Vlissingen
Heusden
's-Hertogenbosch
Oirschot
Baarlo
81
dergebinten van rondom 1700. De grote zaal
hierachter, met muurstijlen en korbelen van
nog vroegere datum, heeft een overspanning
van 7 meter!
Ook het pand nr. 26 bevat nog de oorspron
kelijke moer- en kindergebinten. Onder meer
zijn waardevol in dit pand de 16de-eeuwse
schilderingen in de gang en de schilderingen
van rond 1800 in de tussenkamer.
Deze en andere bijzondere détails brengen
ons tot de overtuiging dat deze gebouwen,
waarvan de waarde tot voor kort niet bekend
was, niet mogen worden prijsgegeven.
Inmiddels werd aan ons verzoek om behoud
adhaesie betuigd door prof. dr. ir. C. L.
Temminck Groll, verbonden aan de afdeling
Bouwkunde van de T.H. te Delft, vakgroep
historische wetenschappen. Deze acht de hy
pothese dat deze groep gebouwen de inspira
tie heeft gevormd voor het wereldberoemde
schilderij 'het Straatje' van Vermeer in hoge
mate waarschijnlijk. Daarmee zou deze plek
er één worden, waarvan de importantie ver
boven het regionaal belang uitkomt.
In het vorige nummer van ons blad gaven wij
de hoogst penibele situatie waarin het zg.
van Dishoeckhuis zich bevindt weer. In het
Kroonberoep dat Heemschut instelde tegen
de onlangs verleende nieuwe sloopvergun
ning werd onze mening onder meer aldus
geformuleerd:
'De Bond Heemschut constateert dat er plan
nen bestaan voor de verplaatsing, restauratie
en herinrichting van het Van Dishoeckhuis;
dat de gemeenteraad ten opzichte van de
financiering van deze plannen een positieve
opstelling aan de dag heeft gelegd; dat naar
het oordeel van de Rijkscommissie voor de
Monumentenzorg, ondanks de slechte staat
waarin dit bijzondere gebouw helaas is ko
men te verkeren, toch getracht moet worden
in ieder geval de hoofdstructuur van het mo
nument en de belangrijke elementen daarvan
zoals de gevels, de kap en de ingangspartij
met hal en trap te herstellen; dat de Rijks
commissie met een verplaatsing zou kunnen
instemmen, indien dat voor het bereiken van
dat doel noodzakelijk zou zijn; dat gelet op
de ongunstige financiële perspectieven de
Rijkscommissie evenwel een vereenvoudigd
verplaatsings- en restauratieplan bepleit,
waardoor de begroting van het ingediende
plan, uitgaande van een volledige restauratie
en sluitend op een bedrag van 15 miljoen,
naar beneden zou kunnen worden gebracht;
voorts dat de Rijkscommissie in haar over
wegingen heeft betrokken dat het project zou
kunnen worden ingepast in de subsidierege
ling voor het herstel van woonhuizen met
waarde als monument, aan welke regeling
ook door de Minister van Volkshuisvesting
en Ruimtelijke Ordening wordt deelge
nomen.
'Wij concluderen dat ondanks de bereidheid
van zowel het gemeentebestuur van Vlissin
gen als het provinciaal bestuur van Zeeland
en het Ministerie van Volkshuisvesting en
Ruimtelijke Ordening een niet onaanzienlij
ke financiële bijdrage te leveren de Staatsse
cretaris deze bereidheid niet aan de dag
wenst te leggen; dat de Staatssecretaris ge
meend heeft het advies van de Rijkscommis
sie voor de Monumentenzorg, waar wij ons
achter scharen, naast zich neer te moeten
leggen; dat tenslotte de Staatssecretaris een
nagenoeg ongeconditioneerde sloopvergun
ning voor een pand van uitzonderlijke cul
tuur-historische waarde heeft verleend, het
geen des te schrijnender is in een stad als
Vlissingen waar door oorlogsgeweld reeds
vele monumenten verloren zijn gegaan.'
