Woonhuisonderzoek
in 's-Hertogenbosch
.0'
INDELING VAN HET BOSSCHE WOONHUIS
142
's-Hertogenbosch is door de historisch-geo-
grafisch interessante ligging in het uiterste
noorden van het hertogdom Brabant, aan de
grens van Holland, Utrecht en Gelre en goe
de bereikbaarheid via de grote rivieren van
uit Rijnland, de Maasvallei, de IJsselsteden
en in zekere mate Vlaanderen, een interes
sant onderzoeksgebied voor de studie van
het Nederlandse burgerhuis. De invloeden
van deze gebieden op het bouwen in de stad
zijn aantoonbaar.
's-Hertogenbosch heeft op zijn beurt ook
invloeden op het bouwen elders gehad. De
stad kende als noordelijke hoofdstad en ves
tingstad van Brabant een grote bloeiperiode
in de 14de, 15de en begin 16de eeuw. Ze
behoorde in die eeuwen' tot de grootste ste
den van de Nederlanden.
De stad had een aanzienlijke handel en nij
verheid, die hun sporen in de bebouwing
hebben achtergelaten. Door de grote econo
mische teruggang in de 17de en 18de eeuw
(de stad behoorde in deze periode tot de
generaliteitslanden), werd er weinig ge- en
verbouwd, zodat er nu nog relatief veel
middeleeuwse gebouwen en onderdelen van
gebouwen aanwezig zijn. Achter de veelal
in de 19de eeuw vernieuwde gevels gaan
nog talrijke gebouwen uit de bloeiperiode
van de stad schuil.
Vanaf ca. 1975 - het Monumentenjaar -
hebben er, vooral door overheidssubsidies
en door een veranderde mentaliteit van de
plaatselijke overheid en de bevolking,
grootscheepse stadsvernieuwingsactivitei
ten plaatsgevonden.
De infrastructuur werd hersteld en de huizen
gerestaureerd. Hierdoor zijn echter ook gro
te delen van het originele gebouwenbestand
verloren gegaan en resten ons veelal slechts
nieuwe gebouwen in namaak-oude stijl, die
voor de studie van het burgerhuis en van de
stad geen historische waarde meer bezitten.
Deze erosie van de geschiedenis is alleen te
beperken door vooraf en tijdens verbouwin
gen de historische gegevens te onderzoeken
en te documenteren. Deze taak werd in
1975 opgedragen aan de gemeentelijke
bouwhistoricus.
De resultaten van het bouwhistorisch onder
zoek worden direct toegepast bij de restau
raties en de stedebouwkundige plannen. De
wetenschappelijke resultaten kunnen door
de grote achterstand in de uitwerking van de
onderzoeken pas op langere termijn in beeld
worden gebracht. Desalniettemin ontstaat er
na 10 jaar onderzoek een steeds duidelijker
inzicht in de ontwikkeling van het burger
huis in Den Bosch.
Op de Heemschutdag 1985, die op 14 sep
tember in 's-Hertogenbosch gehouden gaat
worden, zal een tussentijdse stand van de
resultaten van 10 jaar bouwhistorisch onder
zoek gegeven worden. Vanuit de bodemge
steldheid, de water- en landwegen, de daar
bij ontstane parcellering en de oudste hout
bouw, gegevens die vooral uit het onder
zoek van de stadsarcheoloog worden ver
kregen, wordt een ontwikkelingsschets ge
geven van het stenen stadshuis, zoals dat in
's-Hertogenbosch veelvuldig gebouwd is.
Het smalle, diepe, Bossche burgerhuis, dat
in het midden van de 16e eeuw zijn eind-
vorm bereikte, kwam voort uit de smalle,
diepe parcellering met een riviertje aan de
achterzijde. Het huis heeft zich ontwikkeld
uit een ouder huistype, dat bestond uit een
stenen achterhuis en een in eerste instantie
houten voorhuis. De combinatie van hout
en steenbouw is duidelijk aantoonbaar in de
vorm van de houtskeletconstructie met dra
gende stenen muren, de houten voorgevel
en het geheel stenen, onderkelderde achter
huis. Het bredere voorhuis heeft als belang
rijkste structurele elementen: drie of vier
balkvakken (met moer- en kinderbinten en
een houtskelet), een hoge begane grond met
insteekvloer tegen de brandmuur, een lagere
verdieping en zolder en een trap en rookka
naal in het achterste balkvak.
Kenmerkende elementen voor het smallere
achterhuis (en ook het brede achterhuis met
smallere kelder) zijn de hoger gelegen kel
der met tongewelf, de twee of drie balkvak
ken (met moer- en kinderbinten en een hout
skelet), een rookkanaal tegen de brandmuur
en een stenen achtergevel.
Het Bossche burgerhuis vertoont veel over
eenkomst met de laat-middeleeuwse huizen
in Nederlandse handelssteden die smalle ka
vels hadden die aan de achterzijde aan een
rivier grensden, ofschoon er in de indeling
en zeker in de constructie toch duidelijke
typische Bossche elementen aanwezig zijn.
Opvallend is de grote uniformiteit in de hui
zen en relatieve rijkdom en grootte.
Uit het bouwhistorisch onderzoek blijkt, dat
de meeste laat-middeleeuwse huizen in Den
Bosch met een ruime beurs gebouwd zijn.
De indeling was zodanig, dat het huis als
woning, gecombineerd met bedrijfsruimte
gebruikt kon worden.
Uit dit huizenonderzoek vormt zich het
beeld, dat de bevolking van 's-Hertogen
bosch in de late Middeleeuwen grotendeels
uit een gegoede, ambachtelijke midden
stand bestond.
A. van Drunen,
gemeentelijke bouwhistoricus
Dit artikel behandelt een onderwerp - het
bouwhistorisch onderzoek - van één van
de lezingen die op de .Heemschutdag ge
houden zal worden.
A VOORHUIS
1 tweede zolder of vliering (opslag)
2 eerste zolder (opslag)
3 eerste verdieping (opslag,wonen)
4 hangkamer, of insteek (slapen)
5 binnenhaard (keuken, dagverblijf)
6 Voorbuis (werken, vyinkeJ)
7 trappenhuis
B ACHTERHUIS
8 tweede zolderofvlier«ng(opslag)
9 eerste zolder (opslag)
10 eerste verdieping (wonen)
begane grond, of kelder kam er
(wonen opslag)
12 gang op vnaaiveldhoogte.
13 kekJerfopslag)
14 rpoil^n
15 voorgevel
16 Jchóor^teen
17 brandmuur
10 achtergevel