Muurschilderingen in
't Zandt verkommeren
47
'-
REKENKAMER HAALT FORS UIT NAAR MONUMENTENZORG,
DRS. BERT FRANSSEN
'De schilderingen verdwijnen langzamerhand in de stofzuiger van de werkster.' Muurschil
deringen. Een van de kwetsbaarste onderdelen van monumenten. Kwetsbaar, maar helaas
weinig in de belangstelling. Na een restauratie verkommert zo menig kunstwerk. De
Algemene Rekenkamer heeft in een pas verschenen rapport benadrukt, dat het onderhoud
van kerken na een restauratie vaak beneden peil is. We namen een kijkje in de Hervormde
Kerk te 't Zandt Noord-Oost Groningen.).
'Dc inwoners van het Groningse 't Zandt',
verzekert kerkvoogd S. H. Wiersema me,
'zijn erg trots op hun Hervormde Kerk. Ik
geef het toe, het dorpje is een juweeltje van
Romaanse bouwkunst uit de dertiende eeuw
rijk. Maar alles is vergankelijk, zeker een
dertiende eeuws kerkje en een gevoel van
trots is inflatoir naarmate het verval voort
schrijdt.' Het was mij ter ore gekomen, dat
Het Monument van 't Zandt met grote pro
blemen kampte. Dat vooral de kostbare
muurschilderingen uit de vijftiende, sommi
ge zelfs uit de dertiende eeuw, aan het ver
kommeren waren.
Kerkvoogd Wiersema is als ik hem opbel,
in eerste instantie niet zo ingenomen met
mijn belangstelling. In staat van verval?
'Dat horen we wel meer, maar dan verdedi
gen wij onze kerk altijd.' Maar de schilde
ringen dan, is het daarmee niet erg slecht
gesteld? 'Dat is inderdaad zo, als u daar
belangstelling voor hebt, dan heel graag
want wij wachten dienaangaande met smart
op advies.'
't Zandt wordt omringd door oneindig
bouwland. Het dorpje heeft 800 inwoners.
Iedereen kent iedereen, denk je, en inder
daad blijft een vreemdeling niet onopge
merkt. De mensen zijn opvallend vriende
lijk en ook al sta je introvert naar het trottoir
te staren, iedereen groetje, kinderen zeggen
'hoi', zelfs als ze je voor de vierde keer
tegenkomen.
De schilderingen van het kerkje blijken niet
in verval, maar in ontbinding te verkeren.
Bovendien zijn de wanden overdekt met
vochtplekken. De rode colonnettes zijn hier
en daar sterk verbleekt. In het interieur is de
kleur, zo zou je het kunnen samenvatten,
overal aan het wegtrekken. Wiersema loopt
van het ene punt naar het andere, zijn blik
gaat van beneden naar boven, van links naar
rechts. Geen dagelijks werk voor hem, een
kerkvoogd is tenslotte geen museumconser
vator. 'Ja. u hebt toch wel gelijk,' zegt hij.
'Als je het nu vergelijkt met vier, vijf jaar
geleden, dan zijn de kleuren wat fletser ge
worden.'
Wiersema beheert als kerkvoogd nog twee
andere kerken, tot voor kort zelfs vijf. 't
Zandt beleeft één keer per maand een kerk
dienst, de rest van de tijd zit de kerk op slot
- hetgeen één van de hoofdoorzaken van het
verval is, maar daarover straks. Eén keer
per maand een dienst in elke kerk, want
'dan kom je financieel precies rond.' Bo
vendien moet de predikant gedeeld worden
met Loppersum.
REKENKAMER HAALT UIT
Van 1963 tot 1968 vond in 't Zandt een
grote restauratie plaats. Jelle Otter haalde in
deze periode de schilderingen te voorschijn.
Toen hij in 1968 met zijn werk gereed
kwam, zagen sommige stukken uit de be
ginperiode er al minder fris uit. Achttien
jaar later is de situatie dramatisch verslech
terd.