In vervolg op onze bij de gemeente inge
brachte bezwaren tegen het bestem
mingsplan 'Landelijk gebied', brachten wij
bij de provincie naar voren ons belangrijkste
bezwaar tegen dit, inmiddels door de ge
meente vastgestelde, plan te handhaven. Dit
betreft het feit, dat in het plan de bouw van
torensilo's wordt toegestaan tot een hoogte
van 30 m. Dit is zonder meer het geval voor
het 'agrarisch gebied algemeen', terwijl in
het 'agrarisch gebied met landschappelijke
waarde' dergelijke hoge silo's kunnen wor
den opgericht als B. en W. van hun wijzi
gingsbevoegdheid gebruik maken.
Zulke hoge torensilo's zullen, zeker in het
agrarisch gebied met landschappelijke waar
de, het landschap en het stadssilhouet van de
vesting schaden en daarmede afbreuk doen
aan de bescherming van de historisch-ruim-
telijke kwaliteit van Heusden.
In antwoord op ons verzoek de St. Pieters
kerk te beschermen op grond van de Monu
mentenwet, ontvingen wij een negatieve re
actie van het Ministerie. De grootste waarde
van dit monument was de imponerende
ruimtewerking van het interieur. Daar de au
thentieke inventaris na de buiten gebruikstel-
ling is verwijderd, is het gebouw zeer in
waarde gedaald. Wel is de stedebouwkundi-
ge waarde van het gebouw door zijn markan
te plaats in het stadsbeeld onmiskenbaar, re
den waarom de staatssecretaris het de taak
van de gemeentelijke overheid acht een ver
antwoorde functie voor het gebouw te vin
den. Daarom is het te betreuren dat het ge
meentelijk monumentenbeleid in 's-Herto
genbosch nog te weinig gestalte heeft gekre
gen. Het vaststellen van een gemeentelijke
monumentenverordening en het op grond
daarvan opstellen van een gemeentelijke mo
numentenlijst is voor een plaats als deze, die
nog zoveel niet beschermde waardevolle be
bouwing heeft, onontbeerlijk.
Tegen het ontwerp-eerste herziening bestem
mingsplan Uilenburg I maakte Heemschut
enkele bezwaren.
Uitgangspunt daarbij is, dat het middel
eeuwse stratenpatroon op zich een monu
ment is en dat onze generatie dit niet moed
willig mag wijzigen. Onder meer blijft daar
om door ons het handhaven van het beloop
van de oude rooilijn van de Lepelstraat,
waarin het bestaande bestemmingsplan al
niet meer voorziet, gewenst.
Genoemd uitgangspunt brengt ons ook tot de
mening dat het de voorkeur verdient het oor
spronkelijke pleinkarakter van het brede ge
deelte van de Visstraat te benadrukken en
terug te brengen. Op het stuk grond aan de
zuidzijde van de Visstraat tussen Lepelstraat
en Kruisstraat waar vroeger de vismarkt lag
is nu echter een overdekt marktterrein ge
dacht, waardoor geen rekening is gehouden
met het pleinkarakter van deze plek.
De provinciale commissie Noord-Brabant
van onze Bond ging op werkbezoek in deze
plaats en werd getroffen door de aandacht
die er besteed wordt aan de vele monumen
ten. Dat het vinden van een goede bestem
ming voor de door de gemeente aangekochte
voormalige Latijnse school in de School
straat problemen zal opleveren en nog wel
geruime tijd zal nemen, is te verwachten.
Toch raadden we de gemeente aan thans
reeds met de omvangrijke herstelwerkzaam
heden te beginnen, zeker die welke nodig
zijn om inwatering en gedeeltelijke instor
ting te voorkomen. Dergelijk onderhoud zal
de uiteindelijke restauratiekosten zeker druk
ken, terwijl als vooraf hierover overleg
wordt gepleegd met de Rijksdienst voor de
Monumentenzorg dit onderhoud kan worden
begrepen in de te zijner tijd subsidiabel te
stellen kosten.
Ten aanzien van de voorgenomen herinrich
ting van de Markt te Baarlo had Heemschut
in Limburg contact met het gemeentebe
stuur. Afgesproken werd, dat Heemschut
zijn mening over de plannen in de vorm van
een advies zou uitbrengen aan het gemeente
bestuur, dat hieraan veel waarde hecht.
Markt en Pastorie te Baarlo
Foto: T. Wijnhoven, Baarlo