Historische buitenplaatsen 77 Jaargang 61, no. 5 - mei 1984 Heemschut verschijnt 9x per jaar Tijdschrift van de Bond Heemschut opgericht in 1911 Beschermvrouwe: H.M. Koningin Beatrix Uit de inhoud: De zg. Groene Reeks. De baroktuin van Het Loo. Particuliere eigenaren van buitenplaatsen aan het woord. Fogelsanghstate bepalend voor beschermd dorpsgezicht. Weldam, voorbeeld van 'gemengde stijl'. Tuinaanleg bij historische bebouwing. Cuypersgenootschap opgericht. Foto omslag: Tuinvazen zijn essentiële versierende onderdelen van tuinontwerpen. Deze vroeg-18de-eeuwse vaas pronkt in de tuin van Kasteel Duivenvoorde te Voorschoten, één van de vijf beschermde buitenplaatsen in ons land. Foto: Rijksdienst voor de Monumentenzorg, Zeist. Redactie: Drs. J. H. Bierenbroodspot-Rudolph J. Roelfs Sr. Redactiesecretaris Mevr. P. A. Hengeveld-Brand Medewerkenden: J. Th. Balk, Amsterdam Drs. P. Karstkarel, Leeuwarden D. van der Meulen, Assen R. Lureman, Doetinchem Drs. W. J. Pantus, Nijmegen J. E. van der Wielen, 's-Gravenhage Correspondentie voor de redactie aan: Secretariaat Bond Heemschut, Nieuwezijds Kolk 28, 1012 PV Amsterdam tel.020-22 52 92 öf 020 - 23 09 94 (ledenadministratie) postgiro 124326 Lidmaatschap 45,- per jaar Reductie voor 65+ en 30~ Correspondentie voor advertenties: Bosch Keuning nv Postbus 13740 AA Baarn tel. 02154- 1 82 41 gironummer 4988 Vormgeving Druk Bosch Keuning nv, Baarn HUIS EN TUIN VANOUDS EENHEID 'De buitenplaatsen in het Kennemerland, de buitens langs de Vecht en in 's-Graveland, de Stichtse Lustwarande, de havezathen in Overijssel, de Gelderse kastelen, wie heeft daarvan niet gehoord? Juist de laatste jaren Jjeginnen de buitenplaatsen met hun historische tuinen en parken iets van hun beslotenheid prijs te geven. Meer en meer worden zij geheel of gedeeltelijk opengesteld voor het publiek. Ook wordt onderkend, dat wat families generatie na generatie in stand hebben gehouden en waar zij vorm aan gaven niet alleen van groot landschappelijk belang is, maar ook vanuit cultuurhistorisch oogpunt alle aandacht verdient. De bescherming van de kastelen en landhuizen ingevolge de Monumentenwet heeft in de afgelopen jaren plaatsgevonden. Nu dringt zich de vraag naar de bescherming van de historische parken en tuinen op, juist omdat het huis mèt de omringende tuin en het park vanouds een eenheid vormt. Zo begint de aankondiging van de Rijks dienst voor de Monumentenzorg van de pu blicatie van de reeks: 'BIJDRAGEN TOT HET BRONNENON DERZOEK NAAR DE ONTWIKKELING VAN NEDERLANDSE HISTORISCHE TUINEN, PARKEN EN BUITEN PLAATSEN'. In deze serie, waarvan twee redacteuren voor dit nummer een bijdrage leverden, worden de resultaten gepresenteerd van het histo risch onderzoek dat de Rijksdienst verricht naar de ontwikkeling van belangrijke histori sche Nederlandse buitenplaatsen. In Nederland bevindt zich veel 'aangelegd groen'; er zijn enige honderden landgoede ren, buitenplaatsen, parken en tuinen, die geheel of gedeeltelijk van cultuurhistorisch belang zijn. De belangstelling daarvoor neemt de laatste jaren gestaag toe, hetgeen uit congressen, tentoonstellingen en vele re cente publicaties blijkt*'. SAMENHANG In dit nummer willen we aandacht besteden aan de historische buitenplaatsen en het behoud en beheer daarvan. Een historische buitenplaats is een in het verleden aangelegd ensemble van huis met bijgebouwen en toebehoren, gelegen in een tuin of park, waartoe ook roerende objecten als beelden kunnen behoren en voorts brug gen, tuinpriëlen, muren e.d. Vooral de samenhang tussen huis en omrin gende tuin, park en - vaak ook - bijbehoren de produktiegronden zoals bossen en weilan den, bepaalt de waarde van deze buitenplaat sen en daarmee de beschermenswaardigheid; de bebouwing is vaak al wèl beschermd. Verleden jaar werd een vijftal cultuurhisto risch belangrijke buitenplaatsen tot be schermd monument aangewezen. Sympto matisch voor zowèl de groeiende belangstel ling als voor het nog bestaande onbegrip ten aanzien van deze materie is, dat deze be scherming belangrijk genoeg werd geacht om in het NOS-journaal te worden vermeld, maar dat deze gepresenteerd werd alsof het alléén de monumentale bebouwing betrof. LANGE GESCHIEDENIS Om de voor bescherming, behoud en beheer noodzakelijke waarde te bepalen, wordt zo wel onderzoek verricht naar de kwaliteit van de oorspronkelijke aanleg, als naar die van de ontwikkelingen en veranderingen die daarin in de daarop volgende eeuwen hebben plaatsgevonden. Veel buitenplaatsen zijn in de 17de eeuw door rijke burgers gesticht, vooral langs rivieren, zoals de Amstel en de Vecht, maar ook in drooggelegde polders, zoals de Diemermeer, en in landschappelijk aantrekkelijke gebieden, zoals het Kenne merland. Ook middeleeuwse kastelen die hun militaire functie hadden verloren werden in deze peri ode vaak verbouwd en voorzien van omrin gende tuinen en parken. Het ontwerpen van tuinen had toentertijd een duidelijke theoretische grondslag. Evenals dat met de handboeken over architectuur het geval was, bestonden er veel geraadpleegde tuinhandboeken. In de tweede helft van de 17de eeuw was een bekend boek 'Den Ne- derlandtsen hovenier', van J. van der Groen, De Nederlandse belangstelling en bestudering kwam met name goed op gang na het artikel 'De onbeschermde buitenplaats' in 1972 van H. W. M. van der Wijck (Bulletin KNOB) en het door de NCM kort daarop gepubliceerde pamflet 'Bescherming van Nederlandse Buitenplaatsen'. Naast de genoemde publicatie van de Rijksdienst moet genoemd worden de documentatie bij de speciale collecties van de Landbouwhogeschool te Wageningen (met name de Springer-collectie). Voorts recente speciale nummers over dit onderwerp in de tijdschriften 'Garden History' (oct./dec. 1981), 'Bulletin KNOB' (nr.. 3/4, aug. 1983) waarin een bibliografie is opgenomen van de 'Nederlandse Tuin architectuur en aanverwante gebieden over de jaren 1960-1983 en 'De Woonstede door de eeuwen heen' (3de kwartaal 1983). Tentoonstellingen die vermeld dienen te worden (die vergezeld gingen van een uitstekende catalogus) zijn 'Stadspark en buitenplaats' ('77); 'L. P. Roodbaard, architect van buitengoederen' ("79); 'Van Doolhof tot Lustoord" (over L. Springer, '80), 'Landgoederen in Kennemerland' ('81), 'Bolwerken als Stadspar ken' ('81), 'Zydebalen, lusthof aan de Vecht' ('81) en 'Buitens binnen Utrecht' ('82).

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1984 | | pagina 5