5
Uit: Ike, P. en H. M. J. Luijpers, Grond en de Toe- o i 3 km
komst, vakgroep civiele planologie TH Delft, Delft D_
Roermond
THORN
STEVENSWEERT l
LINNERWEERT
Opmerking auteurs: reeds ontgrinde gebieden en
bestaande grindwinningsgebieden zijn op deze
kaart niet weergegeven. Wel de gebieden die na
het zeven van steden, dorpen, belangrijke wegen
en vaarwegen, kostbare natuurgebieden etc. zijn
overgebleven. Deze zijn alle minimaal 60 ha
groot.
O STANDAARD ONTGRINDING
afgraving gekomen was. Dat brengt ons bij
het paradoxale effect van de ontgrindingen:
temidden van het wassende water zal de van
oorsprong landelijke, boerenbevolking een
'groene long' hard nodig hebben. De Wal-
borg kan daarin voorzien.
GRINDWINGEWEST
De geschiedenis van de ontgrindingen in
Midden-Limburg is even complex als triest.
Triest met name omdat hierin wordt waarge
maakt wat men elders in den lande al te
spottend opmerkt: 'De ene helft van Lim
burg verkoopt de andere.' Onder de vlag van
nationale plicht en verantwoordelijk ten aan
zien van de maatschappij, heeft men in de
jaren vijftig het ontgrinden in de streek aan
gevangen. Weldra dreigde het ongecontro
leerde baggeren zulke desastreuze vormen
aan te nemen dat de provincie in 1969 met de
ontgrinders een overeenkomst sloot om uit
wassen te voorkomen. Het akkoord hield in
dat de baggeraars het ontgrindingsbeleid aan
de provincie zouden overlaten, mits deze hen
tot 1989 een bepaalde opbrengst aan grind
zou garanderen.
Bij deze gelegenheid kregen de maatschap
pijen een verplichting tot 'herinrichting',
c.q. aanvulling van de ontstane grindgaten
'opgelegd. Onder het mom van de te ver
wachten grote ontwikkelingen in de water
sportrecreatie heeft men deze al te kostbare
last tot een minimum weten te beperken.
Veelal werden slechts de wallekanten 'gefat
soeneerd'. Nauwelijks waren als gevolg van
de afspraken de landerijen rond Heel en Pan
heel 'uitgeput' - om over Roermond en
Thorn nog maar te zwijgen - of het eiland in
de Maas werd door de provincie als buffer
zone tot 1990 aangewezen. In het Streekplan
Noord- en Midden-Limburg, uitgebracht
door de provincie begin 1982, heet het dat
bij ontgrindingen er op het eiland in cultureel
en landschappelijk opzicht de minste pijn
geleden wordt. Ook zaken als landbouw of
infrastructuur tellen hier minder dan bij het
gebied Heel-Beegden of bijvoorbeeld de
schitterende Linnerweert in de gelijknamige
plaats bij Roermond. Dergelijke misvattin
gen lijken zeker ook geïnspireerd te zijn door
het betrekkelijk geringe aantal inwoners van
het eiland, die een niet echt interessante hoe
veelheid stemmen vertegenwoordigen.
Indien de gemeente Ohé en Laak persé had
gewild had ze over de aanwijzingen van het
eiland samen met het naburige Stevensweert
(onder één burgemeester) kunnen procederen
tot de Kroon. Van deze mogelijkheid heeft
geen van beide gebruik gemaakt. Wel slaag
de men erin het aantal opgelegde hectaren
voor de grote uithollingscampagne, door de
provincie als Stevolproject aangeduid, terug
te brengen van ca 350 naar ca. 250. Om deze
hoeveelheid bij elkaar te brengen werden in
beide plaatsen klankbordgroepen opgericht.
Na een veertigtal vergaderingen bleek de
voorkeur uit te gaan naar de Echter Weert -
een 'agrarisch gebied met hoge landschappe
lijke waarde' (gemeente Echt) - het Molen-
veld met aanpalende landerijen, het Neer-
veld én De Walborg. Alleen het Laker-
STEVOL PROJECT
MET LAKERVELD
EN ONAANGEPASTE
GRONDGEBIEDEN
VAN HET EILAND!
CO POTENTIËLE WINGEBIEDEN
veld, gelegen precies tussen de kernen Ohé
en Laak en aanvankelijk eveneens behorend
tot de 350 ha, bleef buiten schot.
HET LAKERVELD
Door de provincie voor een gewetensconflict
geplaatst, hebben de klankbordgroepen en de
gemeente Ohé en Laak ervoor gekozen om
De Walborg op te offeren voor het Laker-
veld. Afgraving daarvan zou niet alleen ern
stig nadeel betekenen voor de nog weinige
boeren ter plaatse, maar ook een wig drijven
in het dorp. De moeite die de gemeente daar
mee heeft is zonder meer terecht te noemen,
haar ingaan op de door de provincie voorge
stelde koehandel naïef. Geen deputé garan
deert dat het Lakerveld in de toekomst ook
duurzaam van ontgrinding gevrijwaard is.
Weliswaar staat eindelijk formeel vast dat
het Lakerveld buiten het Stevol-project
blijft, maar dat loopt op papier tot 1990.
Voor de periode daarna worden door de ont
grinders en de provincie nieuwe afspraken
gemaakt. Ten behoeve van het beleid voor
de jaren 1990 tot 2000 heeft de TH Delft,
vakgroep civiele planologie, op verzoek van
de provincie een prognose uitgebracht,
'Grind in de toekomst' (Delft 1982/Midden-
Limburg oktober 1983). De opstellers van
dit rapport schatten dat in het jaar 2000 in
Midden-Limburg tussen de 1500 en 29Ö0 ha
land door afgraving in waterplassen zal zijn
veranderd. Hoewel in het rapport het noe
men van plaatsnamen is vermeden, treffen
we op een der weinige overzichtskaartjes
niet alleen de in het Streekplan 1982 nog
uitgezonderd Linnerweert - Linnen let op uw
saeck! - maar ook het 'gevrijwaarde' Laker
veld aan. Potentiële wingebieden worden zo
als de ervaring heeft geleerd echte winge
bieden.
De ontgrinders hebben er nooit een geheim
van gemaakt dat ze na 1990 terug zullen
komen in Midden-Limburg. Dit wordt onder
meer geïllustreerd door de gang van zaken 8
december j.1. tijdens een zitting voor de
Raad van State, waarbij de beroepschriften
tegen het Algemeen Bestemmingsplan van
de gemeente Ohé en Laak uit 1981 werden
behandeld. Lopende de zitting werd namens
de ontgrinderscombinatie Roosteren-Maas-
bracht opgemerkt, dat men verwacht na 1990
ook het grindrijke Lakerveld aan te kunnen
spreken. De vertegenwoordiger van de pro
vincie kon daar desgevraagd niets anders aan