Het is al zo vaak gezegd: na een grote res
tauratie blijft onderhoud veelal achterwege.
Een rapport van de Algemene Rekenkamer,
onlangs uitgebracht, bevestigt dat nog eens.
Het rapport gaat over de Rijksdient voor de
Monumentenzorg. De rekenkamer trekt
flink van leer tegen de dienst. Het is alsof
men zich uitermate verbaasd heeft over het
gebrek aan efficiëncy bij Monumentenzorg.
Slechts op basis van de dossiers van RDMZ
zelf deed de Rekenkamer een onderzoek
naar de bouwkundige toestand van 180 mo
numenten. Het was daarbij opgevallen, 'dat
de effekten van restauraties in betrekkelijk
veel van de onderzochte gevallen met name
bij kerken, min of meer teniet waren gedaan
door onzorgvuldige uitvoering van de res
tauratie, dan wel door het achterwege laten
van deskundig onderhoud na de restauratie.
De gevolgen van het laatste - slecht onder
houd - staan in de dossiers van Monumen
tenzorg keurig beschreven. Om er een paar
te noemen: gebreken aan metsel- en voeg
werken en pleisterwerk door inwatering, ge
breken aan muurplaatkonstrukties door lek
kage. aantasting van interieur en pleister
werk door verwarming, afvallen van stenen,
waardoor daklekkage ontstaat.
Het rapport gaat niet speciaal over schilde
ringen. Zij vormen maar één aspekt van het
monumentenbezit, zij het een aspekt, dat
naar verhouding weinig aandacht geniet.
Als een grote restauratie eenmaal plaatsge
vonden heeft, probeert Monumentenzorg
nog slechts met minimale middelen hier en
daar iets te doen. De dienst is meestal wel
op dc hoogte van achteruitgang, maar dat
wil nog niet zeggen, dat ze in aktie komt.
Muurschildering in de NH kerk
van 't Zandt (Foto Bert Franssen)
KERKVOOGD OF KONSERVATOR?
De kerkvoogdij heeft sinds de oorlog een
museale taak. Kerkvoogden worden met het
beheer van kunstwerken opgescheept. Een
taak, meestal met liefde vervuld, er zijn
vele voorbeelden van ongekende ijver om
monumenten in stand te houden. Maar een
kerkvoogd is een kerkvoogd en geen mu-
seumkonservator.
Boer Wiersema is één van hen. Hij vat zijn
funktie serieus op en heeft dan ook geen
moeite gespaard om de hervormde kerk in 't
Zandt op het peil van 1968 te houden. Hij
zorgde met zijn medebestuursleden voor
een goede drainage, voor een reparatie van
het dak, toen vijfjaar geleden bij een storm
dakpannen naar beneden kwamen.
Toen stukken pleisterwerk loslieten en op
de vloer terecht kwamen haalde hij met een
ploeg van vijf vrijwilligers (geen deskundi
gen, 'handige mensen,' zegt hij) grote stuk
ken pleisterwerk weg. Vaklieden zorgden
daarna voor een nieuwe laag. Een probleem
vormden de muurschilderingen, daar moes
ten ze van af blijven: 'Daar kun je natuurlijk
met gewone mensjes niets aan doen, daar
zijn we ook af gebleven.
Hoe belangrijk zijn muurschilderingen?
Daarover zal iedere kerkganger in 't Zandt
zijn eigen mening hebben. Een kerkganger
wil stellig warm en droog zitten maar wil hij
ook van schilderingen genieten? Wiersema,
een sympathiek man en nog eerlijk ook,
zegt onder omwegen: 'Ik geef toe, dat wij
ons niet geweldig voor het onderhoud van
de schilderingen hebben ingespannen.' Zijn
prioriteiten liggen elders. 'Als je zoals wij
het netjes houdt, dan erger ik me niet zo, dat
hier en daar wat vochtplekken verschijnen.'
Het zij hem zonder meer vergeven.