Nieuws
uifde
provincies
Friesland
Gelderland
108
Onderhoud van landgoederen te IJsbrech-
tum 1 km van Sneek bevindt zich één van de
vele Friese staten, genaamd Epema State.
Epema-State behoort evenals Dekema-State
te Jelsum, tot de laatste middeleeuwse 'sta
ten' in Friesland nog in particuliere handen!
De huidige eigenaren, mevrouw van Eysin-
ga-barones van Harinxma thoe Slooten en
Jonkheer C. van Eysinga, besloten het huis
open te stellen voor het publiek. Mevrouw
van Eysinga vormt de elfde generatie, die het
huis sinds 1650 door erfopvolging bezeten
heeft. Epema-State wordt omstreeks 1500
genoemd met een Epema als bewoner, het
huis heeft dan reeds een poort. Dergelijke
poortjes vindt men nog op enkele plaatsen in
de provincie. Alleen Epema-state en Herin-
ga-State te Marsum, al ruim twee en een
halve eeuw behorende tot het Dr. Popta gas
thuis, zijn over als voorbeelden van een huis
met poort. Na vele verbouwingen en uitbrei-
dingen in de 18de en 19de eeuw wordt in
1964 de achtergevel gerenoveerd in 18de
eeuwse stijl; de muren zijn wit gepleisterd
hetgeen een romantische aanblik geeft. Het
huis herbergt op de benedenverdieping, die
te bezichtigen is, de originele inboedel. Het
huis is geen museum, maar kan zonder meer
bewoond worden. Er zijn interessante por
tretten, in Nederland zeer zeldzame Engelse
Chippendale stoelen en fraai porcelein.
Ook het ernaast gelegen Hervormde kerkje
(1865) is te bezichtigen. Jonkheer en Me
vrouw van Eysinga stellen er een eer in om
bezoekers zelf rond te leiden.
Epema-state is vanaf half mei open voor
groepen op reservering (tel. 05134-1592) en
vanaf half juni tot eind augustus voor publiek
(dinsdag, woensdag, donderdag van 10 -
16 uur).
Behalve de rondleidingen in Epema-state
voert het echtpaar van Eysinga ook het be
heer over het recreatiebedrijf Blaauw op het
landgoed Eysinga-state bij St. Nicolaasga
(camping, bungalows etc.) Een uniek gele
gen terrein met meren en bossen in de on
middellijke nabijheid (tel05134-1361
Langs Groen en Steen van Zwolle is de
titel van een boekje dat werd samengesteld
ter gelegenheid van een tentoonstelling over
'Stadstuinen in Nederland', die in de Hogere
Technische School in Zwolle gedurende de
maand maart te bezichtigen was.
De docent, R. J. A. Voorhoeve van de HTS
was op het idee gekomen om binnen de mo
gelijkheden van een door Shell ter beschik
king gesteld fonds aan eerdergenoemd on
derwerp aandacht te besteden en vroeg daar-
voor de medewerking van de Nederlandse
Tuinenstichting. Deze stelde daartoe haar
tentoonstelling, uitgebracht bij het verschij
nen van haar nieuwe boek 'Stadstuinen in
Nederland' ter beschikking. Ook het druk
ken van het eerdergenoemde boekje maakte
deel uit van het HTS project; de inhoud be
treft een wandeling door de binnenstad van
Zwolle, waarvan opzet en tekst tot stand
kwamen met medewerking van de afdeling
Zwolle van Heemschut. Hulde aan Heem
schut Zwolle!
Ter gelegenheid van de opening van de ten
toonstelling op 1 maart jl. werd het eerste
exemplaar van dit eerste samenwerkingsob-
ject van de Nederlandse Tuinenstichting en
Heemschut aangeboden aan de Commissaris
van de Koningin Mr. J. L. M. Niers. Hier
onder volgen enige passages uit zijn origine
le toespraak, waarin hij de zo gewenste inte
gratie van bescherming van monumenten én
omringende tuin, landgoed of park onder
streept.
'Waarom juist in Zwolle en door de Com
missaris deze tentoonstelling werd geopend?
