster
ren, de donder, vogels, slangen en kikvor
sen en dergelijke aanbaden.
De komst van de orde aldaar ging gepaard
met gruwelijke veldslagen, maar ook met
kolonisatie. Steden als Danzig (Gdansk) en
Koningsbergen (Kaliningrad) hebben hun
ontstaan aan de Duitse ridders te danken.
Ook vanuit Utrecht kwam soms assistentie
in de strijd tegen de ongelovigen. Geheel
uitgedost in zijn ridderlijke wapenrusting
ging een ridderbroeder in zo'n geval, tesa-
men met een knecht op weg naar Pruisen en
Letland.
In de 14e eeuw was de macht van de Duitse
orde zodanig uitgebreid dat zij geheel het
kustgebied bij de Oostzee, van Danzig tot
aan de Finse golf onder controle had. Het
hoofd van de orde, de hoogmeester, had
zich dan ook in 1309 definitief in oost-
Pruisen gevestigd. Het royale slot waar de
hoogmeester resideerde was een combinatie
van vesting, paleis, kazerne en klooster; het
was een symbool van de orde.
DE BALIJE UTRECHT
De balije Utrecht, de nederlandse tak van de
Ridderlijke Duitse Orde, kwam in 1231 tot
stand toen een huis en hofstede buiten de
stad Utrecht (in de buurt van het academisch
ziekenhuis aan de Catharijnesingel) aan de
orde geschonken werd. Op het verkregen
terrein bouwde de eerste landcommandeur
van de nederlandse tak van de orde, ridder
Antonius, het eerste Duitse Huis. De ligging
ervan bleek op den duur echter gevaarlijk te
zijn. Bij een belegering van de stad Utrecht
in 1345 ging het eerste Duitse Huis dan ook
in vlammen op. Het nieuwe, royale onder
komen, waar wij in dit artikel de aandacht
op willen vestigen, verrees tussen 1348 en
1359 op een terrein aan de Springweg, bin
nen de toenmalige stadsmuur. In 1347 had
den de ridders van de stad Utrecht toestem
ming gekregen om voortaan binnen de stad
te wonen en om zich aan de Springweg te
vestigen. Daaraan voorafgaand hadden zij
van bisschop Jan van Arkel een terrein aan
weten te kopen, waarop zijn stallen gelegen
waren en hadden zij door ruil de beschik
king gekregen over nog eens vier hofsteden
aan de Springweg. Misschien was het
kloostercomplex dat de Ridderlijke Duitse
Orde aan de Springweg oprichtte wel het
meest royale, dat ooit in Utrecht tot stand
kwam. En wat dit Duitse Huis zo extra
bijzonder maakt, is wel dat het na bijna zes
en een halve eeuw nog voor een belangrijk
deel overeind staat, zij het niet meer in zijn
oude luister.
FUNCTIONEREN
Het Duitse Huis te Utrecht functioneerde als
hoofdhuis van alle in de balije Utrecht,
d.w.z. in het sticht Utrecht, Holland, Zee
land, Friesland en Gelderland gelegen goe
deren. Het was een landcommanderij en
Het Duitse Huis; de Mariakapel, die waarschijnlijk dateert uit het begin van de 15' eeuw. De kapel
stond aan de zuidzijde tegen de kerk die in 1674 instortte.
(Foto gemeente Utrecht).
Het Duitse Huis; de voorste binnenplaats met links van het midden het grote bouwblok, waarvan
inmiddels de hoge trapgevel afgebroken was. Rechts op de tekening is de muur te zien die de
Springweg van de binnenplaats scheidt.
(Pentekening Jan de Beijer, 1744, Gemeentelijke Archiefdienst Utrecht TA La 2.9).