De molens van Amsterdam in oude ansichten Contributie 1985 Wilt U Uw acceptgiro- kaart zo spoedig mogelijk retourneren. Bij voorbaat dank! 236 bovenwiel van een poldermolen. Het was de spreuk in het provinciewapen van Zuid-Hol land: 'vigilate deo confidentes'. Op mijn vraag waarom hij dat deed en wat die woorden betekenen, liet hij zijn gereed schap rusten, en ging erbij zitten. Hetgeen hij zei, heeft mij tot nadenken gezet. 'Iemand die het weten kan, heeft mij verteld wat deze woorden betekenen: - wakker en waakzijn blijven en vertrouwen hebben in God en de mensen - ik vond het een mooie spreuk en besloot hem te beitelen in dit bo venwiel, bedoeld als blijvende groet aan de mensen die mij dit werk hebben toever trouwd en waaraan ik zoveel zorg en plezier heb beleefd'. Terwijl hij zijn gereedschap weer ter hand nam, vervolgde hij: 'als iemand kan zeggen - en dat kan ik - dat hij bijna een halve eeuw in de molenbouw onafgebroken een redelijk bestaan vond, nog nooit een uur zonder werk was, dan is er reden om dankbaar te zijn. Hij heeft ook reden om de toekomst met vertrou wen tegemoet te zien. Onlangs werden on- derhoudssubsidies voor molenbehoud ver hoogd tot een hoogte die in deze tijd niemand voor mogelijk heeft gehouden. Als er nog molens verdwijnen, ligt dat niet aan het be leid. Laat ons voorzichtig zijn met steeds maar weer wensen op tafel te leggen; Dat getuigt niet van kracht! Alsof hij zijn werk niet onderbroken had, beitelde hij verder en besloot: 'ik weet dat jij je zorgen maakt voor de toekomst van molen- makersbedrijven. Ook ik heb die zorg, maar in andere zin dan jij. - vigilate deo confidentes - als je overeen komstig die woorden leeft en werkt, zullen er altijd opdrachtgevers zijn die vertrouwen in je hebben en werk aan je opdragen. Zaak is wakker te blijven en dat vertrouwen waard te zijn. Dat toon je niet met woorden, maar met hard werken. Zo simpel ligt dat'. Het bleef even stil, en ik vroeg hoe lang dit gesprek duurde: Adriaens: 'Voor zijn doen was het een lang gesprek - met onderbrekin gen duurde het minder dan vijf minuten. Ik kan er lang op teren'. De avond valt en ik neem afscheid van ie mand waarvan ik weet dat hij het beste voor heeft met de molenmakersbedrijven in Ne derland. Iemand die met eigen denkbeelden onafgebroken wil pleiten voor de toekomst waarde van de wind- en watermolens, die moeten draaien in de tijd. Jan Roelfs Sr. Foto's voorzover niet anders vermeld: De Hollandsche Molen. Deel I - De molens in en om de stad, behalve de houtzaagmolens Deel II - De houtzaagmolens rond de oude stad Deel III - De molens in de geheel of gedeel telijk bij Amsterdam gevoegde gemeenten. Deze drie boeken over de Amsterdamse mo lens verschenen respectievelijk in 1981, 1983 en 1984. Bij hiervoor verschenen werken, waarin Amsterdamse molens beschreven of getoond werden, ging het in de eerste plaats'niet om de molens, maar om een fotograaf of een historisch stadsbeeld. In de nu verschenen drie deeltjes staat de molen met zijn omgeving centraal. Hierdoor krijgt men een beeld hoe veelsoortig en tal rijk de molens in en om Amsterdam zijn geweest. Nog in het midden van de 19de eeuw ston den in Amsterdam korenmolens op de mees te der zesentwintig bolwerken van de 17de eeuwse stadswal. Hiervan is alleen de bol- werkmolen 'De Gooyer' nog over, maar die was al in de franse tijd verplaatst. De onder gang van deze molens was voor een groot deel het gevolg van de opkomst van de met stoomkracht werkende meel- en broodfa brieken. Behalve deze korenmolens kende Amster dam chocolaad-, ros-, verf-, loodwit-, vol-, en moutmolens. In het tweede deel van deze serie ansichten worden afbeeldingen getoond van de vele houtzaagmolens, die Amsterdam rijk was. In 1630 werd door de Amsterdamse houtkopers de compagnie gesticht voor het oprichten van houtzaagmolens, om te kunnen concur reren met de Zaanstreek en Waterland. In 1632 richtte het stadsbestuur buiten de Haar lemmerpoort en de Regulierspoort molen- werven in, omdat hier de gronden gunstig lagen bij de heersende zuid-westelijke wind richting. Aan het eind van de 17de eeuw telde Amsterdam ruim 80 houtzaagmolens. Rond 1880 werden, veelal voor de stadsuit breiding, vele houtzaagmolens verwijderd, die voor een groot deel door onder andere de concurrentie van de stoomzagerijen toch al niet meer rendabel waren. De inleiding van dit deel over de houtzaagmolens wordt afge sloten met een beschrijving van de plaatsen, waar deze molens hebben gestaan. Het derde deel bestaat uit een verzameling ansichten van molens, die door gebiedsan- nexatie in 1896, 1921 en 1966 binnen de Amsterdamse grenzen werden opgenomen. Daardoor biedt dit deeltje afbeeldingen van vele soorten molens, mede omdat er nu ook een groot aantal poldermolens aan het be stand werd toegevoegd. ISBN 90 288 2466 9 Uitg: Europese bibliotheek, Zaltbommel 1981 Prijs per deel: F1 37,50. J. K. A. 'De Oranjeboom' aan de Middenweg, deel uitmakende van de houtkoperij van H. Pouwels. Een van de I7de-eeuwse zaagmolens, die stonden aan de Mennonietensloot. Door brand en door sloop in de 19de eeuw zijn deze alle verdwenen.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1984 | | pagina 26