Jonge antiekrestaurateurs in de Alblasserwaard 124 Hun betrokkenheid bij het oude ambacht - herstellen van antiek meubilair - bracht twee jonge meubelmakers, inwoners van het stadje Nieuwpoort, op bijzondere wijze tot elkaar. Samen begonnen de ondernemende twintigers een b. v.die gedurende de zeven jaar van haar bestaan meer en meer de aandacht heeft getrokken. Het gaat om de 'Antiekrestauratie - Meubelmakerij' in de Alblasserwaard, een bedrijf dat ook buiten de polderdijken al heel wat opdrachten heeft uitgevoerd. De onderneming is gevestigd in een voormalige grote varkensstal, die destijds is gemoderni seerd en de indruk biedt van een intieme werkhal. Het pand ligt eenzaam aan de Veersedijk (Lekdijk), op loopafstand van het ruim zeven eeuwen oude stadje. Markus Kortlever Jan den Ouden HUN EIGEN ZAAK Jan den Ouden (37) en Markus Kortlever (34) laten het werk even rusten om met be scheiden trots te vertellen wat ze zoal in die zeven jaar samen hebben bereikt. In de stilte klinkt het geblaat van schapen en is het ge rucht van sporadisch autoverkeer over de dijk nauwelijks hoorbaar. De boeken met omschrijvingen van opdrachten vermelden liefst 1370 namen van klanten, evenveel be wijzen van levensvatbaarheid van de prille onderneming. Het zijn lang niet alleen kar weien en karweitjes die de interieurrestaura tie betreffen. 'We hebben met twee medewerkenden in volledige dienst een gecombineerde werkge legenheid, we maken ook nieuw meubilair, want van de in deze tijd ingekrompen restau- ratiemarkt alléén kunnen we niet bestaan", aldus Markus. Maar toch: instellingen, kerk- beheerders en particulieren die de hulp van het tweetal inroepen vormen een belangrijk aantal. HET BEGON IN DE KERK Als Poortse jongens kenden ze elkaar van onder meer hun opleiding aan de LTS in Gouda, waar ze als adspirant-meubelmaker het vak leerden. Het bijzondere van hun sa menwerking, die dateert van 1977, vond haar voedingsbodem in een historische om geving. In 1972 deed de kerkvoogdij van de hervormde kerk van Nieuwpoort een beroep op vrijwilligers. Het beslist nog waardevolle interieur van het uit het midden van de 15de eeuw stammende kerkgebouw in het voor malige vestingstadje verkeerde in een erbar melijke staat. Het bedehuis had in de loop der eeuwen veranderingen ondergaan, maar was het monumentale sierstuk van Nieuw poort gebleven. Het is een fraaie gothische kerk, waarvan de huidige vormgeving (nogal wat verbouwingen) tot 1754 teruggaat. In het vorige decennium stond algeheel herstel van deze hervormde kerk op het programma, met dien verstande, dat er voor het onderdeel interieurvernieuwing slechts een klein en ontoereikend bedrag was uitgetrokken. Om dat de bevolking van dit Lekstadje overwe gend kerkelijk meelevend is, werden er han den uit de mouwen gestoken. DRIE JAAR VRIJWILLIGHEID! 'Markus en ik begonnen met het doophek op te knappen, ook de preekstoel te restaureren en onder meer de Heerenbanken onder han den te nemen. Van het een kwam het ander," aldus Jan. Markus: 'Mensen, die ons bezig zagen met het vermolmde en verrotte voetstuk en de onderpanelen van het 17de eeuwse doophek, zeiden meewarig: 'Och, jongens, gooi die ouwe rommel toch in de Lek!" De twee, die elders in loondienst waren, zetten door. Het werden soms vier avonden en de zaterdagmorgen restaureren, drie jaar lang! Zelf zorgden ze - en dat was niet een voudig - voor aankoop van nieuw eikenhout. Misschien is het wel de ernst van de omge ving geweest, maar zeker ook de wijze van samenwerking en waardering voor eikaars 'vakdrift', hoe dan ook: ze besloten samen een bedrijfje te beginnen. Hun inzet was nieuw én oud. De eerste klussen werden gedaan in de gara ge-werkplaats, achter de woning van de schoonfamilie van Jan, in de Beatrixstraat, de voormalige Oude Achterweg, vlak bij de kerk. De combinatie van oud en nieuw was ook toen al hun leidraad. Na enige tijd groei den ze eruit, ondervonden transportmoeilijk heden en wilden zich meer zichtbaar opstel len. De vraag was: wel of niet in het stads centrum blijven, mogelijk naar het industrie terrein? Ze wilden ook eigen herkenbaar heid. Het werd een plek buiten Nieuwpoort, waar ze op loopafstand opstallen konden hu ren, met een oppervlakte van 250 vierkante meter. Een grote sprong, die allerlei nieuwe investeringen vergde. Maar ze hadden er hun spaarcentjes ingestoken en gingen door. Toch bleef het een avontuur. Jan en Markus: Hervormde kerk-Nieuwpoort

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1984 | | pagina 18