Over de oorspron
vanAmersfoo'
162
lands Oudheid. Het heeft gediend als disser
tatie, (promotie) vorig jaar. Zijn streven is
deze studie persklaar te maken voor een
boekuitgave, een gigantisch werk.
De auteur: 'De oudste sporen van het Friese
volk vind ik in de Bronstijd, in West-Fries
land, circa duizend jaar voor Christus. Van
daar hebben de Friezen zich over het water
uitgebreid, over het Vlie en over de Oude
Rijn. Ik heb dat allemaal pogen te beschrij
ven tot de huidige situatie intrad, circa 1250:
van de ene provincie Friesland, waar nog de
Friese taal gesproken wordt en de heugenis
aan het oude Friese koninkrijk - van Zwin
tot Wezer - voortleeft. Met dit koninkrijk
was de kiem gelegd tot het huidige Konink
rijk der Nederlanden. Verder wachten mij
nog de uitwerkingen van diverse opgravin
gen, zodat ik ook na mijn pensionering in
1985 nog genoeg te doen krijg, gesteld dat ik
niet te snel seniel word...'
'Dan is er nog mijn lidmaatschap van de raad
van commissarissen van de landelijke vere
niging 'Hendrick de Keyser' en nog wat ver
enigingsrandwerk, ook in de beroepssfeer.'
HALBERTSMA-PRIJS
In 1958 ontving hij de Joost Hiddes Hal-
bertsma-Prijs, die om de vier jaar in Bols-
ward door de provincie Friesland wordt uit
gereikt voor publikaties op het gebied van de
Friese historie en volkskunde.
Op deze onderscheiding geeft hij deze toe
lichting:
'De prijs is genoemd naar J. H. Halbertsma
(1789-1869), Doopsgezind predikant te
Bolsward, later te Deventer. Hij was een
broeder van mijn betovergrootvader, Tjal-
ling H. Samen met hun jongere broeders,
Eeltsje en Hidde, schreven ze volksverhalen
in het Fries, destijds een novum, dat tot
populariteit leidde. Eeltsje was arts, Tjalling
boterkoopman en Hidde houthandelaar.
Joost was een begaafd schrijver, taalvorser
en historicus. Ik geloof wel dat ik 'iets' van
hem heb, door erfelijke factoren. De Hal-
bertsma's, stammend uit Grouw, waren
scherp met de pen; spontaan en voortvarend
in hun strijd tegen de gevestigde orde.'
Herre Halbertsma, een markant mens, die
ervan houdt zo nu en dan te mediteren in een
omgeving van historische schoonheid. Die
graag verstild verleden, dat zoveel heeft te
zeggen, op zich laat inwerken. Zijn verdien
sten, inzonderheid sociaal-cultureel, werden
het afgelopen voorjaar, erkend in zijn benoe
ming tot Officier in de Orde van Oranje-
Nassau. -
Een lang gesprek in een herwonnen Muur
huis, als edelsteen in een verweerde ring
gevat... Mede onderdeel van een behouden
stadsdeel, waar de eeuwen fluisteren.
Dat dit moeite heeft gekost, daarvan heeft
Herre Halbertsma, de Fries pur sang, alle
weet!
Bij het afscheid durfde ik als 'Hollander' het
niet hardop te zeggen.
Daarom schrijf ik het nu maar neer:
'It is mei sizzen net to dwaan'.
Met woorden alléén kom je er niet!
J. Roelfs
Amersfoort is ontstaan op de plaats waar een
uitloper van de Utrechtse heuvelrug de vele
beken van de westelijke Veluwe deed sa
menvloeien tot één riviermond, de Eem.
Als zoveel andere steden ontstond zij dus op
de kruising van land- en waterwegen, van
ouds ook de plaats voor een sterkte om die
natuurlijke wegen te beschermen en te verde
digen. In dit geval de belangrijke verbin
dingswegen van het centrum van het bisdom
Utrecht met het Veluwse gebied en verder
met de oostelijke en noordelijker delen van
het Oversticht, het latere Overijssel en Dren
the. Een belangrijke doorverbinding leidde
ook van Amersfoort zuidwaarts naar de Rijn
bij Amerongen en zo naar het vroeg-middel-
eeuwse handelscentrum Dorestad.
De naam Amersfoort komen we schriftelijk
voor het eerst tegen in het begin van 1028,
wanneer er sprake is van de tienden van
'Amersfoirde', die enkele Utrechtse bis
schoppen hadden geschonken aan de nabij
gelegen abdij Hohorst. In de 13de eeuw is er
sprake van een 'Sculteto de Amersvorde'
(een schout van Amersfoort, in 1132) en in
1203 leest men van een 'curtis' of hof van de
bisschop 'in Amersfordê'. We weten dat bis
schop Guy van Avesnes in 1317 die hof
schonk aan de Sint Joriskerk, de parochie
kerk van Amersfoort sinds 1248. De hof had
zijn betekenis voor de bisschop verloren,
omdat hij inmiddels beschikte over het huis
Stoutenburg, welke sterkte hij in datzelfde
jaar nog belangrijk had laten verbouwen,
daar het ook toen de ambtswoning werd voor
de 'schout van Eemland'. De bisschoppelij
ke hof in Amersfoort was dus blijkbaar de
oorspronkelijke sterkte ter verdediging en
bescherming van dit gebied.
LISIDUNA IN FLETHITE
Er zijn enkele oudere namen dan Amersfoort
in deze omgeving bekend uit schriftelijke
DOOR J. M. REINBOUD*)
overlevering. Die van de hele landstreek -
ongeveer het latere Eemland - had zeker te
maken met de waterrijkdom van het gebied,
want dat schijnt de betekenis te zijn van de
streeknaam 'Flethite'. De naam is ons over
geleverd dank zij de enige schenking van
Karei de Grote die ons in onze contreien
bekend is: die van de 'villa Lisiduna' in de
landstreek 'Flethite' uit het jaar 777. De
naam van die villa is nog herkenbaar in die
van Leusden.
De schenking van Karei de Grote betrof niet
enkel het villagebied, maar ook een viertal
ter weerszijden van de Eem er omheen lig
gende jachtdomeinen of 'foreesten'. In de
zeventiende eeuw dacht men bij deze schen
kingen nog aan een zeer groot gebied, dat
ongeveer geheel het oosten van de provincie
Utrecht omvatte. Omtrent die tijd is ook een
aardige 'moderne vertaling' bekend van Lisi
duna in 'Liesduine', de combinatie van de
naam van een oeverplant met die van zand
heuvels, beide karakteristiek voor dit hele
gebied met beken, moerassen, maar ook
zandvlakten met heide, nogal geacciden
teerd, op sommige plaatsen zelfs met stuif-
duinen.
Twee eeuwen later dachten de historici veel
kleinschaliger, ook al omdat zij zich beperk
ten tot de gedachte aan 'het dorp Leusden en
vier bossen aan de Eem'.
VILLA'S EN FOREESTEN
De vertaling van foreest in 'bos' is op zijn
J. M. Reinboud is regisseur van historische, reli
gieuze en (natuur)wetenschappelijke televisiepro
gramma's.
De Papenhofstede te Amersfoort, de zijwand van
het gebouw links is nog die van de oude
kapittelzaal, de twee café's zijn vroegere
kanunnikenwoningen; op de achtergrond rechts
het torentje van het Sluisje boven de
oorspronkelijke bocht in de rivier de Eem.