Nieuws
provincies
Gelderland
Noord-Holland
134
De Gelderse Monumentenwacht heeft dit
voorjaar een derde inspectiebus in gebruik
genomen. Deze Gelderse afdeling van de
Stichting Monumentenwacht Nederland
heeft een voorspoedige tijd meegemaakt. Op
6 februari 1980 ging de eerste inspectiebus
rijden. Op 4 februari 1981 volgde reeds een
tweede bus. Door de grote aanwas van abon
nees kon nu dus een derde team monumen
tenwachters in dienst worden genomen. Een
en ander werd mogelijk door subsidiëring
van de Provinciale Overheid en een gift van
het Prins Bernhard Fonds. Zoals bekend zijn
de inspectiebussen uitgerust met allerlei ge
reedschap en materiaal en bemand door mo
numentenwachters, die uit de bouwwereld
afkomstig zijn. De wachters inspecteren re
gelmatig deze gebouwen, waarvan de eige
naars zijn aangesloten bij de Stichting Monu
mentenwacht. Kleine gebreken worden di
rect verholpen. Zij maken van elke inspectie
een rapport, zodat daaruit kan worden opge
maakt in welke bouwkundige toestand het
gebouw verkeert. Hierdoor kunnen veelal
kostbare reparaties worden beperkt of voor
komen. Het is immers een bekend feit, dat
een dure restauratie vaak het gevolg is van
een jarenlang achterstallig onderhoud.
Amsterdam: Keizersgracht 743.
'Een dubbeltje is geen kwartje, maar dit dub
beltje is wèl een kwartje geworden', zo luid
de een der opmerkingen van ir. R. Meischke
in zijn bespiegelingen over de in 1982 vol
tooide restauratie van het grachtenhuis van
de Vereniging Hendrick de Keyser. (Het
pand uit 1672 had in de loop der tijden zo
veel wijzigingen ondergaan dat het steeds
meer allure heeft gekregen.) Kort tevoren
was een tegeltableau onthuld met twee data:
1978 het jaar waarin het legaat van de eige
nares mw J. A. W. A. Westerman Holstijn-
van Hetting Tromp werd afgegeven aan de
Vereniging en 1982 het jaar van voltooiing
van de restauratie.
De werkzaamheden betroffen voornamelijk
constructief herstel met behoud van de be
staande ruimtelijke indeling. Tijdens de res
tauratie kwamen sporen van oudere toestan
den te voorschijn, voornamelijk bij graaf
werkzaamheden in de grond en hier en daar
in de balklagen. Aan de hand van deze be
perkte gegevens is het mogelijk een voorlo
pige reconstructie te maken. Het enige dui
delijke gegeven van een oudere situatie was
tot nu toe de afbeelding in het Grachtenboek
van Caspar Philips, daterend van 1768-71
(afb. 2).
De heer H. J. Zantkuyl schrijft hierover uit
voerig in het Jaarverslag over 1982 van de
Vereniging Hendrick de Keyser. Hij behan
delt daarbij de toegang tot het achter het huis
liggende koetshuis; de hoogte van die toe
gang bepaalde de verdiepingshoogte van de
begane grond; het aanbrengen van een on
derhuis of souterrain was bij een koetshuis
toegang onmogelijk hetgeen moest worden
opgelost door de toepassing van een z.g..
drijvende kelder.
In 1747 vond een grote verbouwing plaats
die o.m. verlaging van de grond vloer inhield
waardoor de ontbrekende grote zaal werd
gecreëerd. Opnieuw vonden verbouwingen
plaats in 1785 en in 1807.
Na vele eigendomsverwisselingen werd mr.
Jan Westerman Holstijn in 1929 eigenaar,
die het pand in 1941 liet restaureren door
architect C. W. Rooyaards, waarna tenslotte
in 1980 de Vereniging Hendrick de Keyser
op haar beurt de huidige restauratie onder
nam. De woonfunctie van het huis blijft ge
handhaafd, zoals door de eigenares werd ge
stipuleerd, zij het met een gedeeltelijke huis
vesting van een reclamebureau.
Bij de feestelijke ingebruikneming van bo
vengenoemd pand werd het eerste exemplaar
van het boekje Huize van Brienen, zetel van
de Vereniging, geschreven door prof. dr.
C. A. van Swigchem, aan drs J. Riezen-
kamp, directeur-generaal van WVC aange
boden. Het derde boek dat recentelijk is ver
schenen waarin een huis in Amsterdam
wordt beschreven! (Na 'Het Trippenhuis' en
'Het Huis met de Paarse ruiten' van de fami
lie Van Loon - zie onze vorige nummer).
Ook hiervan treft u elders in dit nummer een
korte recensie aan.
Voor onze leden is dit aardige boekje, uitge
geven door de Walburg Pers in samenwer
king met de Vereniging Hendrick de Keyser,
verkrijgbaar tegen een gereduceerde prijs.
Winkelprijs 18,50; af te halen bij het Ko
renmetershuis 15,-; te bestellen (incl. por
to 17,-, door overmaking op giro nr.
124326 van Heemschut, Amsterdam.
Naarden: De Provinciale Commissie
Noord-Holland houdt hier een regionale le
dendag op zaterdag 29 september a.s. Na
ontvangst door de burgemeester, te 10.00
uur, zal ons PC-lid, de heer C. G. Schelte-
ma, een inleiding houden, gevolgd door een
wandeling door de oude stad. Na de lunch
volgt een inleiding met wandeling door de
vestingwerken in samenwerking met het be
stuur van de Vereniging Menno van Coe-
hoorn, alsmede bezoek aan het vestingmu
seum.
Nadere informatie volgt in het juli/augustus
nummer.
Subsidie-mogelijkheid in Noord Holland
Gebleken is dat bij enige historische vereni
gingen behoefte bestaat aan een krediet,
waaruit kleinere bijdragen kunnen worden
verstrekt aan particulieren voor het treffen
van voorzieningen van geringe omvang (be
houd van karakteristieke, bouwkundige ele
menten, zoals bijv. ronde schoorsteen en
hek) aan gebouwen, die niet als monument
geregistreerd doch wel van cultuur-historisch
belang zijn. Door het ontbreken van vol
doende financiële middelen dreigen deze ka
rakteristieke elementen verloren te gaan.
Aangezien bij vele eigenaren onbekendheid
bestaat met deze subsidiëringsmogelijkheid
waartoe Provinciale Staten reeds in 1981
hebben besloten en jaarlijks 10.000,- heb
ben uitgetrokken, maakt Heemschut bij deze
hiervan melding.
Verzoek om een kleine bijdrage voor res
tauratie van genoemde elementen kan bij
Heemschut worden ingediend onder over
legging van foto's en een begroting van
geraamde kosten.
Heemschut zal uw inzending, van advies
voorzien, doorzenden naar het Provinciaal
Bestuur van Noord-Holland.
De Historische Vereniging Holland deed
deel 14 verschijnen van de Serie Hollandse
Studiën.
Regionaal-historische bibliografie van Hol
land 1980-1982 door Jan Alleblas, met een
overzicht van archief inventaris door T. N.
Schelhaas.
Tot 1980 verscheen deze bibliografie in jaar
lijkse afleveringen in het tijdschrift Holland.