- Slechts een honderd meter van de HTS ligt
immers een van de tuinen beschreven in
'Stadstuinen in Nederland', de tuin die als de
grote openbare, verfijnd beplante, kantoor
tuin van het Provinciehuis te Zwolle staat
aangeduid.'
N.a.v. het begrip stadstuin:
- 'Het woordenboek geeft een aantal verkla
ringen die gemeen hebben dat het iets is dat
ter omheining en afsluiting dient en duidt op
geborgenheid en bescherming.
- In het tuinenland bij uitstek Engeland, is
de taalkundige betekenis van het begrip tuin
terug te vinden in 'town' (in een door muren
en grachten omgeven versterkte plaats).
Deze achtergronden geven aan het begrip
'stadstuin' een boeiende meerwaarde, waar
bij in menig geval sprake is van een onmis
kenbare symbiose.'
Ofschoon artikel 20 van de Monumentenwet
de aanwijzing tot beschermd stadsgezicht en
haar onderdelen regelt, is de particuliere
stadstuin nog vogelvrij.
- 'Er zou veel voor te zeggen zijn tuinen -
ook particuliere - (als monument dan wel als
beeldbepalend) dezelfde bescherming te bie
den als die die voor gebouwen geldt. Daar
waar dit particuliere groen ondersteunende
invloed op het publieke groen doet gelden'.
Samenvattend:
- 'Het blijft van belang een open oog te
houden voor de interactie tussen het particu
liere en gemeentelijk tuinen- en parkenbezit.
Misschien een mentaliteitsverandering ver
gend, die kan worden bewerkstelligd door
het in gebruik en onderhoud geven van stuk
ken openbaar groen aan particulieren. En dit
niet slechts uit besparing op onderhoudskos
ten. De stadstuin is niet alleen belangrijk
voor zijn eigenaar of beheerder, maar dient
een publiek belang waarvan de waarde niet
moet worden onderschat.'
Dank aan Commissaris Niers voor zijn toe
spraak, aan de directie van de HTS, in het
bijzonder aan de heer Voorhoeve voor zijn
vele bemoeienissen en uiteraard ook aan
Shell Nederland.
Zwolle: In het Provinciaal Overijssels Mu
seum, Voorstraat 34, is tot 22 juli a.s. te
bezichtigen de tentoonstelling 'Loop naar de
pomp'; stadspompen in Overijssel'. Het be
treft de geschiedenis van de duinwatervoor
ziening; derhalve gaat het dus ook over put
ten en pompen; het beroep van steenhouwer
die de pompen vervaardigde enz. Drie pom
pen in de tuin en de binnenpomp in de 18de
eeuwse keuken van het museum vormen een
aardige aanvulling.
Bestemming van landgoed Oosterbeek. In
het oktobernummer 1977 meldde Heemschut
(blz. 187) dat het voormalige koetshuis van
het landgoed 'Hartenstein' met sloop werd
bedreigd. En nog wel t.b.v. een parkeergele
genheid voor het Airborne Museum dat in de
nevenliggende Hartenstein villa was onder
gebracht. Gelukkig kon meteen worden ge
meld dat, mede dankzij Heemschut, de Mo-
numentenraad het 19de-eeuwse koetshuis op
de monumentenlijst had geplaatst, waardoor
het onheil kon worden voorkomen. Een trou
we lezer van Heemschut en zoals later blijkt
een bezoeker van het pand in zijn huidige
functie meldt ons het volgende:
Wie nu het Koetshuis bezoekt wacht een
opmerkelijke verrassing, nl. 'Klein-Harten-
stein', een café-restaurant bedrijf waarin het
totaal uitgewoonde pand door particulier ini
tiatief (Jan van Hooydonk en Cissy Metz) is
omgetoverd. Het uit vier aparte ruimten be
staande gebouw biedt accommodatie voor
vele doeleinden. Waar reeds in 1728 de
doortrekkende reizigers zich konden laven in
'het Rode Hert' (een kleine herberg ongeveer
op de plaats waar nu 'Klein-Hartenstein' is
gevestigd) zullen thans ingezetenen of gasten