i
1!'
217
per is, stamt uit 1601. Tot het begin van de
twintigste eeuw maakte het deel uit van de
gevel, toen werd het overgebracht naar het
Rijksmuseum in Amsterdan. In 1961 kreeg
de gemeente Oudewater het weer terug,
weliswaar in bruikleen.
De gevel heeft veel mooie en soms merk
waardige details. De driehoekige frontons
boven de benedenramen die men ook aan de
gevel van het stadhuis kan zien, dragen hier
een leeuwekop. De bogen boven de vensters
op de eerste en tweede etage zijn bijvoor
beeld niet, zoals overal elders in Oudewa
ter, gevuld met baksteen-mozaïek, maar
met schelpmotieven.
NOORDERKERKSTRAAT 20-22
Deze pandjes met twee dezelfde trapgevel-
tjes zijn van 1619 en werden waarschijnlijk
bewoond door een neringdoende (wijn? la
ken?). De horizontale klapluiken zouden
hiervoor een bewijs kunnen zijn, het onder
ste diende in dat geval in opengeklapte toe-
Zuiderkerkstraat 4-6. Voormalige pastorie van de
St. Miehaelskerk.
Noorderkerkstraat 20-22. Kosterswoning St. Miehaelskerk
Foto's: F. P. Brink en J. F. Saltet
sloegen rijk, provincie en gemeente de han
den ineen om tot een verantwoorde restaura
tie te komen. De eerste correspondentie
hierover werd gevoerd in mei 1966 en in de
herfst van 1968 werd het pand in gebruik
genomen als bankgebouw. De totale kosten
waren 91.000,waarvan de gemeen
te Oudewater naast de toekenning van een
eigen subsidie de subsidies van rijk en pro
vincie heeft voorgefinancierd. Die kwamen
pas los in 1971 en eind 1972.
HETZ.G. ARMINIUSHU1S
Dit huis dankt zijn naam aan het feit dat op
deze plaats (Markt Oostzijde 14/hoek Gast
huissteeg) het geboortehuis stond van Armi-
nius, de beroemde theoloog uit de tijd van
de Remonstranten en Contra-Remonstran
ten. Het oorspronkelijke pand werd bij de
'moord op Oudewater' in 1575 verwoest en
zijn bewoners werden vermoord. (Arminius
zelf ontsprong de dans doordat hij in die tijd
in Duitsland woonde). Aan het begin van de
zeventiende eeuw werd het huidige pand
gebouwd. In 1957 deed het toenmalige ge
meentebestuur een voorzichtige poging het
huis dat er treurig en verwaarloosd bij
stond, te verkopen aan de vereniging 'Hen-
drick de Keyser', die het wellicht zou kun
nen opknappen. Toen deze verkoop wegens
gebrek aan geld geen doorgang kon vinden,
nam de gemeente de restauratie zelf ter
hand. Met behulp van subsidies van zowel
het rijk als de provincie werd het huis prach
tig gerestaureerd. Eind 1963 was de restau
ratie een feit. De totale kosten waren
126.000,—.
Het eerste dat opvalt in de prachtige renais-
sance-gevel is in een nis een zandstenen
beeld dat Vrouwe Fortuna voorstelt, staande
op een wereldbol. Dit kunstwerk waarvan
Hendrick de Keyser vermoedelijk de schep-
l'~-
5